België heeft luchtafweerraketten nodig - Marc Geleyn

De decennialange desinvestering op Defensie en de maatschappelijke verwaarlozing van het instituut heeft onze militaire geloofwaardigheid bovendien zwaar gehavend. Het is tijd om die te herstellen.
opinie
Opinie

Mark Geleyn is voormalig directeur-generaal op Buitenlandse Zaken. Hij diende als ambassadeur in Israël en in Duitsland. Tevoren was hij 6 jaar hoofd Europese Veiligheid op hetzelfde departement.

In “Waterschapsheuvel”, een spannende bestseller uit de jaren zeventig, beschrijft Richard Adams hoe een groep vluchtende, uitgehongerde konijnen bij een hoeve kwamen waar dikke, doorvoede konijnen met witte, zachte vacht van hun comfort genoten in ruime, propere hokken. De magere konijnen waarschuwden de vadsige dat een groot gevaar hen bedreigt en dat ze opgegeten zullen worden, maar die doen de waarschuwing af als paniekmakerij. Sommige van de dikke konijnen nodigen de schichtige magere verwanten zelfs uit om mee in het hok te wonen. Het was een prangende beschrijving van een existentiële dreiging, waarvan de comfortkonijnen niets wilden horen.

Europa is een eiland van welvaart, comfort en spelen, in een oceaan van geweld, ellende en afgunst. In ons comfortdenken zijn we bijna vergeten wat landsverdediging is: ons leger is uitgebeend, we zweren bij Soft Power en soms peacekeeping als het niet gevaarlijk is; onze binnengrenzen hebben we afgeschaft en we bekommerden ons niet om buitengrenzen.

En aan die buitengrenzen wemelt het van rovers. Wie ogen heeft, moet kijken. In de islamwereld woedt een continentale oorlog, waarvan het einde niet in zicht is. Onberekenbare staten hebben daar ballistische raketten die Europa bereiken, extremisten van alle slag en naam terroriseren de hele regio, hun medestanders in Europa plegen aanslagen bij ons. Libië riskeert overrompeld te worden door salafisten, die geld en technologie hebben om raketten op Europa te richten. Tunesië wankelt. In Algerije worden de messen geslepen voor een machtswissel. In Oost-Europa is het beeld al even onheilspellend: duikboten in de Baltische Zee, bommenwerpers en gevechtsvliegtuigen in Brits en Baltisch luchtruim, militaire oefeningen van formaat, de Krim ingelijfd, brandstichting in Oost-Oekraïne.

Europa begint zich heel traag te realiseren dat er toch iets schort aan onze salonvrede, dat moraal en pacifisme en het zoeken van steeds nieuwe compromissen de problemen niet oplossen, maar acuter maken. Europa begint in te zien dat we iets aan onze verdediging moeten doen.

Van Waterschapsheuvel naar een NAVO-raketafweersysteem is een kleinere gedachtesprong dan het lijkt.

Deelname aan raketafweer: logisch en verstandig

De NAVO-landen besloten in 2010, na bijna tien jaar overleg, om een raketafweersysteem te bouwen voor de verdediging van de Europese bevolking, grondgebied en strijdkrachten. De NAVO, dat is geen agressieve donkere macht die ons dwingt geld te versmossen aan nutteloos oorlogstuig.

Het is een alliantie van 28 lidstaten die samen beslissen over hun veiligheid en die ervoor gezorgd heeft dat we al ruim een halve eeuw veiligheid én vrijheid genieten. En onder de bescherming van die veiligheidsparaplu heeft de Europese Unie haar toenaderingswerk kunnen uitvoeren.

Minister Vandeput wil de nieuwe begrotingsmarge van Defensie gebruiken om een bijdrage te overwegen aan het NAVO-raketafweersysteem dat in opbouw is. Dat is geen idiotie en geen zever, zoals sommige politici uit de meerderheid opperen. Dat is integendeel logisch en verstandig.

Wat is dat raketafweersysteem van de NAVO?

Het zoeken naar manieren om aanvalsraketten te onderscheppen voor zij hun doel bereiken, is zo oud als de raketten zelf. In de Tweede Wereldoorlog ging het nog slechts om het volgen van het traject van Duitse V2-raketten. Tijdens de Koude Oorlog ontwikkelden de Sovjet-Unie en de VS afweersystemen tegen langeafstandsraketten die meerdere kernkoppen konden dragen. Moskou en Washington kwamen dan in 1972 overeen elk slechts één afweersysteem aan te houden. Het was een afspraak om elkaars kwetsbaarheid te respecteren.

In de jaren tachtig was de technologie zover dat raketafweer vanuit satellieten in de ruimte denkbaar werd. President Reagan lanceerde het Strategic Defense Initiative voor de bescherming tegen intercontinentale raketten. Hier kwam het punt dat de Sovjets financieel en technologisch niet meer volgden.

