De Lijn zet "gemeentebusjes" in voor behoud plattelandsaanbod

De Lijn onderzoekt of ze in dunbevolkte gebieden kan gaan samenwerken met lokale partners. Dat meldt De Tijd. De vervoersmaatschappij moet van de Vlaamse regering de buikriem gevoelig aanspannen. Een van de uitdagingen daarbij is om -ondanks de besparingen- het aanbod in landelijke gebieden toch op peil te houden. Een alliantie met lokale partners kan daarbij soelaas brengen, luidt het.

De mosterd voor de alternatieve werkwijze haalde De Lijn in Denemarken. Daar wordt in landelijke gebieden al langer gewerkt met het systeem Flextur. De klant belt het nummer van de centrale dispatching en die gaat vervolgens na waar de reiziger op dat ogenblik vervoer kan krijgen. Daarop brengt een collectieve taxi hem naar de dichtstbijzijnde verbinding met het openbaar vervoer.

Wat in Denemarken kan, kan ook bij ons, dachten ze bij De Lijn. Ook bij ons hebben gemeenten, buurtverenigingen of OCMW's vervoersmiddelen ter beschikking en bestaan er taxidiensten. Dit is geen stap terug in de dienstverlening, luidt het. "We kijken wat we in dunbevolkte gebieden beter en goedkoper kunnen doen en we kijken of er daarbij geen alternatieven zijn", legt directeur-generaal Roger Kesteloot uit.

De Lijn voerde eerder al wijzigingen in de dienstregelingen in en verhoogt op 1 februari haar tarieven. Volgens Kesteloot echter blijft het Vlaams openbaar vervoer ook na deze verhoging een van de goedkoopste in heel West-Europa.

Meest gelezen