Vuye en Wouters worden uit N-VA-partijbestuur gezet

Dat het de voorbije dagen bij de N-VA rommelde over de communautaire koers van de partij, is een understatement van jewelste. Het begon met een interview van voorzitter Bart De Wever in L'Echo, waar hij liet uitschijnen dat als hij in 2019 met dezelfde coalitie kan voortwerken, hij bereid zou zijn om de communautaire agenda nog even in de koelkast te laten. Na striemende kritiek van de Vlaamse Volksbeweging (VVB) dreigden ook Kamerleden Hendrik Vuye en Veerle Wouters, die de communautaire denktank van de N-VA leidden, ermee op te stappen als de partij in 2019 naar de kiezer zou trekken zonder stevig communautair programma.

Partijvoorzitter Bart De Wever reageerde "not amused": "Interne discussies voer je niet in de media. Dit moet ophouden en ik ben blijkbaar niet duidelijk genoeg geweest", klonk het. De Wever hamerde er ook op dat het communautaire voor N-VA nooit op de lange baan zal geschoven worden. Hij kreeg daarbij de steun van minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon, die vanmorgen op Radio 1 beklemtoonde dat "het communautaire wezenlijk deel uitmaakt van de partij en van ons programma in 2019".

Het partijbestuur kwam dan vanmorgen ook onder hoogspanning bijeen, zonder Vuye en Wouters. Iets na 12 uur kwam het onverbiddelijke verdict: Vuye en Wouters worden op non-actief gezet en staan dus niet langer aan het hoofd van de communautaire denktank van N-VA. Ze zijn ook niet meer welkom op het partijbestuur en dagelijks bestuur.

In een eerste reactie liet voormalig fractieleider Vuye weten dat hij en Veerle Wouters pas na een gesprek met voorzitter De Wever over hun toekomst bij de N-VA zullen beslissen. Vuye heeft in elk geval "allerminst het gevoel dat ze partijgenoten getackeld zouden hebben", zoals de partijtop hen nu verwijt.

"We nemen akte van de beslissing. Ik zie dat Bart De Wever een gesprek vraagt met ons, we zullen nadien pas beslissen over onze toekomst. Het zou niet correct en niet fair zijn om daar nu al uitspraken over te doen", aldus Vuye die zijn lot in elk geval wel verbindt aan dat van Wouters. Blijven of vertrekken zullen ze dus samen doen.

Dat gesprek staat voor morgen gepland. "Met de paplepel is mij het Vlaams nationalisme ingegeven", zegt Veerle Wouters. "We zullen morgen de gesprekken met Bart De Wever voeren en zien waar we uitkomen."

"Het is duidelijk dat de uitspraken van Vuye en Wouters bijzonder slecht gevallen zijn bij partijtop", zegt VRT-journalist Bart Verhulst bij het partijhoofdkwartier van de N-VA. "Sommigen zagen dit als een onvergeeflijke misstap."

Verhulst heeft het over "een maatregel die redelijk ongezien is binnen de N-VA". "Eigenlijk wordt de bal in hun kamp gelegd, zodanig dat ze zelf hun conclusies kunnen trekken en opstappen", zegt hij. "Vuye ontkent dat hij iemand zou "getackeld" hebben. Als je dat soort termen over elkaar gebruikt, dan weet ik niet of dat lidmaatschap (van de partij, red.) nog lang gaat duren."

Het verdwijnen van Vuye en Wouters uit de denktank betekent overigens niet dat die laatste ophoudt te bestaan. "Uiteraard is "Objectief V" niet van de baan", luidt het in de omgeving van voorzitter De Wever. Hoe het verder moet, ligt nog niet vast. De partijtop wil eerst het gesprek van Vuye en Wouters met De Wever afwachten.

De denktank werd begin dit jaar opgericht na afspraken binnen de federale regering om het communautaire hoofdstuk tijdens deze legislatuur te laten rusten. De Vlaamse Beweging stelde dat niet op prijs. Daarop werd beslist om het fractieleiderschap over te laten aan Peter De Roover zodat Vuye en Wouters de leiding van de denktank konden nemen.

Vuye en Wouters kregen twee medemerkers en de steun van een wetenschappelijke raad. Hun opdracht was om het institutionele binnen de N-VA opnieuw te "operationaliseren", onder meer door de congresteksten rond het confederalisme in wetteksten te gieten en het communautaire discours te verdiepen. Doel was een project dat "krachten binnen en buiten de partij" zou verzamelen om te discussiëren over de verdere stappen in de Vlaamse ontvoogding.

Als eerste dossier nam de denktank de monarchie, met 25 voorstellen om minstens tot een "republikeinse monarchie" te komen.