Na de eerste Golfoorlog, in de jaren negentig, groeide het besef dat raketafweer nodig was om de eigen strijdkrachten te beschermen. Als dan bleek dat tientallen landen, waaronder gevaarlijke regimes, massavernietigingswapens begonnen te verwerven, groeide de nood om niet enkel troepen, maar ook bevolkingen en landen zelf tegen aanvalsraketten af te schermen. Men dacht toen, en nog steeds, in de eerste plaats aan Noord-Korea en aan Iran.

Het NAVO-raketafweersysteem nu

Het raketafweersysteem van de NAVO is nog in opbouw. Het was in Lissabon in 2010 dat de regeringsleiders van de NAVO (dus ook België) beslisten om een afweersysteem tegen ballistische raketten (ballistic missile defence, BMD) uit te bouwen. Aan die beslissing gingen 8 jaar technische studies en politiek-militair overleg vooraf.

Dat NAVO-systeem is eigenlijk een systeem van systemen, waarbij het bestaande systeem ter verdediging van de troepen uitgebreid wordt tot bescherming van de bevolkingen en het grondgebied.
De VS pasten daarbij hun eigen systeem aan: Aegis, een afweersysteem op schepen, zou ook op het Europese vasteland geïnstalleerd worden. Terloops: Aegis is bij Homeros het wapenschild van Zeus.

Roemenië bood daarvoor de basis Deveselu aan. Nederland bouwt een radarsysteem op vier fregatten. Denemarken rust één fregat uit met radar. Spanje biedt de vlootbasis Rota aan voor het aanmeren van de Aegisschepen. Duitsland brengt zijn Patriot-afweersysteem in. Samen vormen deze nationale bijdragen het BMD-systeem van de alliantie. Zoals steeds in de alliantie zijn de principes: ondeelbaarheid van de veiligheid, solidariteit, billijke participatie aan risico’s en lasten.

Waarom raketafweer belangrijk is

Raketafweer is een bij uitstek humane manier van verdediging. Het is geen offensief wapen: een land dat aangevallen wordt, kan met zijn raketafweer aanvalsraketten, al dan niet met massavernietigingswapens, uitschakelen, al was het maar een deel van de raketten.

Men dacht daarbij vooral aan landen als Noord-Korea en Iran. Noord-Korea is voor ons ver weg. Iran is dat niet. Iran heeft het grootste arsenaal aan ballistische raketten in het Midden-Oosten, meer dan Israël. Nu de economische sancties opgeheven zijn, kan Teheran zijn arsenaal snel moderniseren. En omdat het zijn kernwapenprogramma tijdelijk moet stoppen, krijgen de ballistische raketten daar alle aandacht.

Het effect is zoals bij kernwapens: raketten hoeven niet noodzakelijk ingezet te worden; het volstaat vaak ze te hebben. Het zijn politieke en psychologische wapens om de steden en de regeringen van een vijand te terroriseren. Teheran pocht trouwens graag met landkaarten waarop de reikwijdte van zijn raketten te zien is. En die reikwijdte gaat nu al verder dan de afstand tot wat Teheran de “Kleine Satan in Tel Aviv” noemt.

Raketafweer is derhalve een geschikt instrument om roekeloze agressors te ontraden. De strategen in de Europese hoofdsteden weten dat het risico van een aanval vanuit het Midden-Oosten in de komende jaren reëel is en dat we niet mogen wachten met het verder uitbouwen van de BMD-systeem tot er een kalifaat in Syrië is of totdat de salafisten heel Libië hebben ingepalmd, met de wapenkelders van Khaddafi erbij. Nu al breiden de islamistische terreurgroepen hun operatiegebied uit naar Noord-Afrika en naar de zwakke staten in de Sahelzone.

En Rusland in dit alles?

Toen de 28 regeringsleiders van de NAVO in 2010 beslisten om een raketafweer uit te bouwen, nodigden zij Rusland uitdrukkelijk uit mee te doen. Met name de Duitsers smeekten de Russen om erbij te komen. Tevergeefs. Missile Defence is voor de Russen gelijk een rode lap voor een stier. Waarom?

Tijdens de Koude Oorlog waren de westerse conventionele strijdkrachten veel zwakker dan die van de Sovjet-Unie en het Warschaupact. Het Westen compenseerde die relatieve zwakte door ontrading met kernwapens. Zonder kernwapens had West Europa zich op een veel hoger niveau moeten militariseren.

Na de val van de Muur ontmantelden de VS ruim 90 % van hun kernwapenarsenaal. Rusland bouwde ook af, maar beduidend minder. Sinds de jaren negentig zijn het de conventionele strijdkrachten van Rusland die relatief zwak staan. In de oorlog met Georgië presteerden ze ondermaats. En hoewel het Russisch leger nu volop moderniseert en de bewapening opdrijft, rekent Moskou in zijn strategische opstelling in belangrijke mate op kernwapens.

