Zwarte Sieg - Van Dievel Consulting

Het was nog vroeg op de ochtend, zo rond kwart over negen, toen het werkontbijt' van VDC werd verstoord door angstige kreten en woest gehuil, geluiden die zo te horen afkomstig waren uit de lommerrijke dreef die naar onze modeste villa in Kalmthout leidt. Zal ik eens gaan kijken, chief? stelde onze trainee Dinska Bronska voor. Ik spitste mijn oren. 'Allemaal naar de poort!' commandeerde ik, 'er is een mensenleven in gevaar.' Waarna ik de alarmsirene op het dak in werking stelde en samen met mijn associƩs naar buiten stormde, net op tijd om Siegfried Bracke te redden uit de klauwen van zijn op wraak en bloedvergieten beluste belagers.

Wijl mijn overmatig van angst natrillende vriend en voormalige hiƫrarchische meerdere door Dinska Bronska in dekentjes en aluminiumfolie werd gewikkeld teneinde onderkoeling tegen te gaan (zoals gezien op tv!) en BrabanƧonne de brandslang afrolde om zo nodig de gemoederen van zijn achtervolgers te bekoelen, naderde ik behoedzaam de fraaie en gelukkig ook stevige gietijzeren poort die ons domein scheidt van de boze buitenwereld. En over boos gesproken, dat waren de ongure lieden die hun ontgoocheling om de ontsnapte prooi niet onder stoelen of banken staken, voorzeker. Zij droegen baarden en lelijke truien maar voornamelijk zwart-gele vlaggen, voorstellende een klauwend allochtoon dier, en bordjes waarop Siegfried Bracke voor Vlaggenschender, Verrader, Rode Hond, Linkse Infiltrant, Praatjesmaker, Zuidflanker, Interlocktueel en Namaak Nationalist werd uitgescholden.

Aan de hoogste eik

'Lever ons Bracke uit, Van Dievel!' eiste de man met de langste baard en de lelijkste trui, wijl hij de stok zijner banier in de heidegrond plantte, 'wij vertrekken niet voor wij hem in naam van het Vlaamse volk aan de hoogste inlandse eik hebben opgeknoopt.'
Ik week terug, niet uit vrees, welnee, maar omdat de woorden van de aanvoerder der vlaggenmannen gepaard ging met een overvloedige speekselproductie.
'Go, BrabanƧonne,' zei ik slechts, waarna mijn vriend en stamboekdobermann de brandslang opendraaide en de lans ervan op de luidste schreeuwers richtte. Uit de slang kwam evenwel geen water gespoten, daarvoor is het veel te kostbaar, maar de eveneens zeer vloeibare inhoud van onze aalput, dewelke wij in normale omstandigheden jaarlijks laten ledigen door Goossens & Zoon, beƫdigde ledigers van aal-, gier-, beer- en sterfputten.
Bon dƩbarras, dacht ik, maar de inmiddels zeer onwelriekende belagers van Bracke gingen niet heen, wel integendeel, er kwamen er nog bij, en al gauw was de aalput leeg.
Komt tijd, komt raad, dacht ik vervolgens, maar 's avonds, bij het vallen de duisternis, stonden ze daar nog steeds in onvervalst Vlaams de uitlevering van de verrader Bracke te eisen.

Excuses

Binnenshuis was mijn vriend en voormalig hiƫerarchische meerdere, mede dankzij de legendarische goede zorgen van Dinska Bronska, al wat bij zijn positieven gekomen. Hij probeerde - maar vergeefs, zo werd al snel duidelijk - eerst het hoofdkwartier zijner partij en vervolgens het kabinet van zijn grote idool te bereiken, om zich voor de zoveelste keer te excuseren voor zijn spontane, soms grappige maar o zo foute uitspraken over het wezen der ideologie die hij sinds 2010 officieel aanhangt.
'Vreest niet, vriend Siegfried,' stelde ik hem gerust, 'bij mij zijt ge veilig. Ge zijt onze gast tot ze het daarbuiten beu worden en het beleg opheffen. Van Dievel Consulting staat ook te dienste van de politiek vervolgden.'
De volgende ochtend evenwel, was de bende belegeraars nog aangegroeid en had zelfs al het aantal deelnemers aan de laatste IJzerwake geƫvenaard. Men noemt de Vlaamse vlag niet ongestraft een vod, ook al kostte deze in het jaar 2004 de Vlaamse wielrenner Leif Hoste de zege in Parijs-Roubaix, een overwinning die daarop werd gekaapt door de noorderling Magnus Backstedt.

Ik verveel mij

'Kan ik mijn nuttig maken?' vroeg Siegfried de volgende ochtend, 'want ik verveel mij stierlijk.'
Even overwoog ik om hem in te delen bij het goed dozijn Afghaanse asielzoekers die ik voor Maggie De Block verborgen houd en die in de tuin brandhout hakken voor de komende vijf winters, vervolgens speelde ik met de gedachte om Siegfried in te schakelen als huishoudelijke hulp, maar geen van die bezigheden leek mij echt geschikt voor een grote geest als de Vlaamse volksvertegenwoordiger.
'Weet ge wat, Siegfried,' stelde ik hem voor, 'nu ge toch tijd hebt kunt ge wat opiniebijdragen schrijven voor de gazetten, de mensen lezen dat graag.'
De volgende ochtend had zich ook de redactie van Radio1 en van De Ochtend bij de lieden aan de poort gevoegd, schreeuwend om een gruwelijke dood voor de fijnbesnaarde opiniemaker. Lenin heeft daarover geschreven, meen ik mij te herinneren, over de objectieve bondgenootschappen, bedoel ik.

Nog een ochtend later betrapte ik Siegfried, terwijl hij, met een zakdoek voor zijn mond gebonden om zijn stem onherkenbaar te maken, in naam van VDC advies verleende aan CD&V-voorzitter Wouter Beke.
'Het was maar een onschuldig advieske,' poogde mijn vriend zijn gezicht te redden. Maar toen ik doorvroeg bleek dat hij Beke had aangeraden om na de volgende verkiezingen surtout de SP.A te laten vallen en een Heilige Coalitie met N-VA en VLD aan te gaan.
'Maar dat ligt toch voor de hand!' sprak hij te zijner verdediging.

De wetten van de gastvrijheid

Doordat de belegeraars aan de poort weigerden om de brouwer, de bakker, de groenteman en de leverancier van diepvriesproducten door te laten, begonnen wij krap in de levensmiddelen te zitten.
'Hij moet hier weg, patron,' stelde BrabanƧonne zonder omwegen, 'de toestand wordt onhoudbaar.'
Ik schudde resoluut het hoofd. Geen haar op mijn hoofd dat eraan dacht het federale parlementslid uit te leveren.
'Dan eten we vanaf morgen alleen nog hondenbrokken,' liet Dinska Bronska weten.
'Dat verandert de zaak,' gaf ik toe.

De volgende ochtend stapten wij onder het zingen van Sint-Nicolaasliederen naar de poort van het domein. Ikzelve vermomd als de Goedheiligman en gezeten op een namaakpaard dat door Afghaanse benen werd aangedreven en vergezeld van drie zwarte knechten in kleurrijk Pietenkostuum: de met schoensmeer onherkenbaar gemaakte Dinska Bronska, BrabanƧonne en Siegfried Bracke.
'Goede lieden,' sprak ik tot de belegeraars, 'geeft ons vrije doorgang want wij moeten in Kalmthout de zoete kinderen blij gaan maken.'
En hoewel het nog veel te vroeg was voor de Sint, en hoewel de belegeraars vooral de enigszins buikige, klein van postuur zijnde , overvloedig zwetende en met trillende stem zingende derde Piet met argwaan & wantrouwen schouwden, lieten zij ons passeren.

'Oef, die geloven nog in Sinterklaas,' zei BrabanƧonne, 'we hebben het carcan doorbroken.'

Tot Siegfried Bracke - het bloed kruipt waar het niet gaan kan - dacht dat hij genoeg voorsprong had om veilig te zijn, zich omdraaide en provocerend De Internationale aanhief.


(De auteur is journalist bij VRT Nieuws en schrijver.)

Meest gelezen