De "hel" van tweede klasse - Frank Van Laeken

Voetbalclub RAEC Mons heeft maandag het faillissement aangevraagd. Ondanks het gejammer van ere-supporter Elio Di Rupo is dat een gevolg van een poepsimpele economische logica: profvoetbal is niet leefbaar als je in een stad van meer dan 90.000 inwoners nauwelijks 1.600 toeschouwers ontvangt. De vraag is nu: wie zal het volgende slachtoffer zijn?
opinie
Opinie
faye pynaert

De bergen van Mons

Ja, dat was lachen, toen een Engelse voetbalscout voorjaar 2012 een fax naar het secretariaat van Beerschot AC stuurde om een plaatsje te reserveren voor de wedstrijd Beerschot - Mountains. Dat waren andere tijden. Beerschot AC ging amper een jaar later ter ziele en overleefde als naam alleen maar dankzij een fusie met KFCO Wilrijk. Het speelt momenteel voor gemiddeld meer dan zesduizend toeschouwers in bevordering, zeg maar: vierde klasse. Dat is een pak meer dan wat grote rivaal Antwerp momenteel heeft in tweede klasse. Op het graf van het oude Beerschot bloeit iets moois.

Voetbalclub Bergen, oftewel RAEC Mons, vroeg maandag het faillissement aan, of zoals Louis van Gaal in een anglofiele bui zou zeggen: 'Brokeback Mountains!'. De burgemeester van de culturele hoofdstad van Europa, ex-premier, zegt dat hij 'enorm aangedaan' is door het verval van 'zijn' club. Voorzitter Domenico Leone weigert nog langer persoonlijk geld in de bodemloze put te storten. Als er geen overnemer met heel veel ambitie en testosteron, een gebrekkig sport-economisch inzicht en een pak spaargeld opdaagt, is het over en uit, en dat in het feestjaar van 'Mons2015'.

Tijd voor tabula rasa

Op de radio mocht Guy Craybex, voorzitter van de Nationale Voetballiga, de verzamelde tweedeklassers, jammeren dat er te weinig solidariteit is en dat de eersteklassers bereid zouden moeten zijn om een groter deel van de tv-rechten af te staan aan de armlastige clubs in tweede, zoals bekend het kerkhof van het Belgische voetbal. 'Ze zijn ons aan het uitroken', zei de man nog, in een beeldspraak die eerder aan Osama Bin Laden en andere krijgsheren deed denken, dan aan een beredeneerde vertegenwoordiger van een bedreigde economische sector.

Krokodillentranen! De solidariteit waarover de heer Craybex het heeft, komt eigenlijk neer op het doorstorten van broodnodige centen door clubs die zelf in de meeste gevallen in de financiële penarie zitten naar clubs die er zowaar nóg slechter aan toe zijn, als gevolg van jarenlang wanbeheer of gebrek aan publieke belangstelling of een dodelijke combinatie van beide. Het doet wat denken aan de overheidssteun voor slabakkende sectoren als de staalindustrie en de steenkoolmijnen van weleer. Goedbedoeld - men wilde jobs redden - maar uitzichtloos en economisch kortzichtig. In plaats van te investeren in een hopeloze zaak zou men beter tabula rasa maken.

Tabula rasa staat in mijn ogen gelijk aan harde economische conclusies trekken: profvoetbal is in dit land slechts leefbaar voor tien, maximaal twaalf clubs. That's it. De rest zou zich beter op amateurniveau gaan amuseren. Het amateurniveau dat je doorgaans al terugvindt in de bestuurskamers.

Nochtans zouden simpele rekensommetjes moeten volstaan om een voetbalclub te leiden. Je telt de verwachte inkomsten samen en dat is je maximale budget om mee te werken. Geschatte abonnementenverkoop plus losse ticketverkoop plus sponsoring plus merchandising plus catering plus inkomsten uit advertentieverkoop en boarding plus eventuele tv-rechten. Dat is het zo'n beetje. Waarbij je liefst uitgaat van een worstcasescenario. Zodra je dat weet, weet je ook hoeveel je maximaal mag uitgeven om break-even te draaien. Komt er wat meer volk kijken of kan je een van je betere spelers verkopen, dan draai je winst. Poepsimpel eigenlijk, een voetbalbedrijf leiden.

Op bezoek bij de bakker om de hoek

Voetbalclubs zouden beter een kijkje nemen bij de bakker om de hoek. Die zal geen personeelslid aanwerven dat hem 6.000 euro netto per maand kost, ook al is dat een zeer handig en vlot winkelmeisje: hij houdt rekening met zijn verwachte omzet en schat die liefst niet al te optimistisch in. Hij zal ook geen drie personeelsleden in dienst nemen om het werk van twee te doen, omdat hij er dan zeker van is dat er altijd iemand in de winkel zal staan in geval van ziekte of een baaldag: hij wil zijn kosten immers zo laag mogelijk houden. Hij zal ook geen commerciële cel uitbouwen en een communicatieverantwoordelijke engageren als hij weet dat het hem nauwelijks een brood extra zal doen verkopen: hij doet de website wel zelf, of besteedt die uit aan zijn meewerkende echtgenote, en gaat desnoods zelf de baan op om extra inkomsten te vergaren.

