Het verzet van Magnette: de balans - Hendrik Vos

Het handelsverdrag met Canada deugde niet, herhaalde Waals minister-president Paul Magnette (PS) keer op keer. En toch stemde hij in met een tekst waaraan niets veranderde. Een deel van de bevolking vindt dat dit goedkoop theater was. Een ander deel is diep ontgoocheld, stelt hoogleraar Hendrik Vos.
opinie
Opinie

Hendrik Vos en Rob Heirbaut schrijven om de twee weken beurtelings een opinietekst, respectievelijk analysetekst, over Europese politiek. Vos is hoogleraar aan de Universiteit Gent, waar hij directeur is van het Centrum voor EU-studies. Heirbaut is VRT-journalist, gespecialiseerd in de EU.

De Europees-Canadese top ging dan toch door, drie dagen en anderhalf uur later dan gepland. Het anderhalve uur had te maken met een vliegtuigmankement in Canada. De drie dagen waren te wijten aan het verzet van Paul Magnette. Uiteindelijk stemde hij toch in met het handelsverdrag. Als het Europees Parlement straks het licht op groen zet, treedt het verdrag in werking.

Dan wordt het gemakkelijker om handel te drijven tussen Canada en de Europese Unie. Obstakels die vandaag nog bestaan, zullen grotendeels verdwijnen. Canadezen gaan vlotter investeren in Europa en omgekeerd, en Europese bedrijven zullen voortaan overheidsopdrachten kunnen uitvoeren aan de andere kant van de oceaan.

Puntjes op de i

Magnette haalde met zijn bezwaren tegen het Canada-akkoord een paar dagen de wereldpers. Nu hij uiteindelijk toch akkoord gaat, vraagt iedereen zich af wat het resultaat is van die demarche. Zijn politieke tegenstanders vinden zijn politieke stijl onverantwoord, maar ook veel van zijn medestanders van vorige week zijn ontgoocheld. Even was hij hun nieuwe Che Guevarra, maar lang heeft het niet geduurd . Hij zette alsnog zijn handtekening onder een verdrag waar niet echt iets aan veranderde.

Magnette benadrukt dat er een verklaring aan het verdrag geniet wordt die zegt dat de Europese standaarden niet omlaag moeten. Dat klopt, maar die verklaring was al maanden geleden geschreven, vooral op vraag van Duitsland en Oostenrijk. Onder druk van de Waalse regering zijn er tien dagen geleden nog wat woorden en komma’s toegevoegd, dat is alles. En het blijft wat het is: een verklaring met een beetje uitleg. Het zijn puntjes op de i, maar ook niet meer dan dat. Er hangen in totaal trouwens zesendertig verklaringen aan het handelsverdrag. Het zijn interpretaties, die in scherpere taal zeggen wat al in het verdrag staat. Didactisch misschien nuttig, maar juridisch maakt het geen verschil.

Arbitrage op zijn laatste benen

Er was vanuit Wallonië ook verzet tegen de speciale rechtbanken die met het handelsverdrag in het leven werden geroepen. Het gaat om een soort arbitragesysteem waar bedrijven gebruik van kunnen maken als ze vinden dat ze verliezen lijden omdat overheden plots onredelijke regels opleggen. Toen de Commissie in 2011 een expliciet mandaat vroeg aan de lidstaten om dit in het verdrag op te nemen, hebben alle lidstaten daarmee ingestemd. Ook België, toen nog met PS en CDH in de regering. Achteraf begon het verzet te groeien, vooral onder impuls van maatschappelijke organisaties. Onder druk van allerlei lidstaten is het systeem een goed half jaar geleden transparanter gemaakt, zijn er beroepsmogelijkheden ingebouwd, en zullen rechters niet meer ad hoc door de partijen worden geselecteerd, maar onafhankelijk zijn en op voorhand door de staten worden aangeduid.

