Vermassen: "Parket durft kasteelmoord niet voor assisen te brengen"
In de zaak van de kasteelmoord, waarbij de 34-jarige Stijn Saelens eind januari 2012 vermoord werd op zijn kasteeldomein in Wingene, vraagt het parket van West-Vlaanderen (afdeling Brugge) om de verdachten naar de correctionele rechtbank te verwijzen. Die verwijzing is nu voor onbepaalde tijd uitgesteld
Strafpleiter Vermassen denkt dat het parket de zaak niet "durft" voor assisen te brengen omdat daar "dingen zijn gebeurd die niet proper" zijn. Vermassen wil niet dieper op de feiten ingaan omdat hij de raadsman is geweest van André en Elisabeth Gyselbrecht, vader en dochter, en schoonvader en echtgenote van Saelens. De advocaat trok zich terug uit vrees voor belangenvermenging.
Het parket van Brugge wil voor onze redactie alvast niet reageren op de aantijging van Vermassen.
"Een achteruitgang tot en met"
"Het zou alleszins een ander proces worden indien het voor assisen komt", legt Vermassen wel nog uit. Hij haalt op Radio 1 een moordzaak uit Turnhout aan die hij deze week pleitte en waar alleen pleidooien waren.
"Een getuigenis op een zitting is véél uitgebreider dan twee bladzijden in een dossier. Dat geeft een genuanceerder beeld en er komen soms dingen naar boven die niet in een verklaring staan. De grondigheid van het hof van assisen is compleet teloorgegaan. Het is onbegrijpelijk dat men voor de zwaarste misdrijven, namelijk moord en doodslag, dat men dat zo vlug wil afhandelen. Nu moeten wij hemel en aarde verzetten om op een correctionele zaak waar een moordzaak wordt behandeld, nog één of twee getuigen te hebben. Het is een achteruitgang tot en met."
Bijkomend onderzoek gevraagd
De Brugse raadkamer heeft nu de verwijzing van de kasteelmoord voor onbepaalde tijd uitgesteld. De verdediging van André Gyselbrecht en die van de weduwe van Saelens hebben een verzoekschrift voor bijkomend onderzoek ingediend.
De verdediging van Gyselbrecht wil sowieso dat de zaak voor het hof van assisen wordt behandeld. "Het is belangrijk dat deze zaak niet op enkele dagen wordt afgehandeld. Alle informatie moet een bod komen. Een volksjury staat ook meer open voor alle elementen", luidt het. De onderzoeksrechter heeft nu een maand de tijd om te oordelen of er daadwerkelijk bijkomend onderzoek moet komen.