"Klimaatsverandering is transfer van arm naar rijk"
Het artikel in "Nature" is van de hand van professor Marshall Burke van het departement Earth System Science van de universiteit van Stanford en van zijn collega Solomon Hsiang van de University of California Berkeley.
Burke en Hsiang hebben economische gegevens over 160 landen van de voorbije 50 jaar onderzocht. Daarbij keken ze vooral naar de impact van de opwarming van de aarde op de economieën van die landen.
Sommige landen zoals Canada, Rusland en Mongolië zouden economisch veel voordeel kunnen halen uit de klimaatsverandering; het grootste deel van Europa zou dat in beperkte mate doen. De Verenigde Staten en China zouden in lichte mate gehinderd worden, maar de situatie in Afrika, een groot deel van Azië, Zuid-Amerika en het Midden-Oosten zou dramatisch kunnen verslechteren.
Als die klimaatsverandering tegen het huidige tempo voortgaat, betekent dat volgens Burke en Hsiang een "massale transfer van waarde van warme delen van de wereld naar koele delen", of anders gezegd "van arme naar rijke gebieden". De ongelijkheid in de wereld zou dus nog fors kunnen toenemen.
Landbouw, maar ook industrie wordt getroffen
De gemiddelde temperatuur van de wereld bedroeg in de 20e eeuw ongeveer 13,9° Celsius, aldus de National Oceanic and Atmospheric Administration (NOAA) in de VS. Sinds 2000 zijn die jaartemperaturen echter steeds verder gestegen.
Dat kan grote gevolgen hebben, in de eerste plaats voor de landbouw en de voedselvoorziening, maar de opwarming tast ook de algemene productiviteit van werknemers aan. Zo blijkt er op warme dagen minder auto's worden geproduceerd in Amerikaanse fabrieken dan op koelere, zonder dat daar een duidelijke reden voor is. Die trend zou zich ook in de andere industriële sectoren voordoen.
De ideale temperatuur voor een economie zou volgens de onderzoekers op 13° liggen. Per graad hoger of later zou de productiviteit verminderen. Op dit ogenblik zou de Verenigde Staten dicht bij die optimale temperatuur liggen. Als de aarde tegen het huidige tempo blijft opwarmen, zou het bbp in de VS per persoon 36% lager kunnen uitvallen, waarschuwen ze.
Voor warme landen zoals India, Pakistan, Vietnam en Venezuela zou een verdere opwarming tot dramatische economische schade kunnen leiden. Het kan ook anders: als de huidige beloften van de landen tegen klimaatopwarming ook werkelijkheid worden, zou de kostprijs van de opwarming in 2010 niet 23% zijn bij ongewijzigd beleid, maar slechts 15%.
