'Zijt ge content, Lowieke?' - Van Dievel Consulting

Ik wist niet waar mijn hoofd stond, zo druk was het in de kantoren van VDC. Zeker nu ik er al maanden alleen voorsta. Jaja, wat Dinska Bronska en doberman BrabanƧonne uitvreten, Joost mag het weten. De onverantwoordelijke Grieken trokken aan mijn mouw om de trojka mores te leren, de bloeddorstige trojka trok aan mijn mouw om die "ouzodrinkers" een lesje te leren.

Het Belgische leger bleek in afgeslankte vorm toch klaar te staan om Rusland binnen te vallen, en wenste een aanvalsplan om binnen de maand Moskou te bereiken. Tientallen leraren uit het katholiek onderwijs wensten postnataal gedoopt te worden om niet ontslagen te worden. Vicepremier Peeters wenste een borstwering rond de sociale uitkeringen te bouwen. En in de Agora-galerij in Brussel reden begrafenisondernemers af en aan om de lijken uit de kasten van de Vlaamse socialisten een treffelijke teraardebestelling/verassing te bezorgen. En dat bij 35 graden in de schaduw. Het zweet gutste van mijn ondernemersgelaat.

Tegen het uitdrogen

Ik was net een tankwagen vol biologisch geteeld wijwater aan het bestellen toen ik in de verte sirenes hoorde. Ha! was mijn eerste gedachte, B-Fast rukt uit naar de uitgedroogde wei van Rock Werchter. Vervolgens bedacht ik dat mijn achtertuin, de Kalmthoutse Heide, kurkdroog en dus brandgevaarlijk was. Derdens schoot het door mijn hoofd dat de Bottinekes misschien onderweg waren naar het justitiepaleis om verzet aan te tekenen tegen hun veroordeling bij verstek. Al deze veronderstellingen bleken waardeloos toen het geloei van de sirenes alsmaar nader kