Historici ontsluieren geheim van lange leven van Tempeliers

Geen goddelijke interventie, maar wel een gezond dieet en een strikte hygiëne. Daaraan hadden de Tempeliers in de middeleeuwen hun lange leven te danken, zo schrijven historici na een grondige studie van hun levensstijl.

Anno 2016 spreken ze nog steeds tot de verbeelding: de ridders van de Orde van de Tempeliers. Deze orde ontstond aan het begin van de twaalfde eeuw om christelijke pelgrims te beschermen tijdens kruistochten naar het zogenoemde "Heilig Land".

In geen tijd groeide de orde uit tot een machtig en steenrijk verbond. Zodoende kwamen de Tempeliers in het vizier van verschillende wereldlijke heersers die hen liever kwijt dan rijk waren. Op aansturen van de Franse koning Filips de Schone besliste paus Clemens V aan het begin van de veertiende eeuw de orde te ontbinden.

Hugo van Payns

Tijdens hun tweehonderdjarige bestaan, gingen de ridders om een opmerkelijk feit bekendstaan: ze leefden lang. Bedroeg de gemiddelde leeftijd in West-Europa 25 tot 40 jaar, dan haalden veel Tempeliers vlotjes de leeftijd van 60. Stichter en eerste Grootmeester Hugo van Payns stierf toen hij 66 was. De laatste Grootmeester Jacques de Molay kwam om het leven op de brandstapel op de gezegende leeftijd van 67.

Middeleeuwers schreven het uitzonderlijk lange leven van de ridders toe aan een goddelijke interventie. Historici verbonden aan de katholieke universiteit van Rome twijfelden aan deze verklaring en trokken op onderzoek uit. Hun conclusies zijn wereldser van aard.

Handen wassen

Concreet stippen ze een gezond dieet en een strikte hygiëne aan als voornaamste reden voor het lange leven van de Tempeliers. Zij leefden volgens een welbepaalde code die grotendeels was gebaseerd op de leefregels van de cisterciënzers.

"De Tempeliers moesten verplicht hun handen wassen voor het eten", legt auteur Francesco Franceschi uit. "Hun eetzaal was steevast brandschoon en hun tafels waren met tafellakens bedekt. Jagen was strikt verboden. Vis, kaas, olijfolie en vers fruit stonden dan weer hoog aangeschreven."

Zulke gewoontes stonden in scherp contrast met die van veel andere (rijke) middeleeuwers. Hun dieet was vaak rijk aan vet en calorieën wat ziektes als diabetes en jicht veroorzaakte, maar ook een hoge bloeddruk en obesitas.

Vlees en vis

Uit het onderzoek blijkt voorts dat de Tempeliers maximaal drie keer per week vlees aten. Gezien vlees tijdens de middeleeuwen steevast op de gril belandde, vermeden ze hierdoor de bijhorende kankerverwekkende stoffen. Tegelijk beschouwden ze vis en zeevruchten als een waardig alternatief voor vlees, wat hen voordelige voedingsstoffen als omega-3 opleverde.

Tot slot dronken de Tempeliers slechts kleine hoeveelheden wijn die ze bovendien met aloëpulp mengden. "Wij geloven dat hun dieet en hun levensstijl het lange leven van de Tempeliers verklaart", concluderen de auteurs. "In dit geval is het motto "leren van het verleden" meer dan ooit aangewezen."

Meest gelezen