Wandelende tak sprong 50 miljoen jaar geleden uit zijn vel om te ontsnappen aan hars

Zo'n 50 miljoen jaar geleden is een nimf van een wandelende tak bij wijze van spreken uit haar vel gesprongen, om te ontsnappen aan kleverig hars, waarin ze gevangen zat. Dat blijkt uit een stukje Baltisch amber, hard geworden hars. In de amber werd ook een paddenstoel gevonden, de eerste ooit in Baltisch amber.
Een exoskelet, een haar en een paddenstoel (foto: George Poinar).

50 miljoen jaar geleden, in een subtropisch naaldwoud in het noorden van Europa, was een nimf van een wandelende tak op weg om een paddenstoel aan een onderzoekje te onderwerpen.

Wandelende takken hebben zoals andere dieren met een exoskelet - een skelet langs de buitenkant - geen larven die op een bepaald ogenblik een pop vormen en dan verschijnen als een volwassen dier. Ze hebben daarentegen een nimfstadium, waarin jongen die al op de volwassen vorm lijken, een aantal keer per maand hun exoskelet afwerpen en dan telkens iets groter zijn en iets meer op de volwassen vorm lijken.

Een dergelijke nimf dus kroop rond in het naaldwoud, en merkte dat ze gevangen zat in een kleverig goedje, hars van een naaldboom. Om daaraan te ontsnappen springt de nimf letterlijk uit haar vel, en laat ze het lege exoskelet achter in het hars.

Baltisch amber

Dat iets dergelijks gebeurd moet zijn, kunnen we afleiden uit de aanwezigheid van de paddenstoel, de lege huid van het insect en een haar van een zoogdier in een stukje amber of barnsteen uit het Baltisch gebied, dat onlangs beschreven is in het tijdschrift "Fungal Biology".

Het haar van een zoogdier laat bovendien vermoeden dat er nog iets anders gebeurd is voor de paddenstoel en het skelet bedekt werden met hars. De steel van de paddenstoel vertoont namelijk bijtsporen van een knaagdier, en dat kan dan wel eens de eigenaar van het haar geweest zijn.

Dat de wandelende tak op het nippertje ontsnapt is door uit zijn vel te springen, is een zeer goede verklaring, maar niet de enig mogelijke. Het is ook mogelijk dat de nimf haar huid al had afgeworpen voor die bedekt werd door het hars, maar dan moet dat wel zeer kort daarvoor gebeurd zijn. Dat weten we omdat het lege exoskelet filamenten bevat, fijne draden die zeer snel vergaan eens het skelet is afgeworpen.

Eerste paddenstoel

De aanwezigheid van de paddenstoel in het stukje amber is ook opvallend. Het is namelijk de eerste keer dat er in Baltisch amber een paddenstoel gevonden. Dat is des te opmerkelijker omdat het Baltisch gebied de grootste vindplaats van amber ter wereld is. Het amber werd gevormd tussen 55 en 45 miljoen jaar geleden, toen het gebied bedekt werd door tropische en subtropische regenwouden.

In amber uit andere plaatsen zijn wel al paddenstoelen gevonden, waaronder ook exemplaren uit het Krijt-tijdperk, de laatste periode waarin er dinosauriërs op aarde leefden. Amber is zelfs zowat het enige materiaal waarin fossiele paddenstoelen gevonden, aangezien de frêle stelen en hoedjes bijzonder snel veranderen in een hoopje slijm en dus niet bewaard blijven op andere manieren.

Overigens is de paddenstoel zelf ook een raadsel, aangezien we niet beschikken over de sporen en de basis van de steel, twee sleutelelementen om paddenstoelen te identificeren. Het enige wat duidelijk is, is dat het om een nieuwe soort gaat, en dat het een heel klein paddenstoeltje is. Het stuk dat bewaard is, meet 1,8 millimeter, en is bedekt met kleine schubben.

Een DNA-test zou uitsluitsel kunnen brengen, maar dan moet men boren in het stuk amber en dat voorgoed beschadigen.    

Het kleine paddenstoeltje in het stuk amber. Het balkje op de foto is 0,2 mm, op de foto bovenaan is dat 0,5 mm. (Foto: George Poinar)

Meest gelezen