3 tot 9 augustus 1916: eindelijk terreinwinst voor Italië

Voor het eerst sinds ze meer dan een jaar geleden aan de oorlog gingen deelnemen, boeken de Italianen terreinwinst. Ze hebben het Oostenrijkse stadje Gorizia veroverd.

Het Italiaanse leger is Gorizia op 9 augustus binnengetrokken.

Gorizia (Duits: Görz) is een Oostenrijkse stad aan de Isonzo, met een gemengde bevolking van etnische Slovenen, Italianen en Duitsers, al spreken veel “Italianen” eigenlijk een streektaal, het Friulisch.

Italië maakt al lang aanspraak op de streek, Venezia Giulia.

Drie dagen voor de inname van de stad lanceert de Italiaanse opperbevelhebber Cadorna een nieuw offensief aan de Isonzo – het zesde al. In tegenstelling tot de vorige keren kent de aanval wel succes.

De Italiaanse cavalerie trekt Gorizia binnen op 9 augustus.Beginfoto: postkaart ter herdenking van de inname van Gorizia, "de parel van de Isonzo"

De Italiaanse troepen die kort daarvoor de Oostenrijkers in Trentino hebben teruggedrongen, worden daarvoor snel per trein overgebracht naar het Isonzo-front. In plaats van een offensief over een breed front, wordt ditmaal een duidelijk doelwit uitgekozen: Gorizia.

De Oostenrijks-Hongaarse legers zijn aan de Isonzo in de minderheid, omdat veel divisies worden ingezet aan het Oostfont, waar het Russische Broesilov-offensief woedt.

De Italiaanse troepen hebben wel – opnieuw – zware verliezen geleden.

Dat mag officieel de vreugde onder de Italianen niet beletten. De verovering van Gorizia is het grootste succes dat ze behaald hebben sinds ze meer dan een jaar geleden in de oorlog zijn gestapt.

Oostenrijkse militairen begraven hun gevallen kameraden.

Turkse aanval in de Sinaï afgeslagen

Op het Egyptische schiereiland Sinaï is een aanval van het Ottomaanse leger afgeslagen.

Van 3 tot 5 augustus wordt slag geleverd nabij de stad Rumani (Bi'r ar Rummanah), op nog geen 40 km van het Suezkanaal. De Britten, die de baas zijn in Egypte, willen het kanaal tegen elke prijs beschermen.

De Ottomaanse troepenmacht bestaat uit 16.000 man, onder bevel van de Duitse generaal Kress von Kressenstein.

Het grootste deel van de artillerie wordt door Duitse militairen omkaderd. Er zijn ook enkele Oostenrijks-Hongaarse artillerie-eenheden.

Imperial War Museums

Ruiters van de Imperial Camel Corps wassen hun dieren in de oase van El Arish, februari 1917 (IWM Q 57823). Foto boven: de Duitse generaal Kress von Kressenstein in Ottomanse dienst.

De Britten, die hun troepensterkte in Egypte de laatste maanden fel verhoogd hebben, sturen zo’n 14.000 man uit naar een verdedigingsstelling bij Rumani, waaronder Australische en Nieuw-Zeelandse ruiters. Zowat 10.000 Egyptische kamelen worden ingezet voor transporten naar Rumani.

Na twee dagen van aanvallen blaast Kress von Kressenstein de aftocht. Hij heeft meer dan de helft van zijn troepen verloren: 5.000 doden en gewonden en 4.000 gevangengenomen soldaten. Bovendien komt hij water te kort.

Ondanks die zware verliezen doen Turken en Duitsers de aanval voor als een succes.

Er zijn eerder al gevechten geweest in de Sinaï, en zelfs een aanval op het Suezkanaal, maar deze strijd was de hevigste tot nu toe.

De Duitse generaal Kress von Kressenstein (midden onder) met zijn Turkse staf

Turken komen Oostenrijk-Hongarije te hulp

In Hongarije zijn de eerste onderdelen van een Turks legerkorps gearriveerd dat het front in Galicië gaat versterken.

In totaal worden zo’n 30.000 Turken per spoor naar het oostelijk front overgebracht. De meesten hebben hun sporen verdiend in de bikkelharde gevechten in Gallipoli, vorig jaar.

Ze moeten de bres opvullen veroorzaakt door de ineenstorting van het Oostenrijks-Hongaarse leger. Dat zou de voorbije maanden zo’n driekwart miljoen man hebben verloren, vooral krijgsgevangenen.

De Duitsers kunnen hun bondgenoot niet veel versterkingen sturen, omdat ze zelf op het westelijk front in zeer zware gevechten zijn verwikkeld.

De versterkingen komen zeker niet te vroeg. De Russische generaal Broesilov heeft het offensief in Galicië, dat de laatste weken ietwat was stilgevallen, met volle hevigheid hervat.

Turkse soldaten in Galicië

In de Champagne hebben Russische troepen hun Franse collega's vervangen in de loopgraven, ook de '"bewegwijzering" is aangepast.

Roger Casement opgehangen

In Londen is de Ierse rebellenleider Roger Casement opgehangen.

