Op zoek naar het nieuwe erfrecht - Hélène Casman

Bel10 heeft het vanochtend over de nieuwe "hoeksteen" van onze samenleving. Is het klassieke gezin nog altijd de maatstaf? Wat met kinderen uit een tweede of derde huwelijk? Wat met stiefmoeders? Wat met ... Discussies die hevig kunnen zijn, zeker als er iets te erven valt.
opinie
Opinie

De essentie bij een erfenis

De regel is dat iedereen zelf mag regelen zoals hij wil aan wie zijn bezittingen en schulden toekomen. Daarvoor moet hij dan een testament maken. Maar niet iedereen maakt een testament, de meeste mensen doen dat eigenlijk niet. Wat dan?

Napoleon

Wie krijgt wat? De wettelijke regels daarover zijn nog enigszins dezelfde regels als wat Napoleon in zijn Code civil van 1804 heeft laten schrijven. Toen al vond men het evident dat de familie de erfenis verkrijgt. Dat betekende in de eerste plaats dat de kinderen de erfenis moeten verkrijgen, en als er geen kinderen (of kleinkinderen) zijn, dan de ouders, de broers en zusters, en de verdere familieleden.

Voor de kinderen was ook toen al de regel dat zij alles zouden erven, en dat alle kinderen een gelijk deel moesten krijgen. Daarmee wilde men verhinderen dat, zoals toen nog gebruikelijk was, de oudste zoon op grond van zijn eerstgeborenrecht alles zou krijgen, en de jongere kinderen en de dochters niets.

Vandaag legt men met de gelijkheid tussen alle kinderen vooral de nadruk op het niet aanvaarden van een onderscheid al naargelang de kinderen tijdens het huwelijk of buiten het huwelijk zijn geboren, in een eerste of in een latere relatie van hun vader of hun moeder, jong of oud zijn, enz.

De partner, al dan niet de eerste ...

In de periode van Napoleon was er echter geen plaats gemaakt voor degene met wie de erflater was gehuwd. De echtgenoot of echtgenote erfde niet mee: hij of zij was immers geen deel van de familie, zo zei men dat toen.

Dat is ondertussen veranderd: de langstlevende echtgenoot of echtgenote, en sinds enkele jaren ook de langstlevende partner (enkel bij wettelijke samenwoning, niet bij feitelijke samenwoning) erft ook, samen met de kinderen.

Daar ligt nu net een belangrijke vraag in verband met de hervorming van het erfrecht. Stel dat een man overlijdt die gehuwd is en met die vrouw drie kinderen heeft: Hoeveel moeten de kinderen erven, en hoeveel moet de vrouw erven? En wat als de man gehuwd is met een vrouw die de moeder van die kinderen niet is – een stiefmoeder dus. Mag ze dan evenveel erven?

De vraag wordt nog complexer als men rekening houdt met het huwelijkscontract tussen die man en zijn vrouw. Waren ze gehuwd onder gemeenschap of onder scheiding van goederen? Want het huwelijkscontract verleent ook al rechten aan de vrouw, en daar bovenop komt dan nog het erfrecht. Waar ligt de goede balans tussen haar rechten en die van de kinderen?

Hoe zelf kiezen?

En dan komt er nog een bijkomende vraag. We hebben het nu gehad over de wettelijke regeling, die toegepast wordt als vader niets anders geregeld heeft. Maar wat gebeurt er als hij wel een testament maakt. Mag hij dan zijn vrouw nog meer of net nog minder geven dan haar wettelijk erfdeel? Mag hij zijn kinderen meer of net nog minder geven dan hun wettelijk erfdeel?

In de actuele wet mag die man noch zijn vrouw noch zijn kinderen onterven. Ze zullen altijd een minimumerfdeel kunnen opeisen (men noemt dat de reserve of het voorbehouden erfdeel). Die man beschikt maar over een beperkte marge om met zijn bezittingen te doen wat hij wil.

Die marge is nu bepaald volgens het aantal kinderen, en kan de helft (als er één kind is), een derde (als er twee kinderen zijn) of een vierde van zijn bezittingen zijn. Als hij drie of meer kinderen heeft mag hij altijd vrij over 25% beschikken (men noemt dat ook het beschikbaar deel van de nalatenschap).

Maar wat als hij het helemaal anders ziet dan in de wet geregeld? Mag men die man – of die vrouw als het om een vrouw gaat die om haar nalatenschap bezorgd is – meer ruimte geven om zijn (of haar) spaargeld eerder aan de echtgenoot of partner te laten, of aan een goed doel, of aan een vriend? Moeten de kinderen altijd een minimumerdfeel krijgen en hoe groot moet dat dan zijn?

Men spreekt bijvoorbeeld over het optrekken van het deel waarover de man of de vrouw met kinderen vrij kan beschikken tot 50%. Zo groot zou dan zijn of haar vrijheid zijn. De helft zeker voor de kinderen, de andere helft zoals hij of zij wil. Daarvoor maakt hij of zij dan een testament.

Wat met de nieuwe gezinnen, singles, ...

Het antwoord op deze vragen is niet eenvoudig. Dat is natuurlijk in belangrijke mate het gevolg van de enorme diversiteit aan situaties die zich kunnen voordoen. Er bestaat niet één soort ouder, en er bestaat niet één soort kinderen.

Er zijn er heel veel soorten: kinderen uit verschillende relaties, kinderen van zeer uiteenlopende leeftijden, met diverse talenten, noden of beperkingen; kinderen die een goede of net een zeer slechte band met hun ouders of met een stiefouder hebben; kinderen die zich tekort gedaan voelen, en kinderen die al zeer veel financiële hulp van hun ouders hebben gekregen; kinderen die hun erfenis goed gaan besteden en kinderen die hun erfenis meteen gaan verspillen, enz.

Eén wet kan met al deze verschillen geen rekening houden. Als we dat zouden willen, dat moeten we geen wetboek schrijven, maar een uitgewerkt reglement waarin elke situatie afzonderlijk wordt benaderd en geregeld. Hoe gaan we dan ooit een volledige inventaris van al die situaties opmaken om zeker te zijn dat we ze allemaal dekken?

Het Burgerlijk Wetboek moet uiteraard nog een standaardregeling bevatten. Maar de mogelijkheden om af te wijken moeten ruimer worden toegekend, zodat eenieder voor zichzelf, zijn echtgenoot of partner en zijn kinderen wel degelijk een persoonlijke regeling op eigen en specifieke maat kan uitwerken. Met uiteraard minimale waarborgen om ervoor te zorgen dat die regeling ook eerlijk blijft en in het bijzonder de kinderen niet miskent.

Erfovereenkomsten maken?

Meer vrijheid moet er ook zijn om zelf afspraken met de eigen kinderen vast te leggen. De redenen waarom dat in de tijd van Napoleon werd verboden, gelden nu niet meer. Dit moet zeker herzien worden. Velen onder ons leven, 200 jaar later, niet langer in een klassiek gezin.

(De auteur is professor emeritus van de VUB en specialiste erfrecht.)

VRT NWS wil op vrtnws.be een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over actuele thema’s. Omdat we het belangrijk vinden om verschillende stemmen en meningen te horen publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van zijn vereniging. Zij zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst. Wilt u graag zelf een opiniestuk publiceren, contacteer dan VRT NWS via moderator@vrt.be.

Meest gelezen