Vandeput "niet ideologisch tegen permanente inzet militairen"

Minister Steven Vandeput (N-VA) pleit voor een kerntakendebat, alvorens militairen permanent ingezet worden voor binnenlandse bewakingsopdrachten. Dat nuanceert hij daags na een interview met de krant "De zondag". Uit dat interview bleek namelijk dat hij zou ingaan tegen zijn partij.

"Ik ben er geen voorstander van dagelijks militairen op straat op te stellen", liet Vandeput afgelopen weekend optekenen in de krant "De zondag". "Ik geloof wel dat het leger de reguliere ordetroepen kan bijstaan in geval van een specifieke noodsituatie op een behapbare termijn, zoals nu met de terreurdreiging. Maar eens het dreigingsniveau weer zakt, moeten de militairen verdwijnen", besloot hij in het kranteninterview.

Daarmee leek N-VA-minister Vandeput in te gaan tegen het standpunt van partijvoorzitter Bart De Wever. Die had zich eerder uitgesproken als een voorstander van een permanente aanwezigheid op bepaalde "gevoelige" plaatsen. "Maar de minister is ideologisch helemaal niet gekant tegen de permanente inzet van militairen", klinkt het vandaag op het kabinet van Vandeput. "De minister wil geen permanente binnenlandse inzet van militairen omdat dat niet wettelijk geregeld is."

En daarom pleit Vandeput voor een 'kerntakendebat', waarin de hoofdtaken van het leger enerzijds en de politie anderzijds worden afgebakend om ze daarna wettelijk vast te leggen. Nu is de inzet van militairen voor bewakingsopdrachten in Belgische steden geregeld in een protocolakkoord naar aanleiding van de terreurdreiging, een tijdelijk lapmiddel zonder wettelijke basis voor een inzet op lange termijn.

Meningen verdeeld

Binnen de regering zijn de meningen verdeeld over de permanente inzet van militairen voor binnenlandse bewakingsopdrachten. Dat bewijzen tegengestelde uitspraken van Open VLD-vicepremier Alexander De Croo en MR-collega Didier Reynders.

De Croo zei gisteren in VTM Nieuws dat de inzet van militairen in eigen land enkel kan bij een "algemeen dreigingsniveau drie". Reynders daarentegen had zich zaterdag nog uitgesproken voor een permanente mobiele ploeg van zo'n driehonderd militairen.

"Als je op algemeen dreigingsniveau drie zit, gaat het om uitzonderlijke omstandigheden. Het is uitzonderlijk en dus tijdelijk", aldus De Croo. "Het regeerakkoord zegt dat het enkel kan bij een algemeen terreurniveau drie. En waarom is dat? Omdat bij een algemeen dreigingsniveau drie de last op de politie zeer hoog is. De politie moet dan op heel veel plaatsen een hoger beveiligingsniveau aanhouden, dus dan kan het leger bijspringen. Als je niet meer in algemeen niveau drie zit, is die last lager."

E-mailrel

Ook CD&V-vicepremier Kris Peeters benadrukte dit weekend herhaaldelijk het tijdelijke karakter. "Belangrijk voor mij is het inhoudelijke, namelijk dat die para's terug naar hun kazernes moeten zodra we niet langer leven in dreigingsniveau drie." Een overtuiging die ook bleek uit de gelekte vraag van de CD&V-afdeling van Antwerpen aan militanten om op de sociale media de militaire aanwezigheid in vraag te stellen.

Een ander verhaal klinkt bij coalitiepartner MR. "Ik ben voorstander om een mobiele ploeg van zo'n driehonderd militairen permanent in te zetten voor de bescherming van ambassades, gebouwen, Joodse scholen, synagogen en misschien voor nog andere zaken", zei Reynders zaterdag in De Tijd en Le Soir. "We kunnen de militairen toch beter inzetten, dan ze in de kazerne te laten zitten? Militairen zijn bovendien goedkoper. Het gaat om 50 euro per dag, dat is minder dan de kostprijs van een politieagent. En voor exact dezelfde opdracht."

Meest gelezen