Ben jij ook een held? - Erik De Soir

De helden van de Thalystrein worden in de bloemetjes gezet. Maar wat maakt dat iemand een held kan zijn? En is dat iedereen gegeven?
opinie
Opinie
Karel Hemerijckx

Dit weekend stapte Ayoub El Khazzani op de Thalystrein, gewapend met het onder terroristen iconisch geworden kalasjnikovaanvalsgeweer, een lugerpistool, een mes en genoeg munitie om een paar honderd mensen neer te schieten. Uit zijn eerste, eerder ongeloofwaardige, verklaringen zou moeten blijken dat hij ‘alleen maar’ de rijke mensen op de trein wilde overvallen. Enkele treinreizigers oordeelden daar gelukkig anders over en gingen de jongeman te lijf met ware doodsverachting.

Deze daad maakt hen nu terecht beroemd en zelfs wereldleiders sparen hun woorden van bewondering en respect niet. Het is de droom van elke jongen om ooit een held te zijn, maar de vraag die zich dan meteen aandient, is de volgende: zou een gewone man van de straat hetzelfde gedrag kunnen stellen als de Amerikaanse militairen Spencer Stone en Alek Skarlatos, hierbij geholpen door Anthony Sadler, een Amerikaanse student, en de Britse zakenman Chris Norman?

Wanneer ben je een held?

Wat ligt aan de basis van dit heroïsche gedrag dat doet denken aan de taferelen die zich in de context van de aanslagen van 9/11 afspeelden aan boord van het toestel van United Airlines 93, waarbij een aantal passagiers het vliegtuig probeerden te heroveren op terroristen. Het vliegtuig stortte enige tijd later neer in een veld even buiten Pittsburg in plaats van neer te storten op het Capitool of het Witte Huis. Er werd zelfs een film gewijd aan de helden van deze vlucht.

Helden spreken tot de verbeelding en worden geromantiseerd, maar het is niet altijd even duidelijk welke determinanten aan de basis liggen van de altruïstische zelfopoffering van mensen die anderen willen redden en hiermee hun eigen leven in de schaal werpen.

Om het gedrag van helden te kunnen begrijpen, moeten we teruggrijpen naar theorieën uit de sociale psychologie zoals de wet van de sociale activering van Zajonc en de besluitvormingstheorie van Latané en Darley. Nuttig is echter ook het juist begrip van de stadia van overleving in een situatie van plots levensbedreigend gevaar.

De stadia van de overleving

Op het ogenblik dat mensen of dieren plots oog in oog staan met een vitale dreiging, zoals een situatie waarin een prooi belaagd wordt door een roofdier, dienen zich een aantal vaste fasen aan waarin de prooi al dan niet vast komt te zitten. Iedereen die reeds op de Thalystrein heeft gezeten, weet dat er zich vlak voor het vertrek, als iedereen min of meer zijn plek heeft gevonden, een soort opluchting en rust installeert.

De reis kan beginnen. Geen kat die op dat moment aan gevaar denkt. Plots en onverwacht duikt er iemand met een aanvalswapen op en ineens is iedereen een mogelijke prooi. Onder invloed van het autonoom zenuwstelsel komt het organisme van de treinreizigers in een oogwenk terecht in een neurobiologische storm, net als bij dieren die in een mum van tijd door een spiraal van activatie komen en waarbij een grote hoeveelheid energie wordt aangemaakt om het ultiem gevecht op leven en dood te kunnen aangaan of te rennen voor overleving. Het bekende fight or flight mechanisme dat diep ingebakken zit in de hardware van levende wezens.

Indien het vechten of vluchten tot niets leidt, volgt er een soort verstijving, een siddering, een toestand van bevroren vrees waarin de prooi zich onderwerpt aan de agressieve belager en in een toestand van veranderd realiteitsbesef. Deemoedig delft de prooi het onderspit, staakt zijn zinloze poging om te overleven en… sterft. Het is weinigen gegeven om hieruit te ontsnappen. De juiste fight- of flightrespons moet er meteen zijn. Ogenblikkelijk en in het aanschijn van de dood. Neen, de doorsnee sterveling heeft dit niet in zich en er bestaat niet zoiets als ‘liefde voor de medemens’ waarmee mensen zich opofferen.

Zeldzaam

Net zoals het overgeromantiseerde stockholmsyndroom – waarbij gegijzelden sympathie zouden opbrengen voor de motieven van hun gijzelnemers – in essentie niets anders is dan een ultieme poging om een band aan te gaan met de agressor en zo de kans op overleven te verhogen, is heldengedrag een uiterst zeldzaam verschijnsel bij de niet-getrainde medemens. Israëlisch onderzoek met betrekking tot de oorlog tussen Israël en Libanon in 1985 toonde aan dat de kans op heldengedrag bij militairen aan het front zienderogen afnam naarmate de betrokken militairen ouder waren, gehuwd en vader van kinderen.

