Artsen Zonder Grenzen trekt zich terug uit Kunduz

Artsen Zonder Grenzen heeft zijn personeel teruggetrokken uit de Noord-Afghaanse stad Kunduz. De beslissing is het rechtstreekse gevolg van het luchtbombardement op het traumacentrum van de organisatie in Kunduz. Daarbij kwamen 19 mensen om, onder hen 12 AZG-medewerkers. Tientallen anderen raakten gewond. AZG had eerder ook al het getroffen ziekenhuis zelf verlaten.

Artsen Zonder Grenzen legt de schuld voor de belegering bij de internationale coalitie tegen IS geleid door de VS. Het Amerikaanse leger gaf gisteren al toe dat het op het moment van de luchtaanval, rond 2 uur zaterdagmorgen, luchtaanvallen uitvoerde in het gebied.

Het ziekenhuis werd gedurende een uur gebombardeerd. Volgens een woordvoerder van het Afghaanse ministerie van Defensie gebeurde dat omdat talibanrebellen zich in het ziekenhuis verscholen hadden en het gebouw "als menselijk schild" gebruikten. AZG ontkent dat met klem en stelt dat de belegering van een functionerend ziekenhuis op geen enkele manier goed te praten valt. De hulporganisatie meldde gisteren overigens al dat ze meteen na de start van de belegeringen Washington en de NAVO op de hoogte heeft gebracht maar dat de bommen nog geruime tijd bleven vallen.

Slecht nieuws voor lokale bevolking

Vandaag meldde de hulporganisatie dat het getroffen ziekenhuis te zwaar beschadigd is voor verder gebruik. Na de luchtaanval woedde er een urenlange brand operatiekwartier. De patiƫnten in kritieke toestand zijn naar twee andere instellingen verplaatst. Enkele artsen zijn ook in die ziekenhuizen gaan werken maar de meeste personeelsleden van Artsen Zonder Grenzen hebben het gebied verlaten.

Dat is slecht nieuws voor de lokale bevolking. Het ziekenhuis was de enige plek in Kunduz en het noordoosten van Afghanistan waar men ernstige oorlogsverwondingen kon verzorgen.

Meest gelezen