Zijn vrijwilligers bijklussers? Ik dacht het niet. - Eva Hambach

Honderdduizenden vrijwilligers moeten zich in hun koffie verslikt hebben bij het bericht van de staatssecretaris van Fraudebestrijding dat vrijwilligerswerk een vorm van bijklussen is.
opinie
Opinie

Puur taaltechnisch kan je de man geen ongelijk geven, vermits Van Dale Online stelt dat bijklussen betekent: ‘extra werken naast de eigenlijke baan, al dan niet zwart‘. In het woord 'vrijwilligerswerk' zit het woord ‘werk’, vandaar wellicht de dwaling. Vandaar ook dat we opteren voor het accuratere woord ‘vrijwilligen’.

Vrijwilligerswerk wordt door de vrijwilligerswet omschreven als een ‘onbezoldigde activiteit’, die mensen uit vrije wil doen. Vanzelfsprekend heb je evenveel motivaties om te vrijwilligen als er vrijwilligers zijn. De meerderheid van die mensen doet dat niet met het oog op financiële verrijking, maar om persoonlijke redenen: om anderen te helpen, sociale contacten op te bouwen, compensatie van een verlies, om talenten bij te schaven, uit overtuiging, of gewoon omdat het plezant is. Ze doen het omdat ze het willen doen. Niet omdat ze moeten.

Ik wil de dames en heren politici er ook aan herinneren dat er een vrijwilligerswet bestaat, in de volksmond ‘het statuut’ genoemd. Die beschermingsregeling schreeuwt op dit ogenblik niet naar drastische omwentelingen. Er is immers een kostenvergoedingsregeling uitgewerkt, die voor heel wat vrijwilligers, organisaties en (sub)sectoren volstaat. Vrijwilligers kunnen eventueel volgens deze regeling 32,71 euro maximum per dag ontvangen met een maximum van 1308,38 euro per jaar.

Schouderklop of bloem

Die, zoals de staatssecretaris van Fraudebestrijding het noemt, ‘schamele vergoeding’ is geen betaling noch een inkomen, maar een terugbetaling van door vrijwilligers gemaakte kosten bij en tijdens het vrijwilligen. Die mogelijkheid voor organisaties om een kostenvergoeding te betalen, wordt in de meerderheid van de gevallen niet misbruikt. Bovendien verlaagt het de drempel tot vrijwilligerswerk. Laten we echter vooral niet vergeten dat heel wat vrijwilligers vrijwilligen voor de schouderklop of een bloem tijdens de Week van de Vrijwilliger.

Ja, het klopt dat sommige (sub)sectoren een betere vergoedingsregeling willen voor het vrijwilligerswerk. Zowel binnen de sportsector als de thuiszorg is men daarvoor expliciet vragende partij.

Dat kan op twee manieren geregeld worden. Door eindelijk werk te maken van een statuut voor de semi-agorale arbeid, waarbij gepoogd wordt een regeling te treffen voor mensen die activiteiten uitvoeren die niet echt binnen het economisch ruilverkeer plaatshoren, maar die een vergoeding krijgen die hoger ligt dan de in de vrijwilligerswet toegelaten maxima, en waarbij ze een regeling krijgen die zowel op fiscaal als op socialezekerheidsrechtelijk vlak degelijk in elkaar zit.

Een andere manier is door het ondertussen al tien jaar naar ons gapende artikel 12 van de vrijwilligerswet te gebruiken, aangezien dat, mits de nodige degelijke argumentatie én het fiat van de Hoge Raad voor Vrijwilligers, kansen biedt om eventueel bepaalde categorieën vrijwilligers voor specifieke activiteiten een iets ruimere vrijwilligersvergoeding te geven. Artikel 12 luidt als volgt: “De Koning kan, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, voor specifieke categorieën van vrijwilligers, onder de door Hem bepaalde voorwaarden, de in artikel 10 bedoelde bedragen verhogen.”

Het voordeel aan artikel 12 is dat de personen in kwestie voor het overige onder de bescherming van de vrijwilligerswet (op het gebied van aansprakelijkheid, fiscaliteit en sociale zekerheid) blijven vallen.

Bescheiden

De oefening is in beide gevallen geen sinecure, vermits er dan een degelijke definiëring dient te gebeuren (met inperking van interpretatiemogelijkheden en -moeilijkheden) van welke activiteiten onder de ‘bijzondere regeling’ zouden vallen.

Door echter te veel te focussen op de kostenregeling, dreigen we de kracht en de meerwaarde van al die vrijwilligers en het vrijwilligerswerk uit het oog te verliezen. Zij vragen (h)erkenning. Niet per definitie euro’s.

De vrijwilligerssector kenmerkt zich door bescheidenheid, dynamiek en vasthoudendheid. Hij richt zich niet op gewin. Uiteindelijk is en blijft dat de essentie.

(Eva Hambach, Vlaams Steunpunt Vrijwilligerswerk vzw)

VRT NWS wil op vrtnws.be een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over actuele thema’s. Omdat we het belangrijk vinden om verschillende stemmen en meningen te horen publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van zijn vereniging. Zij zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst. Wilt u graag zelf een opiniestuk publiceren, contacteer dan VRT NWS via moderator@vrt.be.

Meest gelezen