Ooit was Casement bekend voor het onderzoek dat hij als Brits consul deed naar de mistoestanden in de Congo-Vrijstaat van Leopold II.

Hij verbleef sinds het begin van de oorlog in Duitsland, waar hij probeerde Ierse krijgsgevangenen te rekruteren om tegen de Britten te vechten. Kort voor het begin van de Ierse opstand in april dit jaar, werd hij in Ierland gearresteerd, waar hij door een Duitse U-boot naartoe was gebracht.

Casement werd beschuldigd van verraad, op basis van een wet uit 1351. Omdat die wet strikt genomen enkel geldt voor activiteiten op Engels (Brits) grondgebied en Casement in Duitsland actief was, gold de vraag of hij daardoor gestraft kon worden.

Casement wordt onder politiebegeleiding naar de rechtbank gebracht.

De aanklager meende dat ergens in die oude, in het Frans gestelde wettekst, een komma moest worden gelezen. Die interpretatie werd door het hof aanvaard en zo werd Casement ter dood veroordeeld. Zelf zei hij erover dat hij zou worden opgehangen aan een komma.

Heel wat mensen hebben tevergeefs om genade voor Casement verzocht. Onder meer de schrijvers Sir Arthur Conan Doyle, G.B. Shaw en W. B. Yeats. Ook de Amerikaanse Senaat had daarop aangedrongen. Maar de Britse regering vond de feiten te ernstig om de executie niet te laten plaatsvinden.

Tijdens het proces circuleerden er in de pers fragmenten uit Casements dagboeken. Hieruit zou blijken dat hij homoseksueel was. Wellicht heeft de Britse overheid geprobeerd om hem op die wijze in diskrediet te brengen bij de katholieke Ieren.

Roger Casement bij de Putumayo Indianen in Peru, voor wiens rechten hij ook was opgekomen.

Brussel moet één miljoen betalen

Als gevolg van de ongeregeldheden die op de Nationale Feestdag in de hoofdstad hebben plaatsgevonden, moet de stad Brussel een “buitengewone contributie” van één miljoen frank betalen.

De boete was kort na 21 juli opgelegd door de Duitse militaire gouverneur van Brussel.

De waarnemend burgemeester van Brussel, Camille Lemonnier, protesteerde bij gouverneur-generaal Von Bissing. Hij wees op het internationaal recht en op eerdere afspraken tussen de Duitse overheid en de Brusselse gemeenten.

Gouverneur-generaal Von Bissing schouwt de troepen op het Paleizenplein in Brussel.

De gouverneur-generaal heeft die bezwaren van tafel geveegd en noemt de contributie “excessief laag”.

De bezetter geeft de stad nu tot 10 augustus de tijd om te betalen. Bovendien moet de betaling in Belgische bankbiljetten gebeuren.

En dat terwijl iedereen verplicht is om Duits geld te aanvaarden.

De wissel van de wacht aan het hoofdkwartier van het Generaal-Gouvernement in Brussel, in de gebouwen van het parlement.

Brandnetels gegeerd

Door de Britse blokkade voelt Duitsland steeds meer het tekort aan grondstoffen. Katoen komt nu al twee jaar het land niet meer binnen en daarom gaat men op zoek naar alternatieven.

In bezet België is een oproep verschenen om brandnetels in te zamelen. Met de vezels kan grof textiel geweven worden.

De netels moeten minstens 50 cm lang zijn, niet gebroken zijn en de plukkers krijgen de raad om handschoenen te dragen "tegen het steken der netels".

Voor 100 kilogram gedroogde netels wordt 12,5 frank betaald.

VS kopen Deens West-Indië

Denemarken gaat de Maagdeneilanden die het in de Caraïbische Zee bezit, verkopen aan de Verenigde Staten.

De ministers van Buitenlandse Zaken van beide landen hebben hierover in New York een verdrag ondertekend.

De VS betalen 25 miljoen dollar in goud voor de overdracht van de eilanden St. Croix, St. Jan en St. Thomas, samen bekend als Deens West-Indië.

De onderhandelingen daarover zijn in het grootste geheim gevoerd, ongetwijfeld vanwege de oorlog. Beide landen zijn neutraal, maar Washington maakt zich zorgen over wat er met de eilanden zou gebeuren mocht Duitsland ooit Denemarken bezetten.

Zicht op de baai van Sint-Thomas, vooroorlogse postkaart

Voor de Denen is de overeenkomst dan ook een verrassing. De rechtse partijen verwijten de regering Deens grondgebied te verkopen.

De 30.000 inwoners van Deens West-Indië, voornamelijk afstammelingen van zwarte slaven, staan veeleer positief tegenover de overdracht.

Hun sociale toestand is treurig. Een lokale vakbondsleider wees al eerder op de economische voordelen mochten de eilanden bij de Verenigde Staten komen.

Voor Denemarken hebben de Maagdeneilanden geen strategisch of economisch belang. Twee eerdere pogingen om ze aan de VS te verkopen, zijn mislukt.

In het verleden is zelfs gepoogd ze aan Duitsland af te staan, in ruil voor een Deenssprekend grensgebied in Duitsland.

Twee dollar-biljet van Deens West-Indië

Meest gelezen