Oostende voert DNA-analyse in op hondendrollen voor hardleerse baasjes

De stad Oostende trekt enkele tienduizenden euro uit voor DNA-onderzoek op hondendrollen. De badstad wil vanaf september de strijd aangegaan tegen hardleerse baasjes die poep niet opruimen. "Ik wil benadrukken dat 95 procent van de mensen alles opruimt. Het gaat om een 5 procent die de regels aan hun botten vegen -om het grof te zeggen- en dat kunnen we niet meer aanvaarden", legt burgemeester Johan Vande Lanotte (SP.A) uit.
(c) Patrick Post/ Hollandse Hoogte

Naast DNA-analyse van de drollen wordt ook een hondenverbod op speelpleinen ingezet en zullen drie agenten zich enkel en alleen met de zaak bezighouden. Zes mobiele camera's houden een oogje in het zeil en de burger zal via een app hondenpoep kunnen melden. Het is Oostende dus menens.

DNA-onderzoek komt er pas als er in een bepaalde buurt veel overlast is. De politie kan zo bijhouden hoe vaak de uitwerpselen van een bepaalde hond achterblijven op straat. Wanneer dier en baasje op heterdaad betrapt worden, kunnen ook eerdere overtredingen aangerekend worden. 

Vorig jaar werden in Oostende enkel op speelpleinen al zo'n 33.000 drollen achtergelaten. De stad schakelt een versnelling hoger. Een analyse van een drol kost 60 euro en is voor rekening van de politiebegroting. De boetes voor overtredingen kunnen oplopen tot duizend euro. Een eerste GAS-boete bedraagt alvast 100 euro.

Meest gelezen