Taxshift is geen vestzak-broekzakoperatie - Potoms/Van der Wielen

In het licht van de recente uitlatingen van Michel Maus (VUB) rond het verouderde systeem van het kadastraal inkomen was er de afgelopen week weer ophef rond de fameuze taxshift. Onder meer Gwendolyn Rutten kon het niet laten te suggereren dat een taxshift een “vestzak-broekzakoperatie” zou zijn. Een soundbite die mooi weergalmt in de oren van haar achterban, maar in de praktijk vals klinkt. We zouden hier kort even willen verklaren waarom dit een misvatting is.
opinie
Opinie

De vrees voor de “tax lift”

De uitspraak is juist in die zin dat op het einde van de dag dezelfde hoeveelheid belastingen opgehaald dienen te worden. Dit argument berust evenwel op een misvatting in het debat, vermits het twee discussies door elkaar haalt. Indien de liberalen en de N-VA bijvoorbeeld vrezen voor een zogenaamde “tax lift”, dan vergeten ze het onderscheid tussen de omvang van de belastingen (de zgn. grootte van de overheid) en de structuur van het belastingsysteem (cf. de taxshift). Twee aspecten die bewust afzonderlijk vastgelegd zouden kunnen worden in een regeerakkoord.

Broekzak? Of toch maar vestzak?

Belastingen dienen om bepaalde overheidsuitgaven te financieren. Gegeven de hoogte – of laagte – van die uitgaven is het een interessante vraag wat de beste structuur van je belastingsysteem is. Met andere woorden, hoe wil je je inkomsten ophalen om de nodige uitgaven te kunnen doen?

De ene belasting is de andere niet. Elke belasting brengt bepaalde kosten met zich mee. Hierbij verwijzen economen meestal niet naar de administratieve kosten die gepaard gaan met het ophalen van specifieke belastingen, maar naar de zogenaamde “welvaartskost”. Mensen die geconfronteerd worden met een bepaalde belasting zullen immers hun gedrag aanpassen. Een belasting op arbeid leidt bijvoorbeeld vaak tot een verminderd aanbod op de arbeidsmarkt.

De grootte van de welvaartskost is verschillend voor de diverse belastingen. Het aangehaalde voorbeeld van de lasten op arbeid – die zoals we inmiddels weten, in België zeer hoog zijn – is er één waarbij de welvaartskost effectief zeer hoog is. De welvaartskost is immers sterk gerelateerd aan de mate waarin de belastingplichtige zijn gedrag kan aanpassen om de belasting te ontwijken.

In dat opzicht kan men alleen maar vaststellen dat een verschuiving van belastingen richting bijvoorbeeld onroerend goed wenselijk zou zijn vanuit een efficiëntieperspectief. In die zin is het vestzak-broekzakdiscours te horen bij politici zoals Gwendolyn Rutten volledig fout. Daarnaast verhult het discours het feit dat het kostuumvest mogelijks in iemand anders zijn kleerkast hangt dan de werkmansbroek. Ten slotte verhinderen dergelijke uitspraken vooruitgang door te suggereren dat de verandering nutteloos is. Behalve een dramatisch effect, bereikt men dus weinig met een dergelijke valse noot.

De kracht van verandering?

Met de discussie rond het kadastraal inkomen heeft men tevens een kans gemist om een meer fundamentele vraag te stellen: hoe moet het nu met de omvang van de fiscale aftrekken of fiscale uitgaven? Het gaat hier per slot van rekening eveneens om een inefficiëntie, zoals vaak benadrukt door Prof. André Decoster (KU Leuven) (zie het verslag van gemengde parlementaire commissie voor de fiscale hervorming op 21 Oktober 2013).

De fiscale aftrekken tasten de relatieve prijzen aan, hetgeen net zoals bij belastingen op arbeid tal van niet-optimale gedragsreacties uitlokt. In het geval van de woonbonus kennen we bijvoorbeeld de vertekende, opwaartse effecten op de huizenmarkt. De algemene aanbeveling is dan ook telkens zeer duidelijk: stel alle fiscale uitgaven in vraag. Indien men geen goede efficiëntiegronden vindt voor een bepaalde vermindering in belastingen, kan men ze beter afschaffen. Met die bijkomende middelen kan men dan de lasten op arbeid verder (gericht) verlagen, hetgeen de totale welvaartskost van belastingen verlaagt.

Er wordt in dit land vaak gepleit voor diepgaande, structurele hervormingen. Welnu, een fiscale hervorming vormt een fundamenteel onderdeel van zo een grondige hervorming. Een conclusie die eveneens wordt gestaafd door de meest recente landspecifieke aanbevelingen van de Europese Commissie. Laat ons dan ook vooral niet in holle “vestzak-broekzakoperatie” slogans vervallen en het debat genuanceerd en eerlijk aangaan


(Tom Potoms doctoreert economie aan de ULB en Wouter Van der Wielen doctoreert economie aan de KU Leuven)

VRT NWS wil op vrtnws.be een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over actuele thema’s. Omdat we het belangrijk vinden om verschillende stemmen en meningen te horen publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van zijn vereniging. Zij zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst. Wilt u graag zelf een opiniestuk publiceren, contacteer dan VRT NWS via moderator@vrt.be.

Meest gelezen