Er blijkt bij helden dus zoiets te zijn als ‘jeugdige onbezonnenheid’ en ‘ondoordachtzaamheid’. Gelukkig getuigt elke ramp van dit soort reddend gedrag: (meestal) jonge helden die zichzelf voor de leeuwen werpen om anderen te redden. Of oudere helden die niets meer te verliezen hadden en zichzelf opgeven. Dit betekent echter niet dat de verdienste van de ‘reddende engelen’ van de Thalys kleiner wordt. We moeten gewoon beseffen dat niet iedereen dit zomaar in zich heeft. Dat noopt tot bescheidenheid.

Vechten

Of mensen besluiten om te helpen in een noodsituatie is volgens de besluitvormingstheorie van Latané en Darley afhankelijk van een hele keten van opeenvolgende gedragingen of een reeks – schijnbaar automatische – keuzes die al dan niet tot hulpverlening zullen leiden. In de eerste plaats is het noodzakelijk dat de noodsituatie, namelijk een man met een aanvalswapen en manifest verkeerde bedoelingen op een trein, opgemerkt en juist ingeschat wordt. Indien deze inschatting leidt tot het besluit dat het wel degelijk om een levensgevaarlijke situatie gaat, moet een snelle beslissing volgen of en op welke wijze directe hulpverlening nodig is.

In de sociale psychologie zijn tal van voorbeelden aanwezig die het gevaar op ‘diffusie van verantwoordelijkheid’ – namelijk de inschatting dat je niet moet helpen omdat er nog zovele anderen zijn die ook zouden kunnen tussenkomen – in zich houden. De inschatting van de militair op deze trein vol met pendelaars en toeristen was snel en adequaat. De tijd om in te grijpen bijna nihil. Een reflex, vergelijkbaar met wat in een gevechtsopleiding wordt aangeleerd, moest onmiddellijk soelaas brengen.

Ieder van ons zou in deze tijden van terreur en schier permanente dreiging al snel tot het besluit komen dat een dergelijke situatie echt en levensbedreigend is, maar de overgang naar ‘actie’ is toch voor weinigen weggelegd omdat deze stap nog van andere factoren afhangt. Volgens de theorie van de sociale activering van Zajonc zullen alleen mensen bij wie ‘tussenkomen en terugvechten’ tot de dominante responsen in het repertorium van aangeleerde responsen behoort ook daadwerkelijk in actie schieten.

Het is misschien een beetje teleurstellend dat we het niet allemaal in ons hebben om anderen, vrouwen en kinderen die met ons op de trein zitten, op een heldhaftige manier te redden uit de handen van een terrorist. Onervaren en ongetrainde mensen die dit soort daden stellen, riskeren al snel cruciale inschattingsfouten te maken. Wat er had kunnen gebeuren, eenmaal de schutter was beginnen te vuren, blijft echter koffiedik kijken want dan verandert alles in zuiver reflexmatig overlevingsgedrag.

Het is merkwaardig dat in deze actie echter ook ‘leken’ mee in actie schieten. Ook dat is een gegeven van de natuur. Aangepast overlevingsgedrag is even aanstekelijk als verlammende onderworpenheid met een illusie van onvermijdelijke dood.

Hoe moet het nu verder?

Maar wat moet deze zoveelste verijdelde aanslag ons nu leren? Misschien zal weldra de roep luid klinken om ook de begeleiders van internationale treinen te bewapenen. Dat maakt deel uit van de discussie over veiligheid en terreur. We kunnen niet anders dan telkens weer de vorige aanslag voorbereiden. Elke preventie is zinvol, toegenomen alertheid en structurele maatregelen al evenzeer, maar steeds meer lijkt het erop dat we met zijn allen zullen moeten aanvaarden dat we in een andere leefwereld terecht zijn gekomen.

Onze westerse samenleving is niet langer afgeschermd van radicale indringers die ons levensmodel onderuit willen halen. Onze landen zijn niet langer een veilige haven, maar een strijdtoneel waarop gevochten wordt voor waarden als vrijheid, gelijkheid en verdraagzaamheid. Het is niet meteen nodig dat we ons allemaal bewapenen of inschrijven voor cursussen in zelfverdediging. We kunnen alleen maar vertrouwen op de kracht van de medemens, de weerbaarheid van mensen in groep en de zelfredzaamheid op momenten dat ons voortbestaan bedreigd wordt. En hopen dat in elke belaagde groep wel iemand zal opspringen die getraind is in het beschermen van de zwakkere medemensen. Ook dat leert het gedrag van wilde dieren in de natuur ons en daaraan moeten we ons optrekken.

(Erik De Soir is traumatherapeut.)
 

VRT NWS wil op vrtnws.be een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over actuele thema’s. Omdat we het belangrijk vinden om verschillende stemmen en meningen te horen publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van zijn vereniging. Zij zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst. Wilt u graag zelf een opiniestuk publiceren, contacteer dan VRT NWS via moderator@vrt.be.

Meest gelezen