Unizo hekelt halvering prinselijke handelsmissies
Op de handelsmissies naar het buitenland sluiten Belgische bedrijven vaak nieuwe contracten af met buitenlandse partners. "Voor een bepaalde groep kmo's vormen die handelsmissies een belangrijk onderdeel van hun exportstrategie", zegt Gijs Kooken van Unizo. "Het zorgt ervoor dat men meer kan exporteren en zeker naar markten die anders gesloten blijven."
Unizo vindt het ook belangrijk dat er een lid van de koninklijke familie aanwezig is bij die handelsmissies. "We zien gewoon dat er deuren opengaan die anders gesloten blijven, dat er contacten makkelijker mogelijk zijn en ook op een hoger niveau mogelijk zijn." (foto: prinses Astrid op handelsmissie in Oman in maart 2014)
De ondernemersorganisatie wil nu zo snel mogelijk samenzitten met de Vlaamse regering om over de halvering te praten.
Ook VBO ontevreden
Ook het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO) is niet te spreken over de plannen van de Vlaamse regering. "Het is des te opmerkelijker omdat het aantal deelnemers aan die missies jaar na jaar toeneemt", zegt Pieter Timmermans, directeur van het VBO.
"Ik ben vaak aanwezig op die reizen en stel vast dat de deelnemers erg positief en zelfs enthousiast zijn over het succes van de formules", gaat hij voort. "Het levert belangrijke economische contracten op."
Vlaanderen bepaalt aantal niet alleen
Het is overigens niet aan Vlaanderen alleen om het aantal handelsmissies te bepalen, schrijft De Standaard, maar als belangrijke geldschieter heeft het Vlaams Gewest een grote impact.
De handelsmissies worden georganiseerd door het Agentschap voor Buitenlandse Handel (op federaal niveau), dat daarvoor samenwerkt met de gewesten. Het agentschap heeft daarvoor een jaarbudget van bijna 5,5 miljoen euro.
De helft daarvan komt van de federale overheid. Van de gewesten betaalt Vlaanderen ongeveer 1,6 miljoen, twee keer zoveel als Wallonië en zeven keer zoveel als Brussel.
Herlees het opiniestuk: "Leve de prins(es) - Gijs Kooken"