Kwaliteit niet-dringend ziekenvervoer laat te wensen over

De kwaliteit van het niet-dringend liggend ziekenvervoer laat te wensen over. Bevoegd minister Jo Vandeurzen geeft de sector nog één kans om zelfregulerend op te treden, antwoordde hij op een vraag van Danielle Godderis-T'Jonck (N-VA).

De sector staat in voor het vervoer van patiënten tussen ziekenhuizen, of bij nood aan een opname. Het staat los van het dringend vervoer, dat een federale bevoegdheid is. De regels waaraan het niet-dringend vervoer moet voldoen werden uitgewerkt door een onafhankelijke commissie, maar worden vaak met de voeten getreden.

"Het kwaliteitscharter is dan ook niet bindend, waardoor een aantal bedrijven het schaamteloos naast zich neer kunnen leggen en de bedrijven die het charter wel respecteren oneerlijke concurrentie aandoen", stelt Godderis-T'Jonck.

"De ziekenfondsen geven aan dat hun budget ontoereikend is", zegt Vandeurzen. "Implementatie van het kwaliteitscharter, waarin onder meer staat dat er permanent twee personeelsleden worden ingezet, zal de kosten doen toenemen."

De ziekenfondsen vragen volgens Vandeurzen een betere afstemming tussen de zorgvraag en het -aanbod. Zo zouden bepaalde verplaatsingen ook met een taxi kunnen gebeuren. De fondsen zijn volgens de minister bereid om enkel nog met geaccrediteerde diensten te werken als die betere afstemming er komt.

"Ik heb daarom besloten om de zelfregulering nog een laatste kans te geven", aldus Vandeurzen. "Als dit binnen afzienbare tijd niet slaagt, zal ik noodgedwongen moeten overgaan tot het opleggen van normen."

Meest gelezen