Een ei, ramen uit 28 landen en felgekleurde tapijten: het nieuwe EU-gebouw in Brussel

De Europese wijk in Brussel heeft er een nieuw opvallend gebouw bij. Het complex met een eivormige constructie binnenin zal vanaf volgend jaar worden gebruikt voor Europese toppen. Een bedrijfje uit Ieper kreeg de opdracht om oude eiken ramen uit alle EU-lidstaten te verzamelen. Het gebouw kostte 315 miljoen euro.

Vijftien jaar geleden besliste de Europese Unie om de toppen van staatshoofden en regeringsleiders consequent in Brussel te laten plaatsvinden. Het Justus Lipsius-gebouw was echter nooit ontworpen voor dergelijke toppen, waardoor er behoorlijk wat plaatsgebrek was.

In 2004 beslisten de EU-leiders daarom om een nieuw gebouw op poten te zetten: het zogenoemde Europagebouw. Dat wordt de hoofdzetel van de Europese Raad en de Raad van de EU.Ā Ook de EU-toppen, multilaterale toppen en ministeriĆ«le bijeenkomsten zullen er worden gehouden.Ā 

Vanmiddag werd dat gebouw officieel voorgesteld. Het complex valt vooral op door de eivormige constructie - of reusachtige lamp - binnenin. De vergaderzalen zijn bovendien vrij kleurrijk. VRT-journalist Rob Heirbaut mocht al even gaan kijken.

Het nieuwe gebouw in cijfers

  • 70.646 m2
  • 3 conferentiezalen met elk minstens 32 tolkencabines
  • 10 andere vergaderzalen
  • 1 persruimte met 120 plaatsen
  • ongeveer 250 kantoren
  • 3.750 ramen
  • 374 ledbuizen om de lantaarn te verlichten

Gerecycleerde ramen

De twee buitengevels zijn gemaakt van 3.750 gerecycleerde houten ramen die uit de 28 lidstaten van de EU komen. 28, want op dat moment was nog niet duidelijk dat er een brexit zou komen.Ā Het was Antiek Bouw - een bedrijfje uit Ieper - dat de ramen verzamelde en daarvoor afbraakfirma's uit heel Europa contacteerde.

"Het moeilijkste was om ramen te krijgen uit de noordelijke landen, zoals Zweden en Denemarken.Ā Daar worden niet zoveel ramen van eik gemaakt. Maar het doet wel wat met een mens als je kan zeggen dat je zoiets hebt gerealiseerd", zegt gedelegeerd bestuurder Karl Staelens aan VRT-journalist Tijs Mauroo.

Meest gelezen