De onzichtbare drempel - Anne De Paepe

De democratisering van het hoger onderwijs is in de jaren ’50 van de vorige eeuw ingezet. Aanvankelijk gebeurde dat met grote sprongen. In recentere decennia zette de evolutie zich minder spectaculair, maar toch gestaag door: het is verrassend hoeveel meer jongeren universiteiten en hogescholen vandaag bereiken dan bij de eeuwwisseling (UGent: 23.255 studenten in 2000, 40.834 in 2015).
opinie
Opinie

De verleiding is groot te denken dat de limiet stilaan bereikt is en de democratisering voltooid (ook in 2000 dacht men dat trouwens al). De terecht grote aandacht voor de vele mislukkingen in het eerste jaar doet sommigen zelfs denken dat er onderhand te veel jongeren in het hoger onderwijs zitten: “de democratisering is doorgeslagen!”
Niets is minder waar. De democratisering van het hoger onderwijs is verre van voltooid.

Geen weerspiegeling

Let wel: “steeds meer studenten” is niet het doel op zich. Niet iedereen komt aan de universiteit het best tot ontplooiing, en we moeten dus ook niet willen dat iedereen naar de universiteit gaat.

Maar dat neemt niet weg dat de samenstelling van het publiek in onze aula’s nog altijd geen perfecte weerspiegeling is van onze samenleving: de oververtegenwoordiging van blanke middenklassers blijft erg zichtbaar. De afstand tot de universiteit blijkt voor sommige groepen in onze samenleving nog altijd moeilijker overbrugbaar dan voor andere.

Daar zijn verschillende redenen voor. Intrinsiek talent is er daar evenwel géén van. Formele drempels zijn er niet (er is gelukkig vrije toegang tot ons hoger onderwijs), financiële drempels nauwelijks (dankzij tegemoetkomingen als studiebeurzen en een ruim aanbod aan studentenvoorzieningen).

De onzichtbare drempel

En toch blijken veel jongeren nog over een “onzichtbare” drempel te struikelen. Jongeren die opgroeien in een gezin zonder voeling met de universiteit of de hogeschool, waar een hogeronderwijsdiploma vaak onvoldoende naar waarde geschat kan worden en het noodzakelijke duwtje in de rug uitblijft. Jongeren die in hun omgeving een rolmodel missen, aan wiens voorbeeld ze zich hadden kunnen optrekken. Jongeren van wie het langetermijnperspectief vertroebeld wordt door allerlei alledaagse beslommeringen.

Daarbovenop komen die jongeren terecht in een onderwijssysteem dat zijn traditionele rol als motor voor opwaartse sociale mobiliteit niet meer voldoende weet te vervullen. Als een hervorming van het secundair onderwijs zo broodnodig is, dan wel hierom: niet omdat het niveau van het secundair onderwijs globaal te laag zou zijn, zoals cultuurpessimisten al een paar duizend jaar betogen; wel omdat het er niet langer in slaagt om élk talent faire kansen op ontwikkeling te bieden en zo veel talent verloren laat gaan. Of is het normaal dat we, zonder enige andere voorkennis, pijnlijk accuraat kunnen voorspellen dat mensen die Anne-Sophie of Thomas heten meer kans maken op een universitair diploma dan Kimberley en Yassin?

Wat de Gentse universiteit bijdraagt

Aan de UGent vinden we dat alleszins niet normaal. Toegegeven: ook wij hebben inzake democratisering nog een weg te gaan. Maar we timmeren wel aan die weg. Met onze beleidscel Diversiteit en Gender richten we ons tot die (potentiële) studenten uit ondervertegenwoordigde groepen en ondernemen we daartoe heel specifieke acties.
Zoals een voortraject voor wie recent naar Vlaanderen gemigreerd is en waaruit studenten net die modules kunnen volgen om goed voorbereid aan de start van hun studies te komen.
Zoals het keuzevak “coaching en diversiteit”, waarin ouderejaarsstudenten getraind worden tot mentoren die eerstejaarsstudenten begeleiden.
Zoals het project Taalbeleid Academisch Nederlands, waarmee we ervoor zorgen dat alvast de taal niet in de weg moet staan van studiesucces.
Zoals de rolmodellenwerking, die succesvolle studenten die zelf uit kansengroepen komen de kans biedt om in secundaire scholen het verhaal te vertellen van hun persoonlijke studiekeuzeproces, hun successen en struikelblokken, hun eerste dag op de faculteit, de lessen en examens, de proffen, het kotleven, de studiekosten.
Zoals verschillende acties die ouders van de leerlingen uit deze secundaire scholen actief betrekken bij het studiekeuzeproces van hun kinderen.
Zoals de individuele begeleiding die we geven aan studenten met een functiebeperking, omdat die functiebeperking de weg naar het diploma vaak extra zwaar maakt.
Zoals de diversiteitsteams waar geëngageerde medewerkers en studenten in elke faculteit samenwerken om diversiteit zichtbaar, bespreekbaar en activerend te maken.
Stuk voor stuk zijn het acties die, langzaam maar zeker, vrucht afwerpen en de democratisering vooruit helpen.

Het Aanmoedigingsfonds

In die zin waren we verrast dat één van de eerste beleidsdaden van de nieuwe Vlaamse Regering de afschaffing van het Aanmoedigingsfonds was. Dat fonds had net de bedoeling om universiteiten en hogescholen te ondersteunen in hun inspanningen zoals die onder andere door onze beleidscel Diversiteit en Gender geleverd worden. De regering heeft met de afschaffing, wellicht onbedoeld, de indruk nagelaten dat de verdere democratisering van het hoger onderwijs voor haar geen punt van zorg meer zou zijn. Gezien haar engagement durf ik denken dat minister Crevits ons spoedig van het tegendeel zal willen overtuigen.

(Anne De Paepe is rector van de Universiteit Gent.)

VRT NWS wil op vrtnws.be een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over actuele thema’s. Omdat we het belangrijk vinden om verschillende stemmen en meningen te horen publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van zijn vereniging. Zij zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst. Wilt u graag zelf een opiniestuk publiceren, contacteer dan VRT NWS via moderator@vrt.be.

Meest gelezen