De koppige terugkeer van de Turkse Republikeinen (CHP) - Lukas De Vos

Turkije zit in de rats, in de hoek waar de klappen vallen. Steeds meer intellectuelen en zakenlui verlaten het land, intern wordt de greep van verkrampt islamisme versterkt, stelt de auteur.
opinie
Opinie

Lukas De Vos was journalist buitenland bij VRT Nieuws. Hij blijft met grote interesse de Europese en internationale politiek volgen.

Het is ontzettend stil over Turkije. Europa heeft andere kopzorgen, de brexit met name, de Amerikanen sidderen om een mogelijke impeachment van president Trump, China houdt zich bezig met de gestage uitbouw van zijn militaire macht in Oostelijk Azië en de Chinese Zee.

Turkije zelf zit in de rats, in de hoek waar de klappen vallen. Want na het bezoek van Trump aan Riyad, voelt Saudi-Arabië dat het een vrijgeleide krijgt van de grote wapenleverancier om zijn plek op te eisen in de politiek van Voor-Azië en het Midden-Oosten. De sultan heeft zijn neef verstoten en zijn zoon tot kroonprins aangewezen, en meteen is ook een soennitisch, vrij autoritair bondgenootschap gesmeed tegen de opdringerige rol van Iran in de regio.

De Saudi's, gesteund door de Verenigde Arabische Emiraten, Egypte en Bahrein hebben het oliestaatje Qatar (de wereldleider van vloeibaar gas) voor het blok gesteld: voldoen aan dertien eisen binnen de tien dagen, of volledig geïsoleerd worden met een economische boycot.

Toenadering tussen Iran en Turkije

Het dreigement lijkt minder uit te gaan naar Iran dan naar Turkije. Want behalve een onmogelijke eis, de onmiddellijke sluiting van nieuwszender Al Jazeera (verdacht van sympathie voor de Moslimbroederschap), moet Turkije zijn legerbasis sluiten in Qatar.

Het is logisch dat het ministaatje zijn eer wil hooghouden. “Wij wijzigen onze buitenlandpolitiek niet”, was het prompte antwoord. Of dat haalbaar is, moet nog blijken. De recente toenadering tussen Iran en Turkije heeft oude demonen weer doen ontwaken. Wie heeft er het leiderschap van de islamitische wereld ? Nu het schertskalifaat in Syrië en Irak op zijn laatste benen loopt, dingen drie staten naar die eer: Egypte, Iran en Turkije.

Lang zag het ernaar uit dat Turkije de beste kaarten in handen had. Het sloot zich (eerder onwillig) aan bij de coalitie die IS wou verdrijven uit Mesopotamië, en zonder de misrekeningen van president Erdoğan had het een handelsoverwicht en stevige steun van de westerse mogendheden. Ankara heeft zijn eigen markten vergooid (van Rusland tot de EU), en door revisionisme zijn kansen om volwaardig lid te worden van de EU ten enen male verknoeid.

De loftrompet van de Turkse minister van handel lijkt dan ook enigszins misplaatst. “Onze uitvoer naar Qatar is verdrievoudigd sinds de afkondiging van de boycot op 5 juni.” Het gaat dan wel om voedselhulp en de logistiek voor een voorhoede van soldaten die uitgestuurd werden. Ironisch is toch dat het ministerie van Economie aangeeft dat de Saudi's het voorbije jaar de grootste vastgoedopkopers waren in Turkije, vooral in Istanbul. Een en ander hangt natuurlijk samen met de fnuikende aanhoudende crisis in de toerismesector.

Ongeziene heksenjacht

Bloomberg heeft er geen goed oog in. De populariteit van Erdoğan is onder de 50 % gezakt. Dat belooft weinig goeds voor de verkiezingen van 2019 en zijn consecratie tot onbetwiste alleenheerser van het land.

Bloomberg ziet in de poging van Erdoğan om het land te overspoelen met goedkope kredieten een wanhoopspoging om alsnog de verhoopte steun te krijgen. Turkije heeft in allerijl zo'n 50 miljoen dollar uitgeleend (in plaatselijke lira, die in waarde blijft zakken) aan 300.000 bedrijven. Er is een kas aangelegd van 200 miljoen dollar om, wanneer tactisch nodig, uit te putten.

Bijvoorbeeld om Turkish Airlines (op de rand van bankroet) of Turkish Telecom van kredieten te voorzien als ze hun infrastructuur willen uitbouwen. Maar dat gaat ten koste van een groeiend begrotingstekort, en de afbetalingen van de sterk toegenomen openbare schuld moeten tegen forse intresten bij buitenlandse geldschieters voldaan worden.

