Soap - Carl Devos

Volgende week is die van Bourgeois I. Maandag is een belangrijke dag. Ondertussen houden de federale Zweden zich op de achtergrond gaande.
opinie
Opinie

Septemberverklaring

Het is uitkijken naar de eerste Septemberverklaring van Bourgeois I. Hoe zit dat met dat evenwicht? Komt iedereen goed aan bod? Wie mag investeren (in casu, ook niet-CD&V’ers)? Waar wordt hoeveel bespaard? Hoe zit het concreet met al die prijsverhogingen en subsidieverminderingen? Er komen nog beleidsbrieven en een begroting, maar Bourgeois zal maandag veel klaarheid moeten brengen. Hopelijk in een overstijgende, wat enthousiasmerende en zelfs uitdagende boodschap. De Septemberverklaring kan misschien leren hoe deze Vlaamse regering zich ondertussen intern gezet heeft, als één ploeg of als een samengaan van drie partijen.

Er zal aandacht zijn voor microcijfers maar ook voor macrogetallen, zoals het begrotingsevenwicht. Dat evenwicht heeft een overtrokken symbolisch belang gekregen, een typische aandoening voor Wetstratezen. Een tekort van enkele honderden miljoenen of een geforceerd artificieel evenwicht met de trukendoos, het eerste is minder erg dan het tweede maar in de Wetstraat is de fixatie op dat evenwicht sterk. Want Peeters II eindigde de voorbije jaren in evenwicht, dus ook Bourgeois I. En de nieuwe minister van Begroting wil geen slechte start maken en de aftredende minister wil dat het lopend jaar ook effen eindigt. Het gaat bij begrotingen vaak te veel over de makers ervan. Dat geldt bij uitbreiding soms ook voor een formatie.

Federale soap

De federale formatie temporiseert. Er is geen disciplinerende nabijgelegen deadline en geen echte baas die de onderhandeling uit de besluiteloosheid sleurt waarin ze verzeild is geraakt, toch wat het cruciaal budgettair en sociaaleconomisch luik betreft. Zo eindigt de cruciale week met een sisser. Er zijn nu duidelijke cijfers, maar het volgende excuus staat al klaar: we gunnen de Vlaamse regering haar Septemberverklaring.

De waarheid is minder elegant. De lelijke soap ‘Zestien zoekt bewoner’, een teleurstellende vertoning die het toekomstig premierschap nog meer erodeert dan al het geval is, is een hoofdact in deze zelfbelediging. Zouden de heren en dames deze kwestie eindelijk eens willen regelen, zodat het wat kan opschieten? Ze moeten enkel aan hun eigen grote woorden van voor de verkiezingen denken: dat er zo snel mogelijk een herstelregering moest komen. Wel dan. Dat geslenter en getrek creëert de indruk dat nogal wat partijen eigenlijk weinig zin hebben in die regering.

N-VA wil ze niet leiden maar wil wel die ruk aan het roer, om het veranderingsblazoen niet te beschamen. Het is geen goed startpunt als de leidende partij de formele leiding aan anderen overlaat. CD&V vreest, samen met MR, door die ruk aan het roer in te rechts vaarwater te komen en wil links tegensturen. CD&V hinkelt rond een paradigmashift: ze is niet langer dé systeempartij, nu niet langer de partij die regeringen leidt maar een authentieke programmapartij. Daar moeten anderen naar verluidt aan wennen. Maar ook CD&V zelf nog, want tegelijk heeft ze nog ambitie voor het hoogste ambt. Open VLD wil voluit gaan, kwestie van zich te bewijzen, en botst op de muur der mogelijkheden. Een ‘tax shift’ moet een ‘tax cut’ worden, maar nieuwe inkomsten lijken onvermijdelijk. Ook de scherpe budgettaire doelstellingen moeten verzwakt worden, niet meteen wat de liberalen hadden beloofd. En bij MR zijn ze al helemaal nerveus dat al die besparingen in Franstalig België niet verkocht raken. Is er eigenlijk iemand die daar graag zit, in die toekomstige ‘logische’ regering?

Ondertussen groeit het voortschrijdend inzicht, dat evenwel rond de tafel traag schuift gezien de buitenwereld dat al weken deelt, dat een evenwicht in 2016 en jaarlijks 0,75% overschot niet meer moet. Weg evenwicht en jaarlijks structureel 0,5% beter doen is ook goed, geen dik 17 maar 11 miljard volstaat dan. Wijsheid is altijd welkom, maar waarom hielden de federale onderhandelaars dan al die weken het omgekeerde vol? Vanwaar ineens die omslag? En die budgettaire versoepeling verschuift de bewijslast naar structurele hervormingen, o.a in de sociale zekerheid en gezondheidszorg en in de fiscaliteit. Niet noodzakelijk veel eenvoudiger.

Inmiddels bij de oppositie

In Vlaanderen is er quasi geen noemenswaardige rechtse oppositie meer. De centrumrechtse concurrenten zitten samen in de regering, waar ze elkaar enerzijds versterken maar anderzijds ook beconcurreren. Het zieltogend VB kan geen vuist meer maken en staat voor een lange zoektocht naar relevantie. Die misschien nog het meest zal afhangen van de vraag hoeveel rechtse kiezers ontgoocheld raken in N-VA. Die zijn zich daar zeer van bewust. Wat Van Grieken - de vermoedelijke nieuwe voorzitter van de partij die nog altijd geen ledendemocratie aandurft - voorstelt klinkt als een wat ander VB (al geprobeerd door Bruno Valkeniers maar destijds afgeblokt door de clan Dewinter), maar dat is dan meteen een VB dat scherpte verliest. Het eeuwige VB-dilemma. De sterkte van de oppositie is vooral de verhoopte zwakte van de meerderheid, die bovenal zichzelf te vrezen heeft.

