Discriminatie wijdverspreid bij Gentse verhuurders

Onderzoekers van de vakgroep Sociologie van de Universiteit Gent reageerden op 1.463 advertenties voor huurwoningen en -appartementen op het Gentse grondgebied. Ze contacteerden particuliere verhuurders of vastgoedmakelaars aan de hand van twee fictieve huurders, één met discriminatieachtergrond en één als controlepersoon.

Daarbij werd ervoor gezorgd dat de contacten identiek waren en enkel afweken op basis van een achtergrondkenmerk waartegen gediscrimineerd wordt. Ze onderzochten specifiek discriminatie op basis van etnische afkomst (kandidaat-huurders met een Arabische, Turkse of Oost-Europese naam), op basis van een fysieke beperking (kandidaat-huurders met een visuele beperking) en op basis van de bron van inkomen (kandidaat-huurders met een sociale uitkering).

Uit de eerste resultaten van het onderzoek blijkt dat er effectief een sterke ongelijke behandeling is: in één op de drie gevallen is er discriminatie bij personen met een vreemde naam en met een fysieke beperking, voor personen met een sociale uitkering stijgt dit tot bijna één op de twee. Wanneer personen met een vreemde naam én een sociale uitkering zich kandidaat stellen, dan stijgt de discriminatie tot bijna drie op de vier gevallen.

Het onderzoek wordt voortgezet en de stad Gent zal daarnaast ook zelf structurele controles opzetten, een onderdeel van het "actieplan racismebestrijding" dat de bevoegde schepen Resul Tapmaz (SP.A) op 20 maart toegelicht op de internationale dag tegen racisme.

Samen met schepen Tom Balthazar (SP.A, bevoegd voor Wonen, maakt Tapmaz werk van een non-discriminatiepact met de verhuursector en onderzoekt hij de mogelijke toekenning van een label "ethisch of respectvol verhuren" in Gent.

De stad wil ook sancties kunnen nemen: "De bal ligt nu in het kamp van de Vlaamse overheid die een wetgevend kader moet creëren waardoor de lokale besturen echt een mandaat krijgen om een krachtdadig beleid te voeren", aldus schepen Tapmaz.