De grootste vrees voor buitenlandse kredietbeoordelaars – Turkije zit nu al met rommelkredieten – is dat de ongeziene heksenjacht onder de steeds verlengde noodtoestand veel te zwaar heeft ingehakt op competente ambtenaren en bedrijfsleiders. Rechtsonzekerheid is dramatisch voor een gezonde economie.

“Gerechtigheid”

Net dat thema heeft de kemalistische partij CHP aangegrepen om haar eenheid te herstellen, en in de tegenaanval te gaan. Directe casus belli is de veroordeling van journalist-volksvertegenwoordiger Kadri Enis Berberoğlu tot 25 jaar gevangenis omdat hij “staatsgeheimen heeft onthuld”.

Die geheimen zijn niets anders dan de publicatie van foto's waarop wapens worden geleverd aan Syrische opstandelingen, terwijl de regering officieel volhield dat Turkije elke inmenging afwees. Opdrachtgever, met medeweten van de president, was de geheime dienst MIT. Om die veroordeling aan te vechten startte de CHP een campagne op om stelselmatig de politieke greep op het gerecht aan te klagen. Het begon met een mars in 23 dagen van Ankara naar de Maltepegevangenis in Istanbul. “Adalet”, “Gerechtigheid”, droegen de tot 3.000 betogers mee.

Oppositieleider Kemal Kılıçdaroğlu, die eerder nogal slaafs de AKP-hetze tegen het parlement en het gerecht onderschreef en meestemde om de onschendbaarheid van 138 verkozenen op te heffen, is tot het inzicht gekomen dat de scheiding der machten niet langer bestaat.

“De openbare aanklager is een ondergeschikte van Erdoğan”, zei hij nu aan de Deutsche Welle. Hij wil inmiddels ook de Koerdische verkozenen van de HDP beschermd zien. Na de mars plant de CHP geregeld volksvergaderingen en meetings te houden om het verzet levend te houden. De straat op dus.

Handpop van Erdoğan

De AKP heeft lauw gereageerd, en dat is verwonderlijk. “Zolang er geen geweld gebruikt wordt, mag de tocht doorgaan.” Alleen topverantwoordelijken van de partij mogen commentaar geven.

Eigenlijk heeft de partij vooral, gezien haar slinkende populariteit, beslist om “te zien hoe de publieke opinie” zich zal gedragen. Een eerste barst in de monoliet ? Kılıçdaroğlu heeft Erdoğan rechtstreeks uitgedaagd. “Als ik kan bewijzen dat de regering omzendbrieven en instructies naar de rechters stuurt, wil je dan als eervol en welvoeglijk man opstappen? Als ik daar niet in slaag, verlaat ik de politiek.”

In elk geval gedraagt het gerecht zich steeds meer als handpop van Erdoğan. Twee opvoeders, een academicus en een schooljuffrouw worden ondanks een hongerstaking van nu al 113 dagen niet vrijgelaten op humanitaire gronden. De man is aan het bed gekluisterd, de vrouw kan nog amper gaan en heeft spraakmoeilijkheden.

Het gerecht weigert ook de vrijlating van zes verdachten van Gülenisme, onder wie de gebroeders Altan en de journalist Nazli Ilicak. Ahmat Atlan noemde de gefabriceerde aanklacht tegen hem “juridische porno”. Hij loopt net als de anderen de kans op verzwaarde levenslange opsluiting, en nog eens 15 jaar voor “misdaden namens een terreurorganisatie waarvan hij zelf geen deel uitmaakt”.

Erdoğan heeft inmiddels per decreet onder de noodtoestand beslist dat elke terreurverdachte gedwongen het leger in moet, en dat geldt ook voor politieagenten, die tot nu toe vrijgesteld waren. Elke soldaat die drie dagen in het buitenland verblijft zonder toelating wordt als deserteur aangezien.

Zal de CHP de straat meekrijgen?

De economische gok die Erdoğans afhankelijkheid van het buitenland nog opdrijft, kan natuurlijk roet in het eten gooien.

En ook ideologisch wordt de toestand hachelijk. Steeds meer intellectuelen en zakenlui verlaten het land, intern wordt de greep van verkrampt islamisme versterkt. De afschaffing van de evolutieleer in het schoolplan is maar één aanwijzing. De roep om de Aya Sofia om te vormen tot moskee wordt luider.

De bouwwoede van moskeeën, het dragen van de sluier, toenemend alcoholverbod, de opmars van de Koranscholen, de sterkere druk op de minderheden, het zijn signalen die tot onrust moeten leiden bij de seculieren en de liberalen. Vraag is dan of de CHP de straat zal meekrijgen, én de nodige zelfkritiek aan de dag kan leggen om niet in hetzelfde euvel als de AKP te hervallen.

VRT Nieuws wil op deredactie.be een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over actuele thema’s. Omdat we het belangrijk vinden om verschillende stemmen en meningen te horen publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van zijn vereniging. Zij zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst.

Meest gelezen