Dat geldt ook aan de overkant. Links hoopt op een natuurlijke groei door al het verzet tegen centrumrechts. Bij Groen in goeden doen zoeken ze een nieuwe voorzitter, die een obligaat nieuw project moet voorstellen maar daar is de inspiratie niet eindeloos. Idem voor SP.A, waar ze een nieuwe voorzitter willen maar niet mogen. Ook daar de zoveelste vernieuwingsoperatie, ‘crescendo’, maar die moet veel verder gaan dan de intentieverklaring van een nieuwe voorzitter, al was het maar omdat die er niet komt. De vernieuwing moet de partij uit haar ‘comfortzone’ (vooral verlieszone) halen en ‘vervellen’ tot een ‘betrokken en krachtdadige partij’. Het omgekeerde zou verbazen. Hoe straf en diepgaand dat allemaal zal zijn valt nog af te wachten en verdient het voordeel van de twijfel, maar het klinkt voorlopig allemaal wat vertrouwd. De vraag is of de SP.A zichzelf wel voldoende fundamenteel in vraag durft stellen of de zoveelste hervorming vooral binnen die bekende, vertrouwde parameters zal zoeken.

Tijd voor Tobback

Ondertussen valt de voorzitterskwestie van de agenda. Tobback heeft het verzet uitgezweet, en dat is weinigen gegeven. Gezien de grote druk. Bovendien heeft hij slimme tegenstrategie ontwikkeld. Naast een wat minder slimme: de complete negatie dat er voorzittersprobleem zou zijn, want dat is er duidelijk wel. Tobback slaat de bal ook terug. Gezien de leden hem verkozen hebben en hij binnen dat democratisch mandaat zijn verantwoordelijkheid wil nemen, moeten diegene die hem per se weg willen niet enkel die interne democratie smoren, maar ook veel energie steken in die interne strijd, energie die zoveel beter naar de broodnodige vernieuwing zou gaan. Dus hinderen de tegenstanders van de voorzitter de vernieuwing van de partij, die de voorzitter zo graag wil, in het belang van de partij ... Daar sta je dan. Want een open oorlog kan de partij zich inderdaad niet veroorloven, dus zit er niet veel anders op dan te vernieuwen, met Tobback.

Vanuit zijn standpunt bekeken is dat een slimme strategie. Als hij nu vertrekt, gaat hij de geschiedenis in als de mislukte voorzitter, al zal dat ook deels een collectieve verantwoordelijkheid zijn. Als hij blijft zitten en deze vernieuwing slaat aan, dan kan hij als de kapitein van die vernieuwingsoperatie het schip met opgegeven hoofd verlaten. En wie weet, als de wind in de zeilen zit, gaat hij wel voor een nieuwe termijn. Ook bij SP.A hopen ze dat het verzet tegen de Zweden automatische wat steun voor de eigen partij zal opleveren. Ondertussen klinkt de roep steeds luider dat SP.A in gesloten gelederen die grote vernieuwing moet ondersteunen, waarmee ze dus eigenlijk ook indirect het voorzitterschap van Tobback proberen te redden. Er zijn er een paar die dat eerste wel zien zitten maar dat tweede minder. De voorzitter heeft veel krediet verloren.

Als zijn strategie mislukt komt Tobback terecht op de positie waar hij nu zit, die van een mislukt voorzitterschap. Als het lukt, zal veel vergeten zijn en wint hij samen met de partij. Maar voor de partij is de berekening anders. Als Tobback spontaan vertrekt, kan een nieuwe voorzitter meteen ook die vernieuwing vormen en belichamen en daarmee ook voor de komende jaren krediet en gezag opbouwen. Ondertussen is onzeker of de aanwezigheid van Tobback de vernieuwing niet zal hinderen, gezien sommige verzuurde relaties. Tobback is dan wel een oppositiebeest, er zijn er ook die vrezen dat hij als voorzitter nog fouten zal maken en daarmee ook de vernieuwing kan beschadigen. Die rekenaars komen tot de som dat het voor de partij beter zou zijn mocht Tobback vertrekken. Maar dat momentum is nu gepasseerd. Dus houdt iedereen de adem in. Het kan nog allemaal goed komen, maar de partij kan ook in een houdgreep vastzitten tot aan de volgende voorzittersverkiezingen.

Na 25 mei zoeken niet enkel de regeringen hun draai. Ook bij de oppositie hebben ze die nog niet gevonden. Het zal maanden duren vooral we een duidelijk zicht krijgen op alle verhoudingen in deze vernieuwde tijden. Saai zal het alvast niet worden.

(De auteur doceert politieke wetenschappen in Gent.)

VRT NWS wil op vrtnws.be een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over actuele thema’s. Omdat we het belangrijk vinden om verschillende stemmen en meningen te horen publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van zijn vereniging. Zij zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst. Wilt u graag zelf een opiniestuk publiceren, contacteer dan VRT NWS via moderator@vrt.be.

Meest gelezen