Migratie: geen wondermiddel voor een moeilijk probleem - Toon Vandevelde

In de grote VRT-enquête bleek 70 % van de ondervraagden te opteren voor een beperking van de migratie. Vlamingen zijn overwegend voor verdraagzaamheid en tegen discriminatie, maar vooral bij lagere sociale groepen leeft de vrees voor migranten. Dat laatste is makkelijk te begrijpen. Migranten beconcurreren deze mensen inderdaad voor jobs en huisvesting. Ook uit recent onderzoek van Koen Abts en Marc Swyngedouw (DS, 2 april) blijkt dat migranten worden gewantrouwd. Velen menen dat ze een bedreiging vormen voor de sociale zekerheid.
opinie
Opinie

Werk dat we niet meer willen doen

Dit laatste is maar half waar. Als migranten hier werken in reguliere arbeidscircuits, dan dragen zij bij tot de financiering van onze sociale zekerheid. Maar we weten dat vele mensen van allochtone origine werkloos zijn. ‘Trekken we wel de juiste migranten aan?’, luidt dan de voor de hand liggende vraag. In de jaren 1960 hadden we een toevloed van gastarbeiders. Die kwamen per definitie om te werken. In dat opzicht geen probleem dus.

Er stromen nu nog steeds buitenlandse werknemers binnen, vooral in beroepen die mensen hier niet meer willen doen. Probleem is soms dat ze onder buitenlandse regimes werken en dan niet bijdragen tot onze sociale zekerheid. Daarnaast is er een aanzienlijke huwelijksmigratie en komen veel mensen binnen via gezinshereniging. En er is de poort van de asielprocedure: veel meer aanvragen dan erkenningen. Migranten uit deze laatste categorieën willen meestal wel aan het werk, maar ze zijn vaak slecht voorbereid op onze arbeidsmarkt.

Competitie voor hoogopgeleide migranten

In een heel ander compartiment van de arbeidsmarkt is een competitie aan de gang voor het aantrekken van goedgeschoolde migranten. Hoogtechnologische bedrijven als IMEC, en ook onze universiteiten, doen hier aardig aan mee, maar ze ondervinden daarbij vaak dat Engelstalige landen het makkelijker hebben om de ‘beste’ migranten aan te trekken. Hun opleiding verliep immers meestal in het Engels.

Te streng of te laks

Het wantrouwen voor migranten wordt vooral gevoed door het feit dat mensen de indruk hebben dat de overheid alle greep op de instroom van mensen verloren heeft. Die indruk is niet helemaal onjuist. De grenzen in onze geglobaliseerde wereld zijn poreus geworden. Het fort Europa is ver van waterdicht. Er zijn grote aantallen illegalen in ongeveer alle rijkere landen van de wereld. Een belangrijk probleem is dat meer dan de helft van die illegalen om allerlei redenen niet verwijderbaar is.

Dit is het resultaat van wat ik wel eens de politiek van de juristen noem. Zij zijn erin geslaagd om steeds ruimere interpretaties van de mensenrechten te doen aanvaarden. Als mensen die hier al dan niet wettelijk verblijven recht hebben op basisgezondheidszorg, op scholing voor hun kinderen en op fatsoenlijke huisvesting, hoe kan men hun dan nog het recht ontzeggen om hier te zijn? Niet de wetgevende, maar de rechterlijke macht verlegt hier grenzen.

Het handhaven van de regels voor erkenning van asielaanvragen of voor regularisatie wordt alsmaar moeilijker. ‘Ik ga het niet vragen, maar ik kan makkelijk asiel krijgen in België’, zegt een jonge buitenlandse studente me, 'ik hoef maar te zeggen dat ik lesbisch ben’.

Beleidsmakers en ambtenaren die hierover moeten adviseren, staan voor een haast onmogelijke opdracht. Als de regels te streng zijn, dan vallen vele mensen uit de boot die eigenlijk wel verblijfsrecht verdienen. En als de regels te laks zijn, dan glippen een heel aantal mensen binnen die daar moreel gesproken geen of weinig recht op hebben. Heel moeilijk om hier de juiste afruil te maken.

