Exit Barroso, of de queeste voor EU-leiderschap - Karel Lannoo

Zijn verdwijnen van de politieke scène zal waarschijnlijk vrij onopgemerkt blijven. Hij leidde de Europese Commissie één decennium, een periode waarin veel veranderde, in verkeerde zin. De Europese monetaire unie viel bijna uit elkaar, en het uittreden van lidstaten werd bespreekbaar. En hij slaagde er niet in de trend om te buigen. Getuige de verklaring van Juncker bij de voorstelling van de nieuwe leden van de Europese Commissie: dit is de laatste kans voor Europa.
opinie
Opinie

De nieuwe Commissie, en de hoorzittingen met de nieuwe commissarissen, zijn al veel besproken, maar Barroso’s exit veel minder, of de erfenis die hij achterlaat. De voormalige eerste minister van Portugal kwam als vrij onbekende politicus naar Brussel in 2004. Zijn decennium als president van de EU Commissie zal men liever snel vergeten, vermoed ik.

De presidentiële Commissie

De Commissie-Barroso, 1 en 2, werd al snel de presidentiële Commissie genoemd. Eigenlijk was dit een mooie manier om te zeggen dat de president, en zijn kabinet, alle beslissingen naar zich toetrokken, en dat het College van Commissarissen, waar samen wordt beslist over voorstellen, nog nauwelijks functioneerde. Juncker wil met zijn voorstellen terug naar het College van Commissarissen, waar in teams gewerkt wordt, niet als individuele commissarissen.

Barroso begon in 2004 met 10 nieuwe EU-leden, wat later uitgebreid werd met Bulgarije en Roemenië, en mid 2013 met Kroatië. Op zich een succes. De EU slaagde erin haar model uit te breiden naar het vroegere Oostblok, en er politieke en economische stabiliteit te brengen. Maar 10 of 12 bijkomende commissarissen maakten het moeilijk om nog met de Commissie als college te werken. Daarenboven hadden de nieuwe lidstaten net hun ‘onafhankelijkheid’ herwonnen, wat hen minder vatbaar maakte voor de ‘communautaire methode’, of de EU-besluitvorming met een meerderheid. De EU werd meer intergouvernementeel, een statenbond, minder federaal.

Lissabon-agenda

Barroso nam ook de Lissabon-agenda over als doelstelling, of de verklaring van de Europese Raad in Lissabon in juni 2000 om van de EU de meest concurrentiële en kennisgedreven economie te maken tegen 2010, en wilde die nieuw leven in blazen. Wij zijn dit nu al lang vergeten, maar in de huidige context lijkt het nog dramatischer. De EU is juist de andere richting gegaan, en nu poneert Juncker zelfs om de EU te herindustrialiseren, of om het aandeel van de verwerkende nijverheid terug te verhogen.

De financiële crisis was de eerste tik. De EU slaagde er niet in om samen te reageren op de eerste tekenen, en na Lehman was het elk land voor zich. De banksector werd massaal overeind gehouden, met alle gevolgen, tot op vandaag. Had de EU, en in het bijzonder de mededingingsautoriteit in de Commissie, meteen gereageerd op de massale Ierse staatssteun voor de banken (het eerste algemene bankensteunpakket in de EU, op 27 september 2008), dan was alles nooit zo uit de hand gelopen. De EU, en vooral de EU-Commissie, reageerde laat en onvoorbereid, terwijl de crisis al meer dan een jaar voordien begon.

De soevereine crisis was de tweede tik. De EU, en vooral de Commissie, had de Griekse problemen met de mantel der diplomatieke liefde toegedekt, tot dit niet meer kon. Maar daar bleef het niet bij, wat kunst- en vliegwerk belette niet dat de crisis oversloeg naar andere landen, de PIIGS, wat een goeie twee jaar duurde, en nefaste gevolgen had voor de overheidsfinanciën van die landen. Men hoopte dat het tij zou keren, maar de zaken verslechtten alsmaar, ook als gevolg van slechte coördinatie tussen de verschillende landen en instellingen, tot de Europese centrale bank grote middelen inzette, en men midden 2012 de bankunie aankondigde.

Had het anders gekund? Zeker

De EU reageerde, maar ‘too little and too late’, te weinig Europees. Oplossingen werden veel door één land gedicteerd, waartegen de Commissie geen weerwerk kon of durfde bieden. Enkel het opstarten van een groot fonds door de lidstaten, het Europees Stabiliteitsmechanisme, de initiatieven van de ECB, en het bankunieproject slaagden erin het tij te keren.

Barroso zal dus het toneel verlaten als de man die er niet in slaagde de Commissie, of de instelling die het cement van de Unie levert, het leiderschap te geven die ze nodig had. Na de faliekante Commissie-Santer en -Prodi blijft men in Brussel nog steeds weemoedig terugblikken naar de Delors-jaren. President Juncker probeert nu bepaalde werkmethodes van die tijd te herstellen. Hij zal, als kandidaat van het Europese Parlement, ook die instelling een grotere controle bieden op de Commissie. De toekomst zal moeten uitwijzen of hij, en het Parlement, daarin zal slagen. Eenvoudig wordt het zeker niet.

(De auteur is directeur van het Centre for European Policy Studies (CEPS) - www.ceps.eu)

VRT NWS wil op vrtnws.be een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over actuele thema’s. Omdat we het belangrijk vinden om verschillende stemmen en meningen te horen publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van zijn vereniging. Zij zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst. Wilt u graag zelf een opiniestuk publiceren, contacteer dan VRT NWS via moderator@vrt.be.

Meest gelezen