Over krochten en cruises: lobbyen in Europa - Hendrik Vos

Hoe zit dat met de populaire stelling dat de grote bedrijven en hun lobbyisten de politiek in Europa naar hun hand zetten? Dat zij de werkelijke macht in handen hebben? Hoogleraar Hendrik Vos zoekt het uit.
opinie
Opinie

Hendrik Vos en Rob Heirbaut schrijven om de twee weken beurtelings een opinietekst, respectievelijk analysetekst, over Europese politiek. Vos is hoogleraar aan de Universiteit Gent, waar hij directeur is van het Centrum voor EU-studies. Heirbaut is VRT-journalist, gespecialiseerd in de EU.

De gezondheidswaarschuwingen en de akelige foto’s op pakjes sigaretten worden voortaan groter en griezeliger. Roundup, de veelgebruikte onkruidverdelger van Monsanto, zal straks niet meer zo makkelijk te krijgen zijn – àls hij nog in de winkel zal liggen. De normen voor het gebruik van een reeks kankerverwekkende stoffen op de werkplek gaan op voorstel van Europees commissaris Marianne Thyssen flink worden aangescherpt.

Walhalla voor bedrijven

Het zijn een paar thema’s waarmee Europa de voorbije dagen in het nieuws zat. Telkens stonden er grote belangen op het spel. Het kan allemaal goed zijn voor de gezondheid, maar grote bedrijven zien hun kosten stijgen en hun winst dalen.

Ze vinden dat de Europese regeldrift te ver gaat. Dus zetten tabakslobbyisten, monsanto-boys, en de allergrootste bedrijven uit chemische en andere sectoren alle zeilen bij om de regels in hun voordeel te beïnvloeden.

Missie geslaagd? Toch niet helemaal, zo blijkt. Europa is een grote supermarkt. Met een half miljard relatief rijke consumenten is het een walhalla voor producenten van allerhande gerief. Maar de Europese markt is geen eldorado waar alles zomaar kan. Er gelden meer regels dan waar ook in de wereld.

Hoe zit dat dan met de populaire stelling dat de grote bedrijven en hun lobbyisten de politiek in Europa naar hun hand zetten? Dat zij de werkelijke macht in handen hebben?

Het is zeker dat er veel lobbyisten rond de instellingen zwermen. In het Europees Parlement zijn ze te herkennen aan hun kastanjebruine toegangsbadges. Ze nemen deel aan vergaderingen met de Europese Commissie, ze zijn kind aan huis bij de vertegenwoordigingen van de lidstaten.

Als de avond over Brussel valt, zijn ze te vinden op recepties en diners. Ze fluisteren in de krochten van de Berlaymont, ze dansen op de feestjes op Place Lux, ze delen gadgets uit en ze regelen cruises voor de Europese besluitvormers. In allerlei gedaanten dompelen lobbyisten zich onder in de Europese politiek en oefenen ze invloed uit. Dat is althans het beeld dat veel mensen hebben van de lobbyscene. 

Het stemt ook overeen met de realiteit, misschien met uitzondering van de cruises – snoepreisjes worden tegenwoordig met zoveel wantrouwen bekeken, dat men er wel mee oppast.

Van autoconstructeurs tot melkveeboeren

Brussel zou, na Washington, de stad zijn met het grootste aantal professionele lobbyisten in heel de wereld. Schattingen hebben het over een paar tienduizend. Er zijn zelfs lobbygroepen die de belangen van de belangenverdedigers verdedigen.

Grote bedrijven hebben vaak een afdeling in Brussel of ze organiseren zich in koepelorganisaties. Het zal wel wat kosten: een kantoor huren in de Europese hoofdstad en er een paar lobbyisten tewerkstellen met een netwerk, een talenknobbel en een sterke lever. Geen enkel bedrijf doet zo’n investering als er geen resultaten tegenover staan.

Lobbyisten zijn welkom in Brussel en er wordt naar geluisterd. Dat is op zich niet erg. Als er wetgeving wordt gemaakt rond de uitstoot van auto’s, dan is het verstandig om ook eens goed te luisteren naar de autoconstructeurs. Als de zuivelsector hervormd wordt, is het nuttig om met de vertegenwoordigers van de melkveeboeren samen te zitten. Besluitvormers gaan in dialoog met de sector en ze horen argumenten waar ze zelf wellicht niet aan dachten.

Maar dat wil niet zeggen dat de Europese politiek geheel gedomineerd wordt door de verlangens van de grote bedrijven en hun lobbyisten.

Iedereen met iedereen

Dat heeft verschillende redenen. Voor elke lobbyist die een belang vertegenwoordigt, bestaat er een andere lobbyist met het tegenovergestelde belang. Grote bedrijven zijn geweldig goed vertegenwoordigd, maar ook ngo’s zijn vaak sterk en professioneel georganiseerd. De milieubeweging, de consumentenbeschermers, de vrouwenlobby: onderschat ze niet.

Natuurlijk, als het er echt op aankomt en er staat veel op het spel, dan kan het bedrijfsleven doorgaans meer mensen en middelen in de strijd werpen dan de gemiddelde actiegroep.

Maar dat bedrijfsleven is op zijn beurt erg verdeeld. De grote ruzies spelen zich vaak in eigen rangen af. Een voorbeeld: er is tegenwoordig in Europa veel te doen over China.

Dat land overspoelt de Europese markt met goedkope zonnepanelen, schoenen en staal. Europese producenten van zonnepanelen, schoenen en staal proberen Europese politici ertoe aan te zetten om die import met allerlei trucjes te belemmeren. Een moeilijk debat, want in de luwte zijn ook de installateurs van zonnepanelen, de grote supermarktketens en de bouwsector aan het lobbyen. Voor hun business is het net heel prettig dat er hier goedkope spullen uit China op de markt komen.

Er zijn maar weinig dossiers waarbij het hele Europese bedrijfsleven een gemeenschappelijk belang heeft.

De lobbywereld is er dan ook een van permanent wisselende allianties. De ene keer doet een bedrijf het met een ander bedrijf, maar de andere keer is het strategischer om samen te werken met een ngo, een vakbond of een lokaal bestuur. Iedereen doet het wel eens met iedereen. De netwerken zien er altijd anders uit, en wie in het ene netwerk ijzersterk staat, slaagt er in het andere amper in om gehoord te worden.

Een grote toeter en een zak met geld

Finaal worden beslissingen in Europa steeds genomen door politici: door ministers die zich voor hun nationaal parlement moeten verantwoorden, door regeringsleiders die door de eigen bevolking in de gaten worden gehouden, door Europese parlementsleden die rechtstreeks verkozen worden of door commissarissen die het vertrouwen nodig hebben van dat Europees Parlement.

Zij zijn de echte besluitvormers en ze zijn in een ingewikkeld systeem met elkaar verbonden. Als ze hun werk goed willen doen, zoeken ze informatie bij alle betrokkenen, en dat zijn vaak lobbyisten. Natuurlijk is die informatie steeds gekleurd en onvolledig. Lobbyisten doen ook maar hun best voor hun bedrijf, hun sector of hun belang.

Twee zaken zijn cruciaal. Ten eerste, iedereen moet kunnen zien wie welke contacten heeft, met wie er wel en met wie er niet gepraat is. Transparantie in en rond de lobbywereld is belangrijk, maar zal nooit verhinderen dat er ergens in de schaduw nog een paar afspraken worden gemaakt, cijfers worden uitgewisseld of argumenten worden aangereikt.

Daarom ten tweede, en dus vooral: besluitvormers moeten de ingebouwde reflex hebben om naar iedereen te luisteren. Er moet ook aandacht zijn voor groepen die niet over een grote zak geld beschikken, of die wat minder hard schreeuwen omdat ze niet dezelfde toeter hebben als een ander.

Soms zijn er aanwijzingen dat een Europese beslissing onevenredig sterk beïnvloed is door een specifieke belangengroep. Media horen daarover te berichten, en de betrokken politici moeten het dan maar uitleggen.

Maar het is beslist niet zo dat het altijd dezelfde lobbyisten zijn die het beleid dicteren. Ook de machtigste bedrijven kunnen in het zand bijten. Dat pakjes sigaretten er wansmakelijk uitzien, dat Roundup straks misschien verboden wordt en dat werkplekken binnenkort gezonder zullen zijn, dat zijn bemoedigende tekenen.

VRT NWS wil op vrtnws.be een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over actuele thema’s. Omdat we het belangrijk vinden om verschillende stemmen en meningen te horen publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van zijn vereniging. Zij zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst. Wilt u graag zelf een opiniestuk publiceren, contacteer dan VRT NWS via moderator@vrt.be.

Meest gelezen