Een nieuwe muur van Hadrianus - Lukas De Vos

Het lijkt erop dat de Britse premier Cameron een nieuwe muur van Hadrianus aan het bouwen is. Een muur tussen Engeland en Schotland. En dat zal gevolgen hebben voor Europa.
opinie
Opinie

In de tweede eeuw begon de Romeinse keizer Hadrianus met de versterking van de buitengrenzen. Tussen 122 en 128 liet hij de limes in wat nu Groot-Brittannië is tussen het Rijk en de Pictische roofgebieden met een streng bewaakte muur afsluiten. Daar waren drie redenen voor.

Bescherming geven tegen de invallen van de Picten. Een tolmuur optrekken voor handel tussen de rijksgebieden en de uiterwaarden. En vooral, zegt de Historia Augusta, een strikte scheiding aanleggen tussen de Beschaving en de barbaren. Want elke grensbewaking vertrekt uit een meerwaardigheidsgevoel.

Dat was zo met de Chinese Muur, maar geldt evengoed voor de Muur van Berlijn, de Israëlische Muur langs de Palestijnse gebieden, de afrastering tussen Hongarije en Servië, of zelfs de Frontexbewaking langs de Europese Unie. Veiligheid, geldgewin, migratiebeheersing. Het klinkt actueler dan ooit tevoren.

Er is een nieuwe muur in de maak, andermaal tussen Engeland en Schotland. Maar nu in omgekeerde richting. Schotland is stevig verankerd in het Rijk (de EU), en wil niet weten van een uittreden, laat staan van een verplichte verwijdering. Al in 2013 sprak 61 % van de Schotten zich uit voor een toekomst in de EU, en die krijgt nu de steun van drie vierde van de bevolking. De onbetrouwbare vreemdelingen zitten dus in het zuiden.

Eerlijke Britten?

Inzet wordt het referendum dat eerste minister David Cameron beloofde over het lidmaatschap van de EU als hij de verkiezingen zou winnen. Dat deed hij, met de hakken over de sloot; in het Lagerhuis heeft hij amper twaalf zetels op overschot. Zes overlopers of verloren zetels bij tussentijdse verkiezingen volstaan om hem te doen vallen.

Cameron heeft zichzelf vastgezet door een datum te prikken voor de raadpleging: voor eind 2017 moet dat gebeurd zijn. Onmiddellijk na de verkiezingen milderde hij de toon, en begon aan een ronde langs de Europese hoofdsteden. Om uit te leggen welke aanpassingen hij aan de Europese Verdragen wou aanbrengen. Dat is minder simpel dan het lijkt. Verdragswijzigingen, ook na Lissabon, vereisen unanimiteit van de 28 lidstaten. En voorlopig ziet het er niet naar uit dat iedereen overtuigd is van de Britse eerlijkheid.

"Zijn" City

Want dat Cameron zich vastgereden heeft, staat buiten kijf. Iedereen heeft dat door. Toen The Independent on Sunday op 26 juli onthulde dat Cameron “om puur cynische redenen” het referendum naar voren wou halen, wellicht al naar juni 2016, werd alleen maar bevestigd wat The Guardian al op 11 mei in het vooruitzicht had gesteld.

Cameron is helemaal niet geneigd uit de EU te stappen, hij wil alleen bescherming van “zijn” City (wat buitenlandminister Philip Hammond openlijk heeft toegegeven) en van de grootindustrie, en hij wil in geen geval Europese bemoeienis over minimumlonen en sociale zekerheid (waarvoor Londen een opt-out heeft), of over buitenlands en defensiebeleid. Natuurlijk is Londen niet bereid zijn kernmacht en atoomkennis te delen met Zuid- of Oost-Europese lidstaten. Natuurlijk wil het zich opwerpen als verdediger van de “democratie” en behoeder van de westerse waarden, aan de zijde van de VS.

Vandaar de stellige belofte van George Osborne (huidig minister van Financiën, maar mee ingeschakeld om te onderhandelen met de Unie, en gedoodverfd opvolger van Cameron) dat Londen een volle 2 % van zijn bbp aan militaire uitgaven zal besteden zoals de NAVO eist.

Lusten en baten?

Nu gaat het om veel meer. In eerste instantie om een effectieve splijting van de EU zelf tussen de 19 landen van de eurozone en de andere. De Franse president Hollande koos al voor de vlucht vooruit en bepleit een eigen economische “regering” voor de landen van de muntunie. Mario Draghi van de ECB wil strengere regels opleggen aan de banken. En Duits bondskanselier Merkel lijkt stilaan ook gewonnen voor uitgebreidere eigen inkomsten van de Unie, wat meteen een echte eigen belasting en begroting zou inhouden. 

Cameron daarentegen mikt op een zo goed mogelijk herstel van de beperkte banden die de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA) erop nahield. Hij wil een tweede ronde van Europa doen om zoveel mogelijk binnen te halen op vier thema's: vetorecht voor nationale parlementen (soevereiniteit), vrije concurrentie, eerlijke verhoudingen tussen eurolanden en eigen munt, en welvaartsvoorwaarden bij het vrij verkeer voor werknemers.

Vooral dat laatste heeft kwaad bloed gezet. Nigel Farage van UKIP hekelt de ongeremde instroom van laaggeschoolde Bulgaren en Roemenen. Hij moet ook niet weten van de ongebreidelde migratie (318.000 inwijkelingen in 2014), wat conservatieve verzuchtingen naar meer gerichtheid op het Gemenebest ondermijnt, of van de dagelijkse afdracht van 55 miljoen pond aan de Unie.