De vraag of die bijzondere rechtbanken nodig zijn, is terecht. Een belangrijk deel van de publieke opinie twijfelt eraan, en ze wordt daarin sinds kort gevolgd door het Duits Grondwettelijk Hof en ook door de Waalse regering. Magnette belooft dat het Waalse parlement het handelsverdrag niet definitief zal ratificeren als het arbitragesysteem niet naar voldoening functioneert. Op het moment dat die ratificatie moet doorgaan, zal er echter nog geen ervaring zijn met het systeem, en het Europese Hof van Justitie, waaraan ook een oordeel is gevraagd, zal zich waarschijnlijk nog niet hebben uitgesproken. Vermoedelijk blijft de speciale rechtbank dus overeind in het Canada-verdrag.

Dat neemt niet weg dat het gemor intussen op allerlei banken erg groot is geworden. Voorstanders kunnen steeds minder argumenten verzinnen om de arbitrage te verdedigen. Het is daarom haast ondenkbaar dat de Unie in de toekomst nog een handelsverdrag afsluit waarvan de interpretatie niet bij gewone rechtbanken zal liggen. Het Waalse protest heeft de oppositie zeker versterkt, maar ook zonder Magnette zou het wellicht onmogelijk zijn om nog een handelsovereenkomst met een bijzonder arbitragesystemen door de Europese besluitvormingsmolen te halen.

Debat boven alles

Het manoeuvre van Magnette heeft wel geleid tot een publiek debat en dat is niet zonder belang. Het handelsverdrag telt tweehonderddertig pagina’s, gevolgd door meer dan duizenddriehonderd bladzijden met uitzonderingen, toelichtingen, verklaringen, protocollen en kleine letters. Het ziet er gruwelijk technisch uit, maar in essentie gaat zo’n tekst wel degelijk over politieke keuzes.

De discussie woedde al wel langer, maar enkel bij de usual suspects: maatschappelijke groepen, zoals vakbonden of milieubewegingen die op gezette tijden betoogden tegen handelsverdragen, meestal vergezeld door een opblaasbaar paard van Troje. Grote politieke debatten bleven in de meeste lidstaten uit. In Wallonië daarentegen werd de kwestie wel al een tijdje grondiger bekeken, ook in het parlement. Het gebeurde weliswaar niet toen PS en CDH in de regering zaten, maar de Waalse twijfels doken niet plots de laatste weken op, zoals de Magnette-bashers misprijzend zeiden.

De totstandkoming van nieuwe handelsverdragen zal voortaan met meer aandacht gevolgd worden, ook ver buiten Wallonië. Wellicht is dat het grootste gevolg van de zet van Magnette.

Systeemfout 1

De hele sage maakte wel duidelijk hoe broos Europa is. Eén regio lag dwars, en daardoor leek een verdrag waarover jarenlang onderhandeld was van de rails te gaan. Magnette had het been ook langer stijf kunnen houden, en dan zou het verdrag effectief geblokkeerd blijven. Kan Wallonië iets verweten worden? In geen geval: Magnette gebruikte de democratische mogelijkheden die hij tot zijn beschikking had. Bijzondere trucs kwamen er niet aan te pas. Binnen België beslisten we ruim twintig jaar geleden, vooral op vraag van Vlaanderen, dat België slechts een Europees standpunt kan innemen als elke deelstaat ermee instemt. En op het niveau van de Europese Unie zijn er sommige zaken die alleen kunnen doorgaan als de lidstaten het er unaniem mee eens zijn. Dat is prettig voor de minderheid die meent dat ze terechte bezwaren heeft. Maar het maakt het systeem in zijn geheel wel erg kwetsbaar.

Het is dezelfde unanimiteitsregel die ertoe leidt dat er nog steeds geen Europese afspraken zijn om de fiscaliteit eerlijker te maken. Wellicht is een meerderheid onder de lidstaten te vinden voor een tobintaks of voor afspraken om grootschalige belastingontwijking tegen te gaan. Maar één dwarsligger volstaat om elke afspraak onmogelijk te maken. Dat bleek de voorbije jaren keer op keer.

De Hongaarse premier Viktor Orbán of de aartsconservatieve Poolse regering zullen ongetwijfeld op een dag van datzelfde democratische recht gebruiken maken om hun veto te stellen tegen een Europese beslissing die ze veel te progressief vinden. In domeinen waar de Unie met unanimiteit beslist, dreigt de machine vast te lopen. Zwak en besluiteloos blijft Europa dan achter.

