10 jaar na de iPhone begint alles opnieuw - Frederik De Bosschere

Dag op dag, 10 jaar geleden kwam de eerste iPhone op de markt. De impact van dat toestel kan je nauwelijks overschatten.
opinie
Opinie
© Reporters - Rosaria D Aquino

Frederik De Bosschere laat voor deredactie.be tweewekelijks zijn licht schijnen over verrassingen of tegenslagen in de wondere wereld van de digitale technologie. Hij is strateeg bij In The Pocket, dat strategisch en technologisch advies geeft en digitale producten bouwt voor bedrijven als Bancontact, Colruyt en Samsonite. Twitter: @vrederik.

Bij zijn introductie werd het potentieel van de iPhone dan weer zwaar onderschat. CEO’s van bedrijven als Microsoft, Palm en Blackberry, de mobiele titanen van toen, trakteerden de wereld op smakelijke quotes als “It doesn’t have a keyboard. Which makes it not a very good email machine” en "Is there a toaster that also knows how to brew coffee? There is no such combined device, because it would not make anything better."

De aankondiging was dan ook best braaf. Toen Steve Jobs de iPhone voorstelde, deed hij dat met de woorden: “It’s an iPod, a Phone and an Internet Communicator.” Dat triumviraat klinkt nu, 10 jaar later, nogal saai. Wat Jobs eigenlijk écht deed, was een “brave new world” aankondigen, al zij het door die op te hangen aan bekende voorgangers.

Slechts weinig mensen hadden toen al durven te denken op hoeveel manieren smartphones ons leven zouden veranderen. Ze zorgden namelijk dat niet enkel communicatieve of multimediale stromen steroïden kregen… Ze brachten ons nóg tal van innovatieve toepassingen (en dus ook miljoenenindustrieën): van Uber tot Deliveroo, zonder de mobiele supertelefoon waren ze niet mogelijk geweest.

Stel je voor: je geeft een kind een oude schoendoos en wat papier om mee te spelen. Wat zal er gebeuren? Mensen zoals de CEO’s hierboven zullen zeggen: “Bravo. Het kind kan nu 'van schoenwinkel spelen'. Maar laten we eerlijk zijn: niemand droomt van dat beroep.”

Bedrijven als Google of Apple zien vooral potentieel: “Elk kind heeft verbeelding. Misschien verandert het de schoendoos wel in een binnenkijk-cinema, en god weet welke verhalen het daar bijeen knutselt."

Wanneer je te rechtlijnig naar een digitale vernieuwing kijkt, zie je niet wat er nog allemaal achter de horizon ligt. Technologische innovatie volgt een S-curve: ze start langzaam, gaat dan zéér snel, en vlakt ten slotte af. Tien jaar na de eerste iPhone zijn we op dat plateau beland. Je zou denken dat het nu saai wordt, of dat het einde is bereikt. Maar: dat is buiten de andere S-curves gerekend, die nu op kruissnelheid zijn gekomen (verschillende daarvan zijn trouwens afkomstig uit hard- en software van smartphones).

Om er enkele te noemen: microfoons & camera's (en dan vooral beeld- & spraakherkenning), allerhande sensoren, artificiële intelligentie … Zaken die we vandaag al kennen, maar die ons morgen naar de toekomt zullen katapulteren.

Waar die toekomst ons brengt, valt nog te bezien. Maar dat het ver zal zijn, staat vast. Toch waag ik mij aan een voorspelling.

Wij werkten op computers. Nu werken computers voor ons

De smartphone stak een supercomputer in onze handen, die ons in constante verbinding bracht met alles en iedereen. Hij veranderde en vergemakkelijkte ons leven op ontelbaar veel manieren. Maar, helaas zorgde dat er ook voor dat we aan die schermen vastgelijmd zijn. Die dynamiek gaat volledig veranderen.

Wearables (zoals smart watches) geven al een voorsmaakje. In plaats van elke anderhalve minuut de telefoon erbij te halen, geeft een subtiel tikje op de pols jou een teken dat iets of iemand jou nodig heeft. Helaas is dat nog een rechtstreekse vertaling van een “oud" concept: het blijft een notificatie, en dus een vraag om tijd te investeren. Dat waren smartphones tot nu: een (ogenschijnlijk oneindige) tijdsspons.

Smartphones zullen de komende jaren steeds minder van onze tijd innemen. Waar wij nu vooral op onze zakcomputers werken, zullen die meer en meer van dat werk voor ons doen. Je zoekt dan niet langer naar informatie met toetsen of swipes, maar kijkt ernaar met jouw camera (Augmented Reality) of stelt de vraag met jouw stem (Voice). Misschien wordt de info gewoon naar jou gestuurd door de duizenden geconnecteerde sensoren in jouw buurt (Internet-of-Things). Meer nog, die informatie zal eerst door slimme computersystemen verwerkt worden (AI), zodat enkel de meest relevante info jou bereikt, waar en wanneer je die nodig hebt. Het wordt een toekomst waar iedereen een eigen digitale assistent heeft (VPA of Virtual Private Assistant), die reservaties voor jou doet en meteen een taxi bestelt wanneer je ’s avonds het huis verlaat.

Een nieuwe blokkendoos

Waar mastodonten als Apple & Google de wereld smartphones verkochten, reikten ze ons daarmee ook instrumenten aan, zoals krachtige mobiele technologie of app stores, om nieuwe producten en diensten te verkopen aan een gigantisch publiek.

Dat doen ze vandaag opnieuw. Quasi elk stukje spitstechnologie wordt vrij beschikbaar gesteld aan ontwikkelaars. Van Augmented Reality tot Artificiële Intelligentie ... Iedereen kan met de indrukwekkende technologie van kleppers als Google, Apple, Facebook, Microsoft of IBM spelen.

Aan knappe digitale talenten (en in België hebben we er meer dan je denkt) om met die blokken aan de slag te gaan. Aan u om te genieten van uw leven. Eentje met minder schermen, maar nog meer mogelijkheden.

Lees ook: Na dit artikel gooit u uw smartphone weg en stapt u over op de telegraaf - Lucas Vanclooster

VRT Nieuws wil op deredactie.be een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over actuele thema’s. Omdat we het belangrijk vinden om verschillende stemmen en meningen te horen publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van zijn vereniging. Zij zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst.

Meest gelezen