Hoop doet zingen - Kristien Bonneure

Zoveel versies van het Franse volkslied gehoord, en allemaal adembenemend. Uit duizenden Franse en Britse kelen in het Wembleystadion. In de coulissen van het Stade de France toen iedereen daar geschokt naar buiten schoof, ontsnapt aan terreuraanslagen. Trots en professioneel gebracht op de bühne van de Metropolitan Opera in New York. Zachtjes gezongen bij wat brandende kaarsen op een plein. Die laatste versie geniet mijn voorkeur. Dan klinken er wat minder uitroeptekens in ‘Aux armes citoyens! Formez vos bataillons! Marchons! Marchons!

Kristien Bonneure is VRT-journalist en auteur van ‘Stil leven. Een stem voor rust en ruimte in drukke tijden’ (Lannoo).

‘Aux armes et caetera’, klonk de zwoele reggaeversie van Serge Gainsbourg. ‘Mon sissoyen’, zong Arno, maar dat ging over ’s mans pielemuis. Hoewel er toch een link is met Parijs: ‘Je chante et je danse pour mon sissoyen. Il est dressé vers le ciel, comme la Tour Eiffel.’ Zouden de Eagles of Death Metal een meezinghit hebben ?

De zingende revolutie

Het ene volkslied is het andere niet. Van de Brabançonne krijgt wellicht niemand kippenvel, maar neem nu het Wilhelmus: wat een mooie hymne! Er lopen mieren door mijn ruggenmerg telkens een groep mensen een symbolisch, revolutionair of ontroerend lied aanheft. ‘Stille nacht’, waarom niet? Maar zeker de Internationale, ‘Le temps des cerises’ uit de tijd van de Franse Commune, het lied van de Moorsoldaten - symbool van verzet tegen de nazi’s. ‘Avanti o popolo, alla riscossa, bandiera rossa, bandiera rossa’: het roodste aller liederen. ‘Nearer My God, to Thee’, de laatste hymne op de Titanic. De oer-protestsong-meezinger is natuurlijk ‘We shall overcome’.

Toen er nog apartheid was in Zuid-Afrika zongen we uit volle borst ‘Free Nelson Mandela’ of ‘Biko’. De Baltische staten maakten zich los van de Sovjetunie met een geweldloze “zingende revolutie”. Vooral in Tallinn kwamen vele honderdduizenden samen om verboden liederen te zingen. Ik herinner me het protest tegen Slobodan Milosevic in Servië. De voorheen clandestiene liedjes liepen toen als lopende vuurtjes door de menigte: ‘He Slobo, red het land en hang jezelf maar op’.

Zingen kan levensgevaarlijk zijn. In Chili hakte de junta de vingers af van gitarist en protestzanger Victor Jara, alvorens hem te vermoorden. Tijdens de Arabische lente waren er ‘subversieve’ rappers actief in Egypte of Tunesië. Fundamentalisten in Algerije verboden de raï, de Afghaanse taliban (bijna) àlle muziek.

Samenzang

Het hoeft zelfs niets te betekenen, politiek noch religieus. Samen zingen is één van de eerste dingen die we met peutertjes doen. Vrolijke vrienden met nonkel Bob voor mijn generatie, het verzameld werk van kapitein Winokio voor die van mijn kinderen. Handjes draaien, hoedje van papier, tien kleine visjes… er zijn slaapliedjes, stapliedjes, onzinliedjes, stapelliedjes, vieze liedjes. Eenmaal uit school, waar zingen we nog, nu de kerk leegstaat? Best wel vaak, eigenlijk. In het voetbalstadion. Op een bruiloft, van ‘Les lacs du Connemara’. Op een festival, tijdens een betoging. Aan een kampvuur wil ik nog wel eens losbreken in ‘O Heer d’avond is neergekomen’. Zingen is een bij uitstek sociaal gebeuren. Meejoelen met de radio in de auto en vocalises oefenen onder de douche zijn uitzonderingen op de regel.

Het koorleven in Vlaanderen is springlevend. Vorig weekend luisterde ik naar een Leuvens koor, dat prachtige polyfonie zong. ‘Dona eis requiem sempiternam’. Geef hen de eeuwigdurende rust. Niemand die niet aan Parijs dacht. In de yogales zingen we elke week een ouwe Indiase mantra. ‘Loka samasta sukino bavantu’, mogen alle wezens gelukkig en vrij zijn. De kracht van een lied. Zingen is troostend, solidair, ongewapend en ontwapenend. Zolang we zingen is er hoop.

Meest gelezen