"Er is geen excuus, er is wél een alternatief"

De Vlaamse regering van N-VA, CD&V en Open VLD wil vanaf volgend jaar al meteen een begroting in evenwicht en voert voor 1,16 miljard euro besparingen door. Het inschrijvingsgeld voor het hoger onderwijs wordt verhoogd, de woonbonus wordt minder aantrekkelijk en de tarieven voor het openbaar vervoer en voor kinderopvang stijgen. Maatregelen die op forse kritiek kunnen rekenen.

Bij de meerderheid luidt het dat er geen alternatief is (het zogenoemde TINA-principe: "there is no alternative", red). Oppositiepartij SP.A is het daar niet mee eens: er zijn wel andere opties. "De Vlaamse factuurregering maakt duidelijke keuzes", luidt het. "Schrappen in gemeenschappelijke voorzieningen en jongeren, gezinnen en gepensioneerden er bovendien nog eens extra voor laten betalen. Meer voor minder, dat is het beleid."

Het alternatief van de socialisten: net als de federale regering zou de Vlaamse regering de inspanningen moeten spreiden over de ganse legislatuur. Ze zou erop moeten toezien dat de begroting pas tegen 2018 structureel in evenwicht is. Daardoor hoeven een aantal besparingen niet ten koste te gaan van de gezinnen.

"Hoe vreemd het ook mag klinken, we zijn het eens met N-VA-voorzitter Bart De Wever. Die zegt dat het goed is om de federale inspanningen te spreiden, dan is dat toch ook zo voor Vlaanderen?", stelt Vlaams fractieleider John Crombez.

De socialisten zeggen dat de economie nu al de gevolgen dreigt de dragen van de besparingspolitiek. De Nationale Bank liet vorige week immers weten dat het consumentenvertrouwen het laagste ligt sinds de bankencrisis en dat dit "allicht verband" houdt "met de aankondiging van de diverse besparingsmaatregelen".

De SP.A pakt uit met TINE, als tegenhanger van TINA: "there is no excuse." "Er is geen excuus om jongeren, gezinnen en gepensioneerden te laten opdraaien voor alles. Er is wél een alternatief. Wij willen andere keuzes die uitgaan van sterke gezinsbudgetten die zorgen voor een sterke economie."