“De bioscoop is meer dan film, het is een sociaal gegeven”

“Ik denk dat de bioscoop altijd zal blijven bestaan. Het gaat immers om meer dan film alleen. Het is een sociaal gegeven.” Dat zegt Yves Devriendt, één van de bestuurders van de Cityscoop in Roeselare. Zelfs in een tijd waarin filmreuzen als Kinepolis en UGC het bioscooplandschap domineren, floreert de familiebioscoop in het hart van West-Vlaanderen. De ideale plek om onze zomerrubriek af te sluiten.

Zeven zalen, 1.250 zitjes en dagelijks voorstellingen. Dat is wat de Cityscoop vlak bij het station van Roeselare in West-Vlaanderen aanbiedt. Drijvende kracht achter de bioscoop zijn de families Devriendt en Huysentruyt, die de zaak sinds vele jaren uitbaten.

“De bioscoop is oorspronkelijk opgericht in Izegem, een naburige gemeente”, legt Devriendt uit. “In 1970 zijn we naar Roeselare verhuisd. Van één zaal zijn we in 1978 naar drie uitgegroeid. In de jaren 80 kwamen daar nog eens drie zalen bij. Sinds 2005 zitten we in het nieuwe complex op de hoek van de Gasstraat en de Leenstraat. De nieuwbouw was nodig. Ons oude complex was te klein en we wilden moderniseren.”

“Grote interactie met de buurt en de stad”

“Vroeger was het ondenkbaar, maar vandaag is een bioscoop een multifunctioneel gebouw. Ooit was het louter een plek waar films werden vertoond, nu hebben we ook een receptieruimte en organiseren we evenementen. De focus blijft natuurlijk op film liggen. We zijn een stadsbioscoop, in tegenstelling tot vele andere complexen die zich langs invalswegen bevinden. De interactie met de buurt en de stad is hierdoor groter. Als wij op zaterdagavond veel bezoekers trekken, dan heeft dat positieve gevolgen voor de horeca in Roeselare.”

“Filmprojectie is inmiddels volledig gedigitaliseerd. Ook dat had en heeft grote gevolgen voor ons. De 35-milimeterfilm bleef jarenlang onveranderd, terwijl alles nu razendsnel evolueert. Standaarden wijzigen, resoluties gaan de hoogte in, 3D is een vaste waarde geworden. Dat is een grote uitdaging. We moeten blijven investeren.”

“Een goeie planning is de sleutel”

“De Cityscoop is een familiebioscoop. Mijn vader heeft zijn hele leven samengewerkt met Edwig Huysentruyt, de man die de bioscoop heeft opgericht. Ook mijn moeder, mijn broer en ikzelf werken hier. Hij is ingenieur, ik jurist. Onze ouders vonden het belangrijk dat we een diploma in handen te hadden. Dat blijft een nuttige basis, ook om een bioscoop te beheren.”

“Ik weet niet of het uniek is dat we met het hele gezin samen onze schouders onder deze zaak zetten. Voor mij is het een evidentie, maar ik begrijp dat het voor de buitenwereld opmerkelijk is. Het is belangrijk dat iedereen haar of zijn rol kan spelen en dit op basis van goede afspraken. Zo probeer ik alsnog een lijn te trekken tussen werk en privé. De weinige vrije tijd die ik heb, tracht ik op die manier zo nuttig mogelijk in te vullen. Een goeie planning is de sleutel.”

“Een film thuis bekijken, biedt niet dezelfde ervaring”

“Het is moeilijk te voorspellen wat de toekomst brengt. Om het met film te zeggen: het beeld van de toekomst dat sciencefictionfilms in de jaren 80 schetsten, strookt vaak niet met de werkelijkheid zoals we die vandaag kennen. Ik denk wel dat de bioscoop altijd zal blijven bestaan. Het gaat immers om meer dan film alleen. Het is een sociaal gegeven. Koppels spreken hier voor het eerst af, vrienden zien elkaar terug, een oma vindt in een film het perfecte excuus om samen met haar kleinkind tijd door te brengen. Een film thuis bekijken, biedt niet dezelfde ervaring. Bovendien maakt de bezoeker bij ons deel uit van een publiek. Met onbekende mensen samen in een zaal naar een film kijken, leidt tot interactie. Ook dat is thuis niet mogelijk.”

“Vooral het sociale aspect spreekt mij aan”

Naast de familie Devriendt, zijn ook enkele jobstudenten in de Cityscoop aan de slag. Eén van hen is Samir, een enthousiaste student die al ruim 2 jaar in de bioscoop werkt. “Mijn takenpakket is vrij divers: ik zit aan de kassa, ik sta achter de bar, maar evengoed maak ik na de film de zalen schoon. Soms steek ik ook een handje toe in de projectieruimte.”

“Deze job ligt me wel. Met mijn werkgevers heb ik een goeie band. Ze respecteren ook mijn situatie als student. Tijdens blokperiodes of de examens kan ik bijvoorbeeld minder werken.”

“Vooral het sociale aspect spreekt mij aan. Ik werk dan ook graag aan de bar. Daar kan ik al eens een praatje slaan met de bezoekers. Ik ben in het buitenland geboren en kan op die manier mijn Nederlands opkrikken.”

“Het hoeft niet te verwonderen dat schoonmaken minder plezant is, zeker op drukke momenten. Maar toch is dit een fijne plek om te werken, zeker omdat ik zelf al graag eens een filmpje meepik. Dat is ook nodig om bezoekers tips te kunnen geven over de films in ons aanbod.”

Meest gelezen