Voetbalclubs uit de lagere regionen - en dan bedoel ik vanaf de lagere regionen van de Jupiler Pro League - zouden moeten geleid worden zoals die bescheiden bakker. Kleinschalig, realistisch, de tering naar de nering zettend, klantvriendelijk, zonder al te veel poespas. De éclairs moeten niet met eetbaar goud omzoomd worden, de pudding van de tompouces moet niet in de allerduurste cognac gesopt worden, het brood moet niet van de meest zeldzame tarwesoorten gebakken worden. Daar komt de klant niet voor.

Kijk naar de gemiddelde toeschouwersaantallen en je ziet meteen waar het probleem van vele clubs ligt. Ze zijn economisch niet rendabel, onvoldoende populair, spreken een te kleine achterban aan, maar proberen wel te wedijveren met de andere. In de Jupiler Pro League draven de G5-clubs (Club Brugge, Standard, Anderlecht, KRC Genk en KAA Gent, in dit geval in die volgorde) bij elke thuiswedstrijd voor meer dan 17.000 toeschouwers op. Club Brugge staat op kop: het ontvangt dit seizoen gemiddeld 25.200 supporters. KAA Gent vindt 17.877 al 'vree wijs'. Voor de zesde in dat klassement, KV Mechelen, duiken we onder de tienduizend. Moeskroen-Péruwelz, de rode lantaarn qua toeschouwersaantallen en stilaan ook qua dagelijkse voetbalrealiteit, bekoort nauwelijks 4.500 mensen.

Economisch niet vol te houden, zo eenvoudig is dat, zeker niet in een regio waar ook KV Kortrijk, Zulte Waregem en - wat verderop - de twee Brugges en KV Oostende meedraaien. Een bakker die geen brood meer verkoopt omdat de concurrentie te hard is, zal zijn zaak moeten sluiten. Jammer voor hem, maar zo gaat dat nu eenmaal op de vrije markt.

Leve het amateurvoetbal!

Terug naar Mons/Bergen. Die club zit in het seizoen 2014-2015 aan een gemiddelde van 1.614 toeschouwers per match in het Stade Charles Tondreau. Als eersteklasser presteerde de club het vorig jaar amper 3.569 bezoekers te mogen ontvangen, duizend man minder nog dan Moeskroen-Péruwelz dit seizoen dus. Een paar jaar geleden, toen Bergen veilig meedraaide in de middenmoot van de Jupiler Pro League, steeg dat aantal ook al met veel moeite boven de vierduizend uit. Faut le faire, in een stad met ruim negentigduizend inwoners. Deze club is totaal vervreemd van zijn potentiële achterban. Bergen/Mons is zeker niet de sportieve hoofdstad van Europa.

De simpele realiteit is dan niet dat Bergen het slachtoffer is van het gebrek aan solidariteit van de eersteklassers, maar dat het onvoldoende financieel-economische potentie heeft om als profclub te overleven zonder mecenas. Bergen kán geen profclub zijn, point final. Zoals trouwens heel wat andere clubs dezer dagen ternauwernood overleven. Van de achttien tweedeklassers zijn er slechts zeven die meer dan tweeduizend toeschouwers verwelkomen bij thuismatchen. Er zijn er zelfs vijf die onder de duizend duiken. White Star Bruxelles (489), Tubeke (696), Woluwe Zaventem (836), Heist (837) en Dessel Sport (978) spelen voor de spreekwoordelijke drie man en een paardenkop. Dat is sympathiek in het amateurvoetbal, maar niet wanneer voetbal een economische activiteit is.

Ik blijf tegen beter weten in al een hele poos pleiten voor een veel kleinere voetbalcompetitie, liefst met niet meer dan tien clubs, liefst tijdelijk gesloten (drie of vijf jaar lang geen degradanten), liefst samengesteld volgens een economische logica. Blijf dat voor mijn part de Jupiler Pro League noemen en begin daaronder met amateurvoetbal en noem dat, wat mij betreft en om het op papier aantrekkelijker te maken, de eerste, tweede en derde klasse, enzovoort. Kampioen worden in eerste klasse heeft zo wel iets en je hoeft er geen honderdduizenden euro's in te pompen in de wetenschap dat je dat geld toch nooit meer terugziet. Maak dan ook werk van het kansen bieden aan eigen jeugdvoetballers in plaats van voortdurend middelmatige of ondermaatse voetballers uit binnen- en buitenland binnen te halen in de vage hoop dat je die ooit zal kunnen verpatsen aan een andere naïeveling in het vrolijke voetbalwereldje.

Bij Racing Mechelen weigeren de spelers nog te trainen zolang hun achterstallige weddes niet betaald worden. Antwerp, de club met stamnummer 1, ligt op apegapen en krijgt mogelijk geen licentie, tenzij de overname door een groep rond Patrick Decuyper, de gewezen grote man van Zulte Waregem die twee jaar geleden nog met het stamnummer van zijn toenmalige club ging leuren bij... de stad Antwerpen, soelaas brengt. Ook een vijftal andere clubs staan op de rand van de afgrond. RAEC Mons is failliet. Who's next?

(Frank Van Laeken is freelance journalist.)
 

VRT NWS wil op vrtnws.be een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over actuele thema’s. Omdat we het belangrijk vinden om verschillende stemmen en meningen te horen publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van zijn vereniging. Zij zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst. Wilt u graag zelf een opiniestuk publiceren, contacteer dan VRT NWS via moderator@vrt.be.

Meest gelezen