Cameron wou dat counteren met beperkingen op de instroom en met het inhouden van welvaartsvastheid gedurende vier jaar voor Oost-Europese migranten. Polen (ook geen lid van de euroclub) stond en staat op zijn achterste poten. Premier Ewa Kopacz maakt er een speerpunt van voor haar verkiezingen in oktober.

Ja-kamp staat sterker

Daarom zit Cameron in tijdsnood. Hij wil absoluut de mogelijke verdragsaanpassingen voorleggen op de Europese Top van december, en op de herfsttop van oktober met een mandaat van zijn conservatieve partij aantreden. Die houdt haar congres op 4 oktober in Manchester. Maar de wind keert zich tegen Cameron.

De Labouroppositie stemt weldra over een nieuwe leider, en met de dag groeien de kansen van de trotskist Jeremy Corbyn. Corbyn is, op zijn minst, een lauwe minnaar van de EU, de kans bestaat dat hij zich tot het nee-kamp gaat bekennen. In eigen rangen en bij de liberaaldemocraten groeit de kramp om op zichzelf terug te vallen. De campagnes voor en tegen de vraag “Moet het VK lid blijven van de EU?” worden opgestart.

Het Exit-kamp kan rekenen op het misvormde - tot ergernis van het Hogerhuis nooit toegelichte - Europabeeld dat na het inderhaast geforceerde toetredingsreferendum van 1975 is aangehouden. Drie groepen leiden de dans: Business for Britain, Better Off Out en Get Britain Out; ze krijgen de steun van de invloedrijke industrieel Sir James Dyson, de stofzuigerkoning die tot vorig jaar nog meer brood zag in de EU. De Exit-clan hengelt naar de “Wizard of Oz”, de Australiër Lynton Crosby, die eerder met succes de herverkiezing van Cameron begeleidde.

Maar voorlopig staat het ja-kamp sterker. Als leider valt geregeld de naam van Chuka Umunna, voormalig Labour-schaduwminister voor het zakenleven. Achter hem staan officieel de grote partijen, Schotland, British Influence, Business for a New Europe, en natuurlijk de Europese Beweging. Bovendien is een gesausde Brit benoemd tot toponderhandelaar voor de EU: de francofiel John Faull, een liberaal die de bankenunie en het toezicht op de kapitaalmarkten uitwerkte. Hij kent zijn pappenheimers na 38 jaren dienst in Brussel. En hij kent de hete adem die Cameron in de nek blaast.

Er is eerst de onomkeerbaarheid. Als Cameron te lang wacht, moet Londen er niet op rekenen roulerend voorzitter te worden zoals voorzien in de tweede helft van 2017. Behalve fors gezichtsverlies betekent dat ook het politieke einde van Cameron.

Nog nijpender is de rist verkiezingen die eraan komen in 2017. Frankrijk kiest een nieuwe president, Duitsland oordeelt over Merkel. Veel inschikkelijkheid moet tijdens de aanloop niet verwacht worden.

Schotland

Maar de echte wolfsklem vormen de verkiezingen in mei volgend jaar in Schotland. De SNP loopt recht naar een plebisciet, nu Cameron zo onvoorzichtig is geweest een nieuwe volksraadpleging over onafhankelijkheid uit te sluiten. “Wat hij eist voor Engeland, geen Schotse stemmen over Engelse wetten in Westminster, ontzegt hij Schotland: organisatie van eigen verkiezingen”, sneert Nicola Sturgeon. Zij beroept zich op het erkende VN-recht op zelfbeschikking.

Volgens fractieleider Alex Salmond bedriegt Cameron Schotland: “In plaats van een devo-max, meer zelfstandigheid, krijgen we een austerity-max, nog meer besparingen.” Daarom stelt de SNP drie onwrikbare voorwaarden voor het EU-referendum.

Eén: volledige overdracht van belastingen en uitgaven vooraf, bevoegdheid over tewerkstelling; minimumloon en sociale zekerheid.

Twee: stemrecht vanaf zestien jaar (want er was al een meerderheid voor onafhankelijkheid bij de min-55-jarigen), én voor alle 171.000 ingezetenen van de EU.

En drie: de dubbele meerderheid, d.w.z. een uitstap uit de EU is maar mogelijk als alle vier de naties van het VK in meerderheid ja stemmen.

Dat is natuurlijk Cameron voor het blok zetten. En bij uitbreiding ook de EU. Want als het VK nee stemt, moet de EU de heikele kwestie van Schotland oplossen, dat lid is en niet uit de EU gezet wil worden. Daar bestaat geen procedure voor. En meteen zijn de rollen omgedraaid: bij keuze voor onafhankelijkheid konden centralisten als Rajoy in Spanje een nieuwe toetredingsprocedure voor Edinburg opleggen; bij uittreding van Londen kan niemand Schotland verplichten die keuze te volgen. De Muur van Hadrianus zou dan opnieuw een echte grens worden.


(Lukas De Vos was buitenlandjournalist voor VRT-nieuws.)

 

VRT NWS wil op vrtnws.be een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over actuele thema’s. Omdat we het belangrijk vinden om verschillende stemmen en meningen te horen publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van zijn vereniging. Zij zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst. Wilt u graag zelf een opiniestuk publiceren, contacteer dan VRT NWS via moderator@vrt.be.

Meest gelezen