Treinongeluk Leuven te wijten aan te hoge snelheid

Op 18 februari ontspoorde kort na de middag een trein even voorbij het station van Leuven. Het eerste treinstel belandde in de berm en kantelde. Een persoon kwam om, 27 anderen raakten gewond. Uit de eerste vaststellingen bleek dat er geen technische defecten waren aan het treinstel, de sporen, de wissels en de seinen.

Het parket van Leuven stelde een spoorwegdeskundige aan. Volgens diens eerste bevindingen wijst alles erop dat de trein te snel gereden heeft op het moment van de ontsporing.

"Toen de trein uit het station vertrok en de eerste wissel nam, werd de maximumsnelheid van 40km/u gerespecteerd. Daarna ging het richting de kruissnelheid van 90 km/u", meldt het parket van Leuven. "Het deskundigenonderzoek toonde aan dat de trein de tweede wissel naderde aan een snelheid van ongeveer 100 km/u en dan ontspoorde. De tweede wissel kon voor deze rit echter maar tegen een maximumsnelheid van 40 km/u worden genomen."

De treinbestuurder heeft eerder verklaard dat hij ervan overtuigd was dat hij 90 km/u mocht rijden. Mogelijk heeft hij het sein met de snelheidsbeperking niet gezien, aldus het parket. De bestuurder zelf verklaarde dat hij meteen remde toen hij de wissel zag en besefte dat hij de wissel tegen een te hoge snelheid zou nemen.

Het parket wijst erop dat het om voorlopige bevindingen gaat en dat er nog heel wat onderzoek moet gebeuren.

De komende weken en maanden zullen deskundigen nog een gedetailleerd onderzoek doen van de treinstellen en de wissels en hun bevindingen definitief uitwerken. Ook de slachtoffers van het treinongeluk worden momenteel nog verhoord.

Later bezorgen de deskundigen hun definitieve schriftelijke verslag aan de onderzoeksrechter.