Onze eigen regengod - Karl Van den Broeck

Dit was het weekeinde waarop Vlaanderen ontdekte dat het zijn eigen 'stormspotters' heeft en een nieuw woord bijleerde: supercel. Maar ik dank vooral de lokale appelboer, onze eigenste Tlaloc.

Het moet die hete zomer van 1976 geweest zijn toen ik besefte dat mijn ouders niet almachtig waren. Tot dan was ik ervan overtuigd dat zij alle onheil dat mij en onze familie zou kunnen treffen, eigenhandig konden afwenden. Kon vader de boze buurman die het niet begrepen had op ons potje straatvoetbal niet met één strenge blik doen afdruipen? Kon moeder niet elke pijnlijke wonde verbinden met een kus en een pleister?

Maar in 1976 stonden ook zij machteloos. België beleefde een hittegolf en alleen de kleine Lucien Van Impe – die hield van warm weer – leek daar zijn voordeel mee te doen. Er heerste waterschaarste, de oogsten verbrandden op de akkers en wanneer je blootsvoets op straat ging spelen riskeerde je ernstige brandwonden.
Dat jaar was 'nonkel Jules' uit Mexico naar België gekomen voor een vakantie bij de familie. Hij had als geschenk een beeldje van de Mexicaanse regengod Tlaloc meegebracht. Het exemplaar was ruw gehouwen uit puimsteen en straalde een bovenaardse kracht uit. Kortom, Tlaloc maakte indruk op de negenjarige jongen die ik toen was.
De hittegolf van 1976 duurde 17 dagen. Niet de langste, maar met tien tropische dagen wel de zwaarste. Het was niet alleen snikheet, het wilde ook maar niet regenen. Onze twee parkieten waren al bezweken door de hitte.

Op een avond hadden 'de grote mensen' een glaasje te veel op en mijn broer en ik waren er ongemerkt in geslaagd om tot lang na zonsondergang onopgemerkt te blijven zonder naar bed te worden gestuurd. We zagen hoe vader en zijn oudste broer samen op een manier die ongetwijfeld als 'plechtig' moet worden omschreven, naar de tuin gingen. Ze hadden het beeldje van Tlaloc meegenomen en zetten het in het midden van het verpieterde gazon. In de asbak die zijn hoofd was, verbrandden ze wat leek op 'toverkruiden'.

U gelooft me natuurlijk op mijn woord maar de dag daarna viel er malse regen uit de lucht. Tlaloc was ons genadig geweest.

Nonkel Jules

Ik weet niet of mijn vader het afgelopen weekeinde veel met Tlaloc gesproken heeft. Een ding is zeker. Hij heeft het niet zo voor onweer. U moet zijn vroege meesterwerk De dag dat Lester Saigon kwam maar eens herlezen. In dat boek speelt nonkel Jules, in de gedaante van de mysterieuze Lester Saigon een hoofdrol. Het decor van het verhaal is de windhoos die in 1967 de kerk van Oostmalle een kopje kleiner maakte.

Vaders nieuwe Tlaloc heet tegenwoordig Buienradar. Op deze website kan iedereen de weerkaarten nauwgelet en in real time volgen. Dat heeft het voordeel dat je zo'n supercel van ver kunt zien aankomen, maar echt vrolijk wordt een mens er niet van. Het is net alsof je op de treinsporen bent vastgebonden en de trein hoort naderen. Hem tegenhouden kun je niet en hoe luidde dat schietgebedje ook alweer? Hoe vaak vader de afgelopen dagen Buienradar heeft geconsulteerd, moet ik hem nog vragen. Gelukkig is hij nog niet aan de Twitter, want dan had hij zeker de nachtelijke tweets van @frankdeboosere uitgespeld.

In de wolken schieten

Vooral zaterdag was het bang afwachten of de hagel die de Heizel had omgetoverd in een sneeuwlandschap, zou opstomen naar de Kempen. Zoals gezegd, veel kon je er niet tegen beginnen. Het bevingeren van de smartphone of de iPad leek dan ook sterk op het bidden van een paternoster. De rode vlek die een wolkbreuk moest voorstellen, dreef angstaanjagend snel in onze richting. Maar bij een volgende 'refresh' van Buienrader, was ze plots verdwenen.

Turnhout ontsnapte zo op mysterieuze wijze aan de toorn van Tlaloc. En dat hebben wij – zo weten alle inboorlingen hier – aan onze eigen regengod te danken. Die heeft een naam en heet 'Appelen Roes'. Deze appelteler heeft in Oud-Turnhout een boomgaard waar hij heerlijk fruit kweekt. Onweer – en zeker een supercel – is voor hem des duivels. Als het KMI zwaar weer voorspelt, haalt hij het grof geschut boven. Zijn hagelkanon scheurt wolken uiteen, verdrijft de hagel en beschermt zijn boomgaard – en ons – tegen de neerslag.

Ik weet het, beste lezer. Zo'n hagelkanon is erg omstreden. Er is geen mens die weet of het echt werkt: schokgolven in de wolken schieten om ze te splijten; wetenschappers hebben er zo hun bedenkingen bij. Wij in Turnhout (en daar rekenen wij Oud-Turnhout graag bij) geloven grààg dat Appelen Roes onze eigenste Tlaloc is. Wij danken en eren hem dan ook. Met een glaasje appelsap voor het slapengaan.


(Karl van den Broeck is hoofdredacteur van Apache.be)

 

Meest gelezen