Stagiair met moslimextremistische sympathieën 2 dagen in hoofdkantoor politie

De stagiair in kwestie is een 22-jarige Belg van Marokkaanse origine, die begin februari aan zijn kijkstage begonnen was op de ICT-afdeling van het politiehoofdkantoor. Enkele weken dus na de antiterreuroperatie in Verviers, waardoor de politie in verhoogde staat van paraatheid was.

Zijn stage duurde amper twee dagen, want zijn vreemde gedrag viel al snel op, zegt Gert Cockx van politievakbond NSPV. "Die jongeman liep al na enkele dagen in de kijker, omdat hij allerlei vragen stelde aan zijn collega's: over de beveiliging van de locatie waar hij werkte, over de bewapening die voorhanden was, over de aanwezigheid van een bepaalde persoon (het bureau van commissaris-generaal Catherine De Bolle bevindt zich in het gebouw, red.)."

"Kortom, het waren bevreemdende vragen waardoor hij in de kijker liep bij zijn collega’s en men zich vragen stelde over zijn intenties", zegt Cockx. Bij nader onderzoek bleek dat de stagiair op Facebook openlijk zijn sympathie betuigde voor IS en extremistische uitspraken deed. "Dan besefte men dat men vermoedelijk de verkeerde persoon had gerekruteerd voor de verkeerde job."

Volgens de vakbondsman bewijst deze zaak dat er een betere screening nodig is. "Er zijn te veel gaten in de kaas. Dit is een zeer gevaarlijke toestand. We moeten bekijken hoe het mogelijk is dat die man erin gelukt is om zich te laten aanwerven bij de politie en toegang kon hebben tot databanken."

"Klaarblijkelijk zijn er mensen die zich bewust laten aanwerven om van binnenuit het systeem en de democratische instellingen aan te vallen, want deze kerel had duidelijk andere intenties dan gewoon een job vinden bij de politie."

Of de stagiair gevoelige informatie heeft kunnen raadplegen, is niet helemaal duidelijk. "Blijkbaar is men snel genoeg geweest om te vermijden dat hij allerlei gegevens ging downloaden, al is daar nog discussie over. Maar hij had dus mogelijk toegang tot databanken en gevoelige informatie, adressen van verbindingsofficieren in het buitenland ook. Gegevens waar hij niet had mogen bij geraken."

Bij de verbindingsofficieren van de politie is er heel wat ongenoegen en ongerustheid over de zaak. Die mensen werken -vaak in het buitenland- aan terrorismedossiers. Hun gegevens en die van hun partners en medewerkers zijn te vinden in de databanken. Een van hen zou een klacht hebben ingediend bij het Comité P, dat de politiediensten onderzoekt.

De federale politie heeft ook zelf een klacht ingediend bij het parket tegen de stagiair, maar dat besliste dat er geen verder onderzoek nodig is, omdat hij hoogstwaarschijnlijk niet de kans heeft gehad om gevoelige informatie te raadplegen.

Ook bij Defensie kent men de problematiek. Enkele maanden geleden nog kwam in het nieuws dat een Belgische Syriëstrijder twee jaar actief was in het Belgische leger. Volgens Defensie wordt er nu strenger gescreend om extremisten te weren.