Verstek en het onbegrip van de burger - Hugo Lamon

Er was gretige mediabelangstelling voor de behandeling van de zaak van Jonathan Jacob die in een politiecel het leven liet. Het waren de makers van de Panoramareportage die Vlaanderen met gruwelijke beelden uit die cel hebben wakker geschud. Toch is het aan de rechtbank, en alleen aan de rechtbank, om te oordelen of er strafbare feiten zijn gepleegd en om desgevallend de gepaste straf uit te spreken.
opinie
Opinie

Een tegensprekelijk debat

Het is essentieel in onze rechtstaat dat iemand pas veroordeeld wordt na een eerlijk proces, voor een onafhankelijke rechter. Een eerlijk proces houdt ook in dat de betrokkene wordt gehoord en kan worden bijgestaan en vertegenwoordigd door een advocaat. In het vakjargon heet dat een tegensprekelijk debat.

Dat is dus in het belang van wie in de rechtszaal moet verschijnen en je zou dus als buitenstaander kunnen denken dat iemand die zijn onschuld wil uitschreeuwen ernaar uitkijkt om daar aanwezig te zijn en daar al zijn argumenten aan te voeren. Bovendien is een zitting in principe openbaar. Zo kan iedereen er op toezien dat het proces eerlijk verloopt en kan ook de pers de gang van zaken kritisch volgen, om daar dan met kennis van zaken over te berichten.

Het onbegrip van de burger

Sommige burgers hebben de wenkbrauwen gefronst toen ze hoorden dat bij de aanvang van de zaak voor de correctionele rechtbank in Antwerpen de partijen aanwezig waren (of minstens toch geldig door een advocaat werden vertegenwoordigd).

Ze vroegen om de zaak uit te stellen, wat niet uitzonderlijk is. Advocaten vragen wel vaker uitstel, om tal van redenen. Er kunnen onoverkomelijke agendaproblemen zijn of er kunnen ook procedurele motieven zijn (bijvoorbeeld, er moet gewacht worden op het resultaat van een andere zaak).

Een eerlijke behandeling van de zaak vraagt soms dat er ook rekening wordt gehouden met allerhande externe factoren. De rechtbank beoordeelt die verzoeken tot uitstel en gaat daar wel of niet op in. Dat is de gewone gang van zaken van iedere dag op de rechtbank.

De media melden dat de rechtbank het verzoek tot uitstel heeft geweigerd en hierop zijn zij die zich voor de rechter moesten verantwoorden en hun raadslieden collectief opgestapt. De zaak werd dan verder in hun afwezigheid behandeld. Bij verstek, zoals dat in de juristentaal heet.

De burger begrijpt het niet zo goed. Iemand is aanwezig op zijn proces en dan plots weer niet meer, omdat hij de zitting verlaat. Daarna komt dan een vonnis bij verstek. Daarop kan dan verzet worden aangetekend, waardoor dezelfde zaak opnieuw bij dezelfde rechter komt. Wanneer dat verzet tijdig is ingesteld, herbegint de rechter van voor af aan.

Verstek is soms zinvol, maar...

Er zijn omstandigheden dat verzet zeker zinvol is. Denk maar aan de situatie van iemand die lange tijd in het buitenland is en bij zijn terugkeer ontdekt dat hij gedagvaard, maar ook al veroordeeld werd. Of iemand die langdurig in het ziekenhuis verblijft en niet tijdig de nodige regelingen kon treffen. Maar ook banaler: iemand die op weg naar de rechtbank met autopech wordt geconfronteerd of pakweg iemand die zich van gebouw vergist. Voor dat soort situaties is verzet zeker te verantwoorden.

Maar wat als je wel degelijk aanwezig bent, maar de zaal verlaat omdat een beslissing van de rechter je niet zint. Dan is er zeker geen sprake van overmacht. Maar in de huidige stand van de wet kan en mag het. De vraag die zich nu stelt is of dit ook maatschappelijk wenselijk is.

De minister van Justitie vindt alvast van niet. In zijn justitieplan kondigt hij aan dat hij het verstek wil beperken tot die gevallen waarin de versteklatende partij overmacht of een andere geldige verantwoording kan aantonen. Dus niet langer om tactische redenen, bijvoorbeeld om de zaak op de lange baan te schuiven.

In zijn justitieplan heet het dat het recht op verzet “niet langer als een bewuste verdedigingsstrategie” mag worden aangewend. Hopelijk slaagt de minister in zijn opzet, want er is steeds minder een maatschappelijk draagvlak voor dat soort strategieën.

Maar zolang de wet niet is gewijzigd, mag het. En het wordt ook vaak in allerhande zaken en om diverse redenen gedaan (bijvoorbeeld om op die manier te trachten de feiten te laten verjaren).

Positieve deontologie

Toch blijft ook nu nog de vraag: mag dat allemaal zomaar? Ja dus. De wet laat het toe en ook de advocatendeontologie maakt er geen probleem van. Die deontologie wordt door de advocatenordes zelf vastgelegd. Ook daar groeit het bewustzijn dat bij het vastleggen van die regels meer rekening moet worden gehouden met wat de samenleving van justitie en van de advocaten mag verwachten. Positieve deontologie heet dat in het jargon, al wordt dat in de advocatuur niet altijd positief benaderd. Maar misschien wordt het nu wel tijd om daar werk van te maken. De burger verwacht ook dat de advocatuur als groep zijn maatschappelijke rol opneemt.

(Hugo Lamon is advocaat.)

VRT NWS wil op vrtnws.be een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over actuele thema’s. Omdat we het belangrijk vinden om verschillende stemmen en meningen te horen publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van zijn vereniging. Zij zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst. Wilt u graag zelf een opiniestuk publiceren, contacteer dan VRT NWS via moderator@vrt.be.

Meest gelezen