Vleermuizen: bron van en oplossing voor ebola?

Vleermuizen hebben een slechte reputatie en in de huidige ebola-uitbraak maken ze die ook waar als de voornaamste verdachten voor de verspreiding van het dodelijke virus. Zelf hebben ze geen last van het virus en als geleerden beter begrijpen hoe dat komt, kan dat helpen om het virus ook bij de mens in toom te houden.
De veel voorkomende palmvleermuis is waarschijnlijk drager van ebola.

Vleermuizen kunnen drager zijn van meer dan 100 virussen, waaronder ebola, hondsdolheid en SARS, zonder zelf ziek te worden. Dat maakt van hen een schrikwekkend reservoir aan ziektes, vooral in de bossen van Afrika, waar ze over grote afstanden migreren.

Geleerden die het ebolavirus bestuderen sinds zijn ontdekking in 1976 in Congo, denken al lang dat vleermuizen de natuurlijke gastheer zijn van het virus. In het geval van ebola zijn dat meer bepaald vleerhonden, ook vliegende honden of grote vleermuizen genoemd, een familie van zo'n 200 soorten vleermuizen die voornamelijk fruit eten.

Het virus wordt ook gevonden in andere wilde dieren als gorilla's, apen, antilopen en zelfs stekelvarkens.

Immuunsysteem

Het feit dat de vleerhonden zelf niet ziek worden van het ebolavirus, opent mogelijkheden voor nieuwe behandelingen voor mensen.

"Als we kunnen begrijpen hoe ze dat doen, dan kan dat leiden tot betere manieren om infecties te behandelen die een erg hoge sterfte hebben bij mensen en andere zoogdieren", zei Olivier Restif, een onderzoeker aan de University of Cambridge.

Na een analyse van het genoom - het geheel aan genen van een organisme - van vleermuizen, zijn er aanwijzingen dat het vermogen van vleermuizen om ebola te weerstaan, gelinkt kan worden aan hun ander opvallend vermogen, namelijk het feit dat ze kunnen vliegen. Vliegen vereist dat het metabolisme van de vleermuis zeer snel gaat, en dat veroorzaakt stress en mogelijk schade aan cellen.

Experts denken dat vleermuizen een mechanisme ontwikkeld hebben om die schade te beperken door delen van hun immuunsysteem permanent ingeschakeld te houden.

Verleden jaar publiceerden een aantal geleerden een studie van het genoom van vleermuizen in het vakblad Science. Ze ontdekten een onverwachte concentratie van genen om DNA te herstellen, wat wijst op een link tussen vliegen en immuniteit.

"Dit opent de interessante mogelijkheid dat aanpassingen die veroorzaakt zijn door het vliegen, onbedoelde effecten hebben gehad op het immuniteitssysteem van de vleermuizen en mogelijk ook op hun levensverwachting", zei Michell Baker van de Commonwealth Scientific and Industrial Research Organisation, een van de auteurs van de studie. 

VICTOR HABBICK VISIONS/SCIENCE PHOTO LIBRARY

Vleermuizen leven namelijk verbazingwekkend lang. Zelfs de kleine Brandts vleermuis, die nauwelijks zo groot is een muis, leeft meer dan 40 jaar, veel langer dan andere kleine zoogdieren. Vleermuizen krijgen ook erg zelden kanker.

"We staan nog maar aan het begin", zei Baker in een interview met het persbureau Reuters, "maar als we kunnen begrijpen hoe vleermuizen met deze virussen omgaan, en als we het immuunsysteem van andere soorten kunnen heroriënteren om op dezelfde manier te reageren, dan zou dat een therapeutische methode kunnen opleveren."

Makkelijk zal dat evenwel niet zijn. Bepaalde onderdelen van het immuunsysteem stimuleren, kan zelf gezondheidsproblemen veroorzaken, maar het idee is om een betere balans te bereiken door bepaalde elementen "harder te zetten", iets wat nog maar in de eerste stadia van onderzoek zit.

Een reden waarom ebola zo dodelijk is voor mensen, is dat het virus het immuunsysteem aanvalt en als dat systeem dan uiteindelijk zich opnieuw hervat, gaat het in overdrive, wat nog meer schade veroorzaakt. Ebola werkt gedeeltelijk door interferon te blokkeren, een anti-virus molecule, en Baker heeft ontdekt dat vleermuizen meer interferon hebben.

Bush meat

De besmetting met ebola van mensen komt door de Afrikaanse eetgewoonten. Bush meat, vlees van in het wild gevangen dieren, staat al lang op het menu in West- en Centraal-Afrika, waar de huidige ebola-uitbraak woedt. Het gaat dan om apen, mensapen, antilopen, stekelvarkens en ook vleermuizen zelf, allemaal dieren die drager kunnen zijn van het virus.

Het virus kan zich verspreiden naar andere diersoorten, als een besmette vleerhond een stuk fruit aanbijt en dan laat vallen. Andere dieren kunnen het opeten en zo ook besmet raken.

Het gevaar voor de mens zit in blootstelling aan de lichaamssappen van besmette dieren bij het slachten of schoonmaken van de dieren. De Wereldgezondheidsorganisatie WHO beveelt dan ook aan om wilde dieren met handschoenen en andere beschermende kledij aan te pakken, en het vlees grondig te koken. De Voedsel- en Landbouworganisatie FAO van de Verenigde Naties heeft onlangs gewaarschuwd voor het eten van vleerhonden.

Eens een mens besmet is geraakt met het virus, wordt het veel moeilijker om het virus in te dijken. Vooral gezondheidswerkers lopen veel risico en gedacht wordt dat ook traditionele begrafenisceremonies in een aantal getroffen gemeenschappen hebben bijgedragen aan de epidemie. Bij die ceremonies komen mensen namelijk in direct contact met het lichaam van de overledene.

Overigens kan het virus ook via seks overgedragen worden, en de WHO zegt dat mannen die ebola overleefd hebben, het virus nog zeven weken na hun herstel kunnen verspreiden langs hun sperma.

Meest gelezen