Een migratiequotum?

Theoretisch zijn er wel degelijk mogelijkheden te bedenken om meer controle te krijgen op de migratie. We kunnen bijvoorbeeld naar Canadees model een migratiequotum uitvaardigen en daarvoor een loterij organiseren. Mensen met capaciteiten die we goed kunnen gebruiken zouden daarin meer kansen, lotjes, kunnen krijgen, maar ook mensen die niet zo dadelijk die capaciteiten hebben kunnen het recht krijgen om mee te doen. Hoe genereus men de regeling maakt, is een politieke beslissing.

Men zou zijn aanvraag moeten indienen in de Belgische ambassade van het land van herkomst. Om ‘brain drain’ te voorkomen kan men dan afspraken maken met welbepaalde landen, zodat men enkel geschoolden importeert uit landen waar die geen werk vinden. De legitimiteit van een terugkeer- en uitzettingsbeleid voor illegalen zou drastisch verhogen als er zo’n legale manier bestaat om binnen te komen.

De wereld is chaotisch

Probleem met deze aanpak is dat beleidsmakers vrezen dat de instroom van allerlei categorieën van buitenlanders hierdoor niet zal verminderen. Men kan bijvoorbeeld asielzoekers of huwelijksmigratie moeilijk onder dit regime laten vallen. Het internationaal recht verleent hen een onvoorwaardelijk recht om binnen te komen, als hun aanvraag aan de criteria voldoet. Het quotumvoorstel past in een ordelijke aanpak van de dingen, maar de wereld is te chaotisch om daarin te passen, zo luidt de objectie. Het quotumvoorstel zou enkel kunnen worden aanvaard, als tegelijk de instroom om humanitaire redenen wordt ingeperkt.

Opnieuw: een heel moeilijke afweging. Het is een keuze tussen enerzijds de illegaal die zich op een of andere manier heeft binnen gewerkt, soms met onmenselijke inspanningen, en anderzijds de buitenlander die vanuit zijn land van oorsprong de legale, bureaucratische weg via de ambassade bewandelt. Beiden kloppen op onze deur. Hun toekomst hangt van ons af. De eerste heeft een gezicht, de andere een dossier. De ene doet een beroep op ons mededogen, de andere op ons gevoel voor rechtvaardigheid.

En toch moeten we dit quotumvoorstel overwegen. Het alternatief is immers het systeem van de Verenigde Staten. Daar hebben migranten en illegalen – die laatsten zijn met miljoenen - nauwelijks sociale rechten, zeker niet op inkomensondersteuning. Ze worden wel getolereerd door de man van de straat, tenminste als ze werken. Ze moeten het zelf redden, hun eigen versie van de ‘American dream’ realiseren. Dit geeft bij die migranten een enorm dynamisme, maar het is ook een heel hardvochtig systeem, dat haaks staat op ons moreel aanvoelen: wie mislukt belandt letterlijk op straat.

Minder solidair

Je voelt het met je ellebogen aan en je ziet het ook verschijnen in de recente enquêtes. Als we niet zoiets organiseren als het quotumsysteem dat ik hierboven heb geschetst, dan zullen we wel degelijk de Amerikaanse richting uitgaan. Ons systeem van sociale zekerheid zal minder solidair worden. Alleen wie bijgedragen heeft kan ontvangen, en dan ook slechts strikt in de mate dat men heeft bijgedragen. Dit zal een verharding van onze samenleving tot gevolg hebben die ook ten koste zal gaan van de meer kwetsbare mensen die we tot onze medeburgers rekenen.

(Toon Vandevelde, Centrum voor Economie en Ethiek, Hoger Instituut voor Wijsbegeerte - KU Leuven.)
 

VRT NWS wil op vrtnws.be een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over actuele thema’s. Omdat we het belangrijk vinden om verschillende stemmen en meningen te horen publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van zijn vereniging. Zij zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst. Wilt u graag zelf een opiniestuk publiceren, contacteer dan VRT NWS via moderator@vrt.be.

Meest gelezen