Systeemfout 2

Het Waalse verzet legde niet alleen de kwetsbaarheid van de Unie bloot, maar tegelijk ook een andere eigenaardigheid. Er bestond, zoals gezegd, al wel wat maatschappelijke onrust over het handelsakkoord. Toch bleken 27,5 lidstaten zich achter de deal te scharen, zonder al te veel intern debat. Misschien wordt het protest niet door een meerderheid onder de Europeanen gedragen, maar het zullen er toch méér zijn dan 0,5 op 28.

Straks, in het Europees Parlement, zal de stemming vermoedelijk nipter zijn. Dat is een goede zaak, want er is nu eenmaal verdeeldheid onder de bevolking. De quasi-totale consensus onder de lidstaten versterkt echter het gevoel bij vele mensen dat er een soort Europese pletwals aan het werk is die alle verzet vermaalt. Regeringen moeten meer en sneller uitleggen welke Europese dossiers ze behandelen en welke keuzes ze daarin maken. Zodat ze er ook op afgerekend kunnen worden.

Magnette heeft nog wat uit te leggen

Maar ook Magnette is Europa, en in de eerste plaats zijn kiezers, nog een verklaring verschuldigd. Niet zozeer waarom hij dwars lag. Dat kwam uitgebreid aan bod. Wat Magnette wel nog mag uitleggen, is waarom hij overstag ging.

Het handelsverdrag deugde niet, herhaalde hij keer op keer. En toch stemde hij in met een tekst waaraan niets veranderde. De grote verzetsman bleek tevreden met een verklaring die al bestond, en met een vage afspraak over een arbitragerechtbank die sowieso op zijn laatste benen loopt. Een deel van de bevolking vindt dat dit goedkoop theater was. Een ander deel is diep ontgoocheld.

Magnette is niet de enige die finaal toegeeft, na een heftig conflict met de instellingen en de andere lidstaten. Alexis Tsipras deed als Grieks premier anderhalf jaar geleden hetzelfde, nadat de Griekse bevolking zich op zijn vraag massaal had uitgesproken tegen de opgelegde besparingen. Aan de andere kant is er Viktor Orbán, die zijn plannen voor de herinvoering van de doodstraf, nochtans populair bij veel Hongaren, liet varen onder druk van de Europese instellingen. Eerder in de geschiedenis waren er ook al van die momenten waarop een lidstaat even op ramkoers kwam. Na een referendum kon Ierland in 2008 het Verdrag van Lissabon niet ratificeren, waarna de Ierse kiezers een herkansing kregen en de politiek alles op alles zette om hen ervan te overtuigen om in tweede zit wel ‘juist’ te stemmen. Het gebeurt zo vaak in Europa: het conflict wordt op scherp gesteld, maar na veel theater blaast de lawaaimaker alsnog stilletjes de aftocht.

De reden is nochtans betrekkelijk eenvoudig: als het er echt op aankomt, dan realiseert iedereen zich wat er op het spel staat, van heel erg links tot heel erg rechts. Europese integratie is een project dat niet is uitgevonden door mensen die niet wisten waarmee ze bezig waren. Finaal is elke lidstaat gebaat bij intensieve samenwerking. Er is de eengemaakte markt die welvaart deed toenemen, en er is het besef dat de uitdagingen van morgen niet meer door landen afzonderlijk kunnen worden aangepakt. Europeanen zijn ertoe veroordeeld om samen rond de tafel te blijven zitten, ook al verschillen ze grondig van mening.

Bij elke beleidskeuze moet er dan ook rekening worden gehouden met de stem van de Denen, van de Spanjaarden, van de Duitsers of van de Slovaken. Europese politiek is compromispolitiek, per definitie. Nationale leiders gaan vaak in spagaat staan: aan de Europese onderhandelingstafels zoeken ze actief mee naar tussenoplossingen, maar voor eigen publiek gaan ze die achteraf bekritiseren, dikwijls met een stoer verhaal erbij. De middenweg die door Europa gekozen wordt, is niet altijd populair. Maar de bevolking heeft wel recht op uitleg.

Meest gelezen