Slechts handvol procedures voor intrekking kinderbijslag Syriëstrijders

Jongeren die naar Syrië trekken, verliezen het recht op kinderbijslag. Maar sinds begin 2014 is de procedure voor het intrekken van de kinderbijslag slechts een handvol keer opgestart voor Syriëstrijders. Dat blijkt uit het antwoord van minister van Welzijn Jo Vandeurzen (CD&V) op een schriftelijke vraag van CD&V-parlementslid Peter Van Rompuy.

Jongeren verliezen het recht op kinderbijslag als ze naar Syrië trekken. "Het bevoegde kinderbijslagfonds zal dan ook de betaling van de kinderbijslag stopzetten zodra het vertrek van de jongere meegedeeld of bekend wordt aan het kinderbijslagfonds", aldus minister Vandeurzen. Als er te veel kinderbijslag zou uitbetaald zijn, kan dat ook worden teruggevorderd.

Om die informatie op te sporen wordt niet alleen gekeken naar de gegevens uit het Rijksregister, maar rekent men ook op de informatie van de arbeidsauditoraten. "Sinds enige tijd bestaat er wat dat betreft een actieve samenwerking tussen de gerechtelijke autoriteiten en de Openbare instellingen van sociale zekerheid (OISZ) met het oog op de strijd tegen domiciliefraude in het algemeen en onder meer in het kader van de problematiek van Syriëstrijders in het bijzonder", aldus Vandeurzen.

Volgens de CD&V-minister zijn er sinds begin 2014 vijf dossiers overgemaakt door het arbeidsauditoraat van Antwerpen. De dossiers zijn bezorgd aan de cel sociale fraude van FAMIFED, het federaal agentschap voor de kinderbijslag.

Wanneer de jongere terugkeert, kan een nieuwe aanvraag voor kinderbijslag worden ingediend. Het is niet bekend in hoeveel gevallen een intrekking van de kinderbijslag ongedaan is gemaakt.

Meest gelezen