Kopstukkendebat in Leuven: wat hebben we geleerd?

De meerderheidspartijen zijn eensgezind als het erop aankomt hun beleid te verdedigen, de tax shift wordt voorlopig binnenskamers besproken en tussen rood en groen is het nog geen grote liefde. Dat hebben we geleerd uit het Groot Kopstukkendebat, gisteravond in Leuven.

Eén jaar na de verkiezingen maakten Wouter Beke (CD&V), Gwendolyn Rutten (Open VLD), Sander Loones (N-VA), Bruno Tobback (SP.A) en Kristof Calvo (Groen) een balans op tijdens het Groot Kopstukkendebat in Leuven, georganiseerd door de lokale jongerenafdelingen. Het werd een bijwijlen fel, maar beschaafd debat, met een bevlogen Calvo die het meeste applaus oogstte.

Loones, die beschouwd wordt als de gedoodverfde opvolger van voorzitter Bart De Wever, had het naast ervaren rotten als Beke en Rutten moeilijk om uit de verf te komen. Hij slaagde er maar zelden in om enthousiasme los te weken bij het studentenpubliek. Ook Tobback, die een rustige indruk maakte, had het niet makkelijk. Zijn onzekere toekomst als voorzitter werd enkele keren op de korrel genomen.

"Dat kartel is niet voor morgen"

Over naar de inhoud dan. Om te beginnen mogen alle partijkopstukken een antwoord geven op de vraag of de regering-Michel het beter of slechter doet dan haar voorganger? De antwoorden zijn weinig verrassend: de meerderheid vindt van wel, de oppositie van niet. Opvallend is wel dat Calvo en Tobback meteen met elkaar in de clinch gaan over de rol van de socialisten in de vorige regering. “Dat kartel is niet voor morgen”, grapt Beke.

Nog iets dat opvalt: de drie regeringspartijen verdedigen eensgezind het regeringsbeleid. Het kibbelkabinet van de voorbije maanden lijkt ver weg in Leuven. Iedereen voelt zich goed in de regering-Michel. Een regering die doet wat moet en de problemen aanpakt, zo luidt het. “Het garanderen van de toekomst, daar zij we mee bezig”, zegt Beke, waarna hij applaus krijgt van Loones. “Er is toch een kartel in de maak”, reageert Calvo op zijn beurt.

De hoofdbrok van het debat is -het zal niemand verbazen- de tax shift. Dat die er moet komen, daar is iedereen het over eens, maar de invulling die ze eraan geven, verschilt grondig. Tobback houdt een uitvoerig pleidooi voor een belasting op de meerwaarde bij de verkoop van aandelen. “Daar waar er grote winsten geboekt worden, moeten we een bijdrage vragen”, zegt hij, verwijzend naar Marc Coucke.

Ligt dat op tafel, die meerwaardebelasting, is dan de logische vraag voor de meerderheidspartijen. Die antwoorden ontwijkend. Wat de tax shift nu juist gaat inhouden, is al maanden voer voor speculatie en vanavond worden we niet veel wijzer. Rutten, Beke en Loones laten niet in hun kaarten kijken. Al benadrukt die laatste opnieuw dat de N-VA geen heil ziet in een vermogensbelasting. “De voorbeelden uit het buitenland hebben aangetoond dat dat niet werkt”, zegt hij. “Kapitaal wordt in ons land al enorm belast. We geloven niet in een magische rode knop waarbij er miljarden uit de hemel vallen.”

“Geen taboes”

Bij CD&V pleit men wel voor een vermogenswinstbelasting. Maar in dit debat houdt Beke zich wat op de vlakte. Hij verwijst naar de oproep van de OESO, die zei dat ons land beter belastingen zou verschuiven van arbeid richting consumptie, vervuiling en vermogenswinsten. Rond die drie pijlers zal het draaien, zegt Beke. Voor Rutten moeten belastingen vooral eenvoudig zijn, en niet te hoog. “Lage tarieven vergroten het draagvlak en verminderen fraude”, zegt ze. Meer concreet laat ze ook weten dat een belasting op speculatie (aandelen kopen om ze snel met winst opnieuw te verkopen) een mogelijkheid is. “Dat heeft geen reële toegevoegde waarde voor de economie.”

Hevig wordt het debat wanneer het gaat over eerlijke fiscaliteit. Kristof Calvo verwijt de regering dat ze zich op de borst klopt voor de kaaimantaks, terwijl dat volgens hem een lege doos is. “De offshore-constructies vertegenwoordigen 56 miljard euro. En u wil 50 miljoen euro ophalen. Dat is niet mensen ondersteunen die werken. Wij willen de belastingen verhogen voor de grootste vermogens. Dat is niet radicaal, dat is billijk. Zo’n tax shift hebben we nodig.” Calvo oogst er heel wat applaus mee bij de studenten.

Vervolgens gaat de Kamerfractieleider van Groen in de clinch met Loones, die erop wijst dat er via de kaaimantaks en de diamanttaks meer geld wordt opgehaald in de strijd tegen de fiscale fraude dan door de vorige regering, mét de socialisten. “Je bent de grootste partij van Vlaanderen en je doet niets anders dan over de socialisten praten. Stop daarmee. Praat over uw eigen programma”, sneert Calvo. Het is een opmerking die nog enkele keren terugkomt.

Meerderheidspartijen applaudisseren voor elkaar

Tobback, die de meerderheid verwijt mist te spuien en rond de pot te draaien, wil nog benadrukken dat een belastingverschuiving naar btw voor hem “no passaran” is. “Dat is een vestzak-broekzakoperatie.” Voor Rutten zijn er “geen taboes”. “We moeten de fiscale achterpoortjes sluiten, en die gaan ook langzaam dicht”, zegt ze. Haar “ultieme tax shift” is het verlagen van de overheidsuitgaven, “de enige manier om jobs te creëren”. “De overheid van de 21e eeuw moet slanker en goedkoper zijn”, zegt ze. En ook die boodschap krijgt heel wat applaus.

Aan de linkerzijde wordt gehamerd op de boodschap dat de regering veel afneemt van de gewone werkende bevolking en maar weinig in de plaats geeft. Het gaat dan onder meer om het verhoogde inschrijvingsgeld in het hoger onderwijs, de afgeschafte wachtuitkeringen en –uiteraard- de indexsprong. De regeringspartijen doen hun best om te counteren. “We hebben de nettolonen verhoogd”, zegt Beke. “En ja, we vragen inspanningen van de mensen, maar die dienen tot iets: het veiligstellen van jobs, de sociale zekerheid en de pensioenen. We doen datgene dat nodig is.”

De CD&V-voorzitter krijgt er applaus voor van Loones en Rutten, die de zaal aanspoort om mee te klappen. “Iedereen die werkt, zal dit jaar 160 euro meer verdienen”, benadrukt de Open VLD-voorzitster. “De indexsprong is een injectie voor de competitiviteit”, zegt Loones, “met sociale correcties”. “Bovendien hebben we de laagste uitkeringen verhoogd.”

Arbeidsmarkt en pensioenen

Ook de arbeidsmarkt komt uitgebreid aan bod in het debat. Gwendolyn Rutten houdt een liberaal ideologisch pleidooi voor ondernemerschap, innovatie en een meer flexibele loopbaan. “Waarom zou je heel je loopbaan ambtenaar zijn, of heel je loopbaan zelfstandige? Heel dat idee van het moet gebetonneerd zijn, dat is van de oude tijd.” Ze oogst er applaus mee, maar ook kritiek van Tobback en Calvo.

“Dat beeld is niet realistisch”, zegt Tobback. “De meeste mensen willen dat niet, van de ene job naar de andere hoppen.” Hij verwijt Rutten ook in karikaturen te spreken als ze het heeft over de ambtenaren. “Ik mis empathie en realiteitszin”, vindt Calvo. “Een vaste betrekking is voor veel mensen een droom en geen realiteit. Dat moet evenveel aandacht krijgen als de mensen die willen jobhoppen.”

Beke maakt zich tot slot één keer echt kwaad, op Bruno Tobback, wanneer die de pensioenhervorming van de regering-Michel aanvalt. “Jaag de mensen nu eens geen angst aan”, werpt hij de SP.A-voorzitter voor de voeten. “Ik word echt kotsmisselijk van dit soort voorbeelden, alsof iemand die op zijn 16e is beginnen werken, zou moeten doorgaan tot zijn 67e. Dat klopt gewoon niet. De uitzonderingen voor de zware beroepen blijven. Er is 8 miljard extra uitgetrokken voor de pensioenen.”

Meest gelezen