Voetballen met centen - Frank Van Laeken

Zaterdagavond spelen Real en Atlético de finale van de Champions League, de apotheose van het clubvoetbalseizoen 2015-2016. U mag kiezen voor wie u supportert: een club die mooi voetbal probeert te spelen maar die elk jaar wat meer schulden maakt, of een club die lelijk voetbal speelt maar haar best doet om financieel in het reine te komen.
opinie
Opinie
faye pynaert

Frank Van Laeken is freelance sportjournalist en columnist. Hij volgt voor deredactie.be de maatschappelijke discussie over sport.

Ook twee jaar geleden mochten de Madrileense clubs al eens onder elkaar uitmaken wie de beste van het seizoen was: toen won Real met 4-1 na verlengingen.

Ook morgen is Real topfavoriet om de 'undecima', de elfde beker voor Landskampioenen voor de club, in de wacht te slepen. Maar laten we het hier even niet over voetbal hebben, maar over centen. Welkom in Madrid, waar de financiële voetbalputten diep zijn.

Real

Real Madrid Club de Fútbol, opgericht in 1902, mag zich de meest succesvolle club uit de Europese voetbalgeschiedenis noemen, daar bestaat geen twijfel over. Tien keer won het de 'beker met de grote oren', bijnaam van Europacup I, zes keer toen die nog Europabeker voor Landskampioenen heette, vier keer sinds de competitie werd omgedoopt tot Champions League. Alleen AC Milan komt met zeven stuks nog enigszins in de buurt.

Twee keer won Real ook de UEFA Cup, de huidige Europa League. Tweeëndertig keer werd het kampioen van Spanje, al dient opgemerkt dat een deel van die successen werden verzameld in een periode dat de in maagdelijk wit spelende club een flink zetje kreeg van het dictatoriale Franco-regime.

Atlético

Dan is het in 1903 opgerichte Club Atlético de Madrid Sociedad Anónima Deportiva een bescheidener vereniging. Twee keer was het verliezend finalist in Europacup I, één keer veroverde het de inmiddels afgeschafte Europabeker voor Bekerwinnaars, twee keer zegevierde Atlético in de Europa League.

Het aantal Spaanse titels bleef steken op tien, de voorlopig laatste dateert van twee jaar geleden. Om de grootorde van beide clubs te situeren: in de Forbes-lijst van voetbalvennootschappen staat Real Madrid op de eerste plaats, vóór FC Barcelona, Manchester United en Bayern München. Atlético Madrid staat vijftiende.

De schoft ...

Atlético is het vervelende jongetje dat zijn oudere, veel populairdere stiefbroer in het midden van de dansvloer venijnig tegen de schenen trapt en het dan op een lopen zet. Dat beeld past ook bij de trainer van de club: de 46-jarige Argentijn Diego Simeone, die als speler bekend stond om zijn werkkracht, zijn branie en zijn fanatisme, drie eigenschappen die hij sinds december 2011 overpompt in zijn spelersgroep.

Jaar na jaar ziet Atlético zijn beste spelers vertrekken naar lucratievere oorden, maar het slaagt er telkens weer in om vervangers te vinden die perfect passen binnen het tactische stramien van Simeone: harde werkers die een stevige organisatie neerpoten en die niet aarzelen om te gepasten tijde een smerig trucje uit te halen.

Treiteren, met de studs vooruit tackelen, komedie spelen: het past allemaal binnen het defensieve concept. Langs de lijn naait Simeone zijn spelers én de tegenstanders negentig minuten lang op.

Desnoods geeft hij zijn eigen team manager een draai om de oren, als die niet snel genoeg klaarstaat met het bord om een speler te vervangen.

versus de gentleman

Dan is Zinédine Zidane, de trainer van Real Madrid, de tegenpool van Simeone. Als voetballer een van de allerbesten ooit: technisch grandioos, een durfal, behield altijd het overzicht, scoorde onvergetelijke doelpunten.

Geen schofterige speler zoals Simeone, al werd ook Zidane in zijn carrière een paar keer uitgesloten wegens natrappen. Of 'na-koppen', zoals in zijn allerlaatste wedstrijd, de wereldbekerfinale in 2006. Langs de lijn is Zidane het type-gentleman, meestal bedaard en hoffelijk. De anti-Simeone, zeg maar.

620 miljoen euro schulden

Het aardige van Spaanse topclubs is dat ze hun financiën niet verbergen. Tik in Google 'Real Madrid' en 'financial report' in, en je krijgt netjes een Engelstalige versie van de clubwebsite te zien, waarop je de financiële resultaten in detail kunt nalezen. Een openheid die tot voorbeeld van andere competities zou mogen strekken, waar alles wat met centen te maken heeft doorgaans zorgvuldig aan het oog onttrokken wordt.

In mijn boek '£X€£$$ UNITED. Het geld van het voetbal' dat vorig najaar bij Houtekiet verscheen, kon ik dan ook gretig gebruik maken van de beschikbare cijfers om de financiële situatie van Real Madrid te kunnen duiden. Ik beschikte toen over de gegevens tot en met 30 juni 2014. Inmiddels werd ook het jaarrapport 2014-2015, afgesloten op 30 juni 2015, gepubliceerd.

Wat blijkt: op een jaar tijd is de schuldenput van Real nog wat dieper geworden. Van 602 miljoen euro schulden in 2014 tot 620 miljoen elf maanden geleden, waarvan 372 miljoen op korte termijn. Het eigen vermogen bedroeg 412 miljoen euro. Het netto-verlies liep op tot 96 miljoen, ook al een stijging met 24 miljoen ten opzichte van het jaar voordien. Daar staat tegenover dat de omzet steeg van 550 naar 578 miljoen euro.

Grootste

Daarmee blijft Real Madrid de grootste club van de wereld. De omzet steeg in zestien jaar tijd van 118 naar 578 miljoen, een gemiddelde jaarlijkse stijging van maar liefst 11 procent. 37 procent van die omzet realiseert 'de Koninklijke' uit 'marketing' (sponsoring, merchandising), 28% haalt het op uit de tv-rechten, 26% is afkomstig uit de verkoop van lidkaarten, abonnementen en wedstrijdtickets, en 9% komt van internationale (oefen)wedstrijden.

En hoewel Real veel geld uitgeeft aan de lonen van Cristiano Ronaldo, Gareth Bale, Sergio Ramos en consoorten, is het aandeel van de spelers- en trainerslonen ten opzichte van de omzet gedaald van 90 (!) procent in 2002 naar 50 procent in 2015. Voor het zopas afgelopen seizoen in de Spaanse Liga BBVA werd een lichte omzetstijging tot 582 miljoen euro verwacht. Minder dan twee procent daarvan wordt gerealiseerd door de basketbalafdeling, de rest komt uit het voetbal.

Too big to fail

Zo krijg je een zeer diffuus beeld, van een club die aan de ene kant blaakt van de gezondheid en aan de andere kant gebukt blijft gaan onder torenhoge schulden. Real Madrid is arm én rijk.

Het is duidelijk dat Real niet van plan is de stijgende omzet te gebruiken om de schulden in te dijken. Wil het blijven concurreren met FC Barcelona, in Spanje, en Bayern München, Manchester City en PSG, in Europa, dan zal het dure transfers blijven realiseren, met steun van bevriende banken, ook al werden die in het recente verleden dan gered met Europees geld.

Real Madrid is als een grootbank: 'too big to fail'. Desnoods reikt de lokale overheid een reddende hand, zoals in 2000, toen de stad Madrid het oude trainingscomplex van de club overkocht voor een half miljard euro. Waarna Real dat geld prompt investeerde in de uitbouw van een team vol 'Galácticos', wereldsterren als Luis Figo, Zinédine Zidane, Ronaldo, David Beckham en later Cristiano Ronaldo, Kaká en Gareth Bale.

Gil y Gil

Wat Spaanse topclubs onderscheidt van die uit andere landen in Europa is dat de voorzitter meestal wordt verkozen door de socio's, dat zijn de aangesloten leden. Een democratisch proces waaraan een heuse verkiezingscampagne voorafgaat tijdens dewelke de kandidaten beloften maken over de sportieve toekomst.

Democratie leidt in dit geval tot exuberante uitgaven, want uiteraard willen supporters vooral iemand met veel centen of torenhoge ambities aan de macht. Zo deed Florentino Pérez het bij Real Madrid.

Anders ging het er aan toe bij de stadsgenoot. Atlético werd jarenlang geleid door een eigengereide, dictatoriale zakenman, Jesus Gil y Gil, een man voor wie het adjectief 'excentriek' uitgevonden werd.

Hij werd tot aan zijn dood in 2004 meer dan tachtig keer juridisch aangeklaagd. Actieve corruptie leidde ook drie keer tot korte gevangenisstraffen, onder meer omdat hij als burgemeester van Marbella fondsen had achtergehouden. Voor een aanzienlijke borgsom kon hij telkens snel weer als een vrij man rondlopen.

Geld dat er niet is

Tussen 1987 en 2003 was Gil y Gil voorzitter van Atlético. In die periode van 16 seizoenen ontsloeg hij 26 trainers, gaf hij geregeld een oorvijg aan spelers, schold hij bestuursleden van andere clubs uit en aarzelde hij niet om een robbertje te vechten om zijn gelijk te halen. 'Hebben ze hier een oliebollenmachine die zwartjes maakt?', vroeg hij luidop af na een wedstrijd tegen het multiculturele team van Ajax Amsterdam, racistische opmerkingen waren hem dus evenmin vreemd.

En ondertussen gaf hij geld uit dat er niet was, waardoor de club 270 miljoen euro in het rood ging. Een toestand die na zijn dood nog verergerde. 'Veel rottere clubs dan Atlético bestaan er niet', schreef columnist Thijs Zonneveld twee jaar geleden in het Nederlandse Algemeen Dagblad, op de vooravond van de vorige Champions Leaguefinale tussen de Madrileense clubs.

Spelletje of miljardenbusiness?

Vergeleken met Real is Atlético financieel een kleine speler, met een omzet van om en nabij de 190 miljoen euro, ongeveer een derde van de jaaromzet die de aartsrivaal 'Realiseert. In 2011 torste de club 514 miljoen euro schulden, een last die ondertussen door de Spaanse en Europese successen en de verkoop van topspelers als Fernando Torres, Sergio Kun Agüero en Radamel Falcao wel flink werd verkleind.

Inmiddels zou de schuld van Atlético gereduceerd zijn tot ongeveer 45 miljoen euro. Nog een paar uitgaande transfers en Atlético is schuldenvrij

U mag dus zaterdagavond kiezen voor wie u supportert: een club die mooi voetbal probeert te spelen maar die elk jaar wat meer schulden maakt, of een club die lelijk voetbal speelt maar haar best doet om financieel in het reine te komen. Of u kunt net doen alsof voetbal een spelletje blijft en geen miljardenbusiness.
 

VRT NWS wil op vrtnws.be een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over actuele thema’s. Omdat we het belangrijk vinden om verschillende stemmen en meningen te horen publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van zijn vereniging. Zij zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst. Wilt u graag zelf een opiniestuk publiceren, contacteer dan VRT NWS via moderator@vrt.be.

Meest gelezen