Welnu, het Amerikaanse Missile Defence-systeem verzwakt in grote mate de capaciteit van Rusland om een tweede maal toe te slaan, de zogenaamde “second strike capability”. Rusland kan wel een verrassingsaanval lanceren, maar een tweede raketaanval zou onderschept worden.

In West-Europa denken we niet meer in zulke termen, wij worden er bleek van, maar in Rusland liggen de machtspolitieke handboeken uit de 19de eeuw nog altijd op de lessenaars van de strategen. En de huidige politieke elite in Moskou, een product van de KGB-scholen, onderhoudt de oude verwijten tegen het Westen, is vol van nijd om de verloren gebieden, voelt zich vernederd door het verlies van een onderworpen “nabij buitenland”. En dat alles gekoppeld aan een van hogerhand gestuurde haat tegen het gedegenereerde Westen, tegen “Gayropa”.

Alle Europese en Amerikaanse leiders hebben sinds 2000 geprobeerd de Russen te overtuigen dat Missile Defence niet tegen hen gericht was, maar tegen onberekenbare regimes elders. Die inspanningen mochten niet baten. MD ontnam de Russen een element van hun arsenaal (tegen het Westen) en dus bleven zij hameren op het ontmantelen ervan. Tegelijk werd de algemene houding van Rusland bitsig, agressief. In oktober 2013 moet de NAVO het overleg met Rusland stoppen en in april 2014 werd alle samenwerking met Rusland geschorst als antwoord op wat Moskou in Oost-Oekraïne uitstak.

Belangen en plichten van België

Aan een NAVO-systeem dat meer dan een decennium gerijpt is, dat gedragen wordt door de Amerikanen en waaraan onze buren deelnemen, moet België zijn bijdrage leveren. Nu de begrotingsenveloppe het toelaat, neemt defensieminister Vandeputte de logische beslissing. Wij behoren tot de landen die het meest profiteren van het NAVO-lidmaatschap.

Het politiek hoofdkwartier is in Brussel en verleent (samen met de EU) aan ons land een internationale dimensie die het anders nooit zou kennen. Het militair hoofdkwartier van de strijdkrachten ligt bij Mons. En de haven van Antwerpen vaart wel bij de bijkomende trafiek. En toch waren wij de laatste twintig jaar een dwarsliggende bondgenoot. Tijdens de paars-groene regering leek het wel of de NAVO onze vijand was. Die onzalige periode is gelukkig voorbij, maar een reputatie weer opbouwen vraagt tijd en inspanning.

De decennialange desinvestering op Defensie en de maatschappelijke verwaarlozing van het instituut heeft onze militaire geloofwaardigheid bovendien zwaar gehavend. Onze comfortsamenleving is vergeten dat veiligheid de allereerste opdracht is van elke staat, voor al de rest. Het is tijd dat deze verwaarlozing stopt en de trend omgebogen wordt.

Tactische kernwapens: een ander thema

Om verwarring te vermijden: ballistische raketten en rakettenafweer is iets anders dan tactische kernwapens. Sinds de jaren tachtig zijn in vijf NAVO-landen, waaronder België, substrategische kernkoppen ondergebracht. Regelmatig roepen politici, als zij in de oppositie zijn, ertoe op om die kernkoppen weg te halen. Actiegroepen en postmoderne professoren, die geen strategie meer doceren maar “vredespolitiek”, brengen de argumenten aan om die kernwapens weg te halen. Bijval bij de publieke opinie, of althans bij de gepubliceerde opinie, is meestal verzekerd.

Het klopt dat de militaire betekenis van die wapens afgenomen is, alhoewel het optreden van het nieuwe Rusland hoogst uitdagend is. Het belang van die wapens blijft hetzelfde als bij hun ontplooiing in de jaren tachtig: het verzekeren van de strategische koppeling met de Verenigde Staten. Strategische koppeling betekent dat bij grote dreiging op Europa, Washington eraan herinnerd wordt dat Amerikaanse kernkoppen hier staan om de agressor af te schrikken. Die kernwapens zijn ons onderpand, vooral met presidenten die geen belangstelling meer hebben voor Europa en een Amerika dat al lang “fed up” is met onze flauwe bijdrage aan onze eigen verdediging.

Ik vergelijk ze met een trouwring van een ouder koppel, dat enigszins van elkaar vervreemd is, maar hun ring nog draagt. Het is als ze de trouwring weghalen, dat het echt ernstig wordt.

VRT NWS wil op vrtnws.be een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over actuele thema’s. Omdat we het belangrijk vinden om verschillende stemmen en meningen te horen publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van zijn vereniging. Zij zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst. Wilt u graag zelf een opiniestuk publiceren, contacteer dan VRT NWS via moderator@vrt.be.

Meest gelezen