"Vluchtelingen krijgen in Oeganda kans hun leven opnieuw op te bouwen"

Oeganda kreeg de afgelopen maanden veel lof voor zijn open en progressief vluchtelingenbeleid. Minister van Ontwikkelingssamenwerking Alexander De Croo toont zich na een bezoek aan het vluchtelingenkamp Bidi Bidi, in het noorden van Oeganda, onder de indruk van de Oegandese inspanningen.

"De les van dit bezoek is dat mensen die naar Oeganda vluchten de kans krijgen om hun leven opnieuw op te bouwen", aldus De Croo. "Maar 1 miljoen vluchtelingen blijven opvangen, dat kan zelfs een welvarend land niet. We moeten dit dus steunen."

In Bidi Bidi worden 270.000 vluchtelingen opgevangen die het geweld en de hongersnood in Zuid-Soedan ontvluchtten. Het is het grootste vluchtelingenkamp ter wereld. Oeganda is binnen Afrika het land dat het meeste inspanningen doet: het vangt 1,3 miljoen mensen op, onder wie ook slachtoffers van conflicten in de Democratische Republiek Congo, Rwanda, Burundi...

Het Oegandese vluchtelingenbeleid houdt onder meer in dat vluchtelingen mogen gaan en staan waar ze willen en mogen beschikken over een stuk land om te bewerken. Deze aanpak is internationaal uniek. "Dit is in niets wat je je van een vluchtelingenkamp voorstelt, waar men het meestal moet stellen met een dak en eten", zegt De Croo. "De Oegandezen redeneren dat deze mensen hier een tijd zullen blijven, en dus een kans moeten krijgen een nieuw leven op te bouwen."

Dat is ook de les die De Croo meeneemt uit Bidi Bidi. "Dit model werkt natuurlijk niet overal: de Zuid-Soedanese vluchtelingen delen taal en cultuur met hun Oegandese buren, zijn boeren en weten dus hoe een land bewerkt moet worden, en er is genoeg plaats. In België moeten we er dus voor zorgen dat vluchtelingen snel de taal leren en bijscholing krijgen."

Ook steun voor Oegandezen zelf

Een ander belangrijk facet van het Oegandese beleid is de 70-30-verdeling: van elk project voor de vluchtelingen moet ook 30 procent voorzien in de gastgemeenschappen. "Op die manier houden ze de bevolking mee - zelfs met meer dan 1 miljoen vluchtelingen is de bevolking nog altijd zeer gastvrij."

Dat beaamt ook Chaplan Yuga, een van de vluchtelingen in Bidi Bidi. Zijn gezin is sinds december in het kamp, hij vervoegde hen pas vorige maand. "We krijgen hulp van onze buren, de Oegandezen", zegt Yuga. 

Het Caritas-project, waarmee in totaal 40.000 gezinnen in Bidi Bidi en Imvepi (ook in Noord-Oeganda) geholpen worden, wordt gesteund door de opbrengst van de 12-12-campagne. In andere delen van Bidi Bidi zorgt de verdeling van zaaigoed en materiaal er al voor dat ze een eigen inkomen hebben.

De Oegandese inspanningen moeten gesteund worden, vindt De Croo. "Deze vluchtelingen worden in de eigen regio opgevangen. Met de opbrengst van de 12-12-campagne wordt al dit project van Caritas gesteund."

Grens bijna bereikt

Maar met haar inspanningen botst Oeganda stilaan wel op een grens. Artsen zonder Grenzen luidde deze week nog de alarmbel, onder meer over de gehalveerde voedselrantsoenen.

Vrijdag staat de Uganda Solidarity Summit op het programma van De Croo. De Oegandese overheid hoopt daar 2 miljard dollar op te halen om de vluchtelingencrisis te kunnen blijven opvangen. Een samenloop van omstandigheden leidde ertoe dat de Belgische delegatie donderdagavond de nacht noodgedwongen moest doorbrengen in Gulu, halverwege Bidi Bidi en Kampala, en pas vrijdagochtend kan doorvliegen naar de hoofdstad. 

Meest gelezen