De Vlaming verliest interesse in communautaire zaken
Sinds 2007 - herinner u de “vijf minuten politieke moed” van Yves Leterme - was het al staatshervorming en Brussel-Halle-Vilvoorde dat de klok sloeg. De B-H-V-verkiezingen van 2007 en zeker die van 2010: na een jarenlange bestuurlijke impasse ging het politieke debat uitsluitend over de staatshervorming.
No more, zo moet blijken uit de resultaten van het Belgisch Nationaal Verkiezingsonderzoek 2014 van het ISPO aan de KU Leuven, onder leiding van socioloog Marc Swyngedouw.
Slechts 6 procent van de Vlamingen stuurt namelijk aan op een splitsing van het land, en niet eens de helft (36,4 procent) wil meer bevoegdheden voor de gewesten en gemeenschappen.
Zelfs bij N-VA, toch de grootste communautaire partij, volgt de communautaire interesse dezelfde neerwaartse curve: 11 procent. Dat is meer dan bij eender welke andere partij, maar wellicht minder dan verwacht mag worden.
Dat is ooit anders geweest, nog niet zo lang geleden zelfs. Bij de bij uitstek communautaire verkiezingen van 2010 wilde maar liefst 52 procent van de kiezers meer bevoegdheden voor Vlaanderen, en stuurde tegelijkertijd 12 procent aan op de splitsing van het land. Die cijfers zijn ineengeklapt.
En wat meer is, zelfs het Vlaamse gevoel op zich neemt af. Er is een tendens bezig om zich meer Belg te voelen. Zeker bij de “linkse” partijen – SP.A en Groen – is dat het geval.
De vraag is dan: als het communautaire niet meer zo zwaar doorweegt, wat zijn dan wel de belangrijkste thema’s? De top-3 in volgorde van belangrijkheid: werk, gezondheidszorg en pensioenen.
En eigenlijk is dat nooit zo anders geweest. Het communautaire stond de voorbije jaren dan wel wat hoger in de lijst van prioriteiten, helemaal bovenaan stond het nooit.
Het onderzoek werd face-to-face afgenomen bij 1.183 Vlaamse kiezers. De gemiddelde duurtijd van elk interview was 63 minuten.
Het volledige onderzoek kan u downloaden op de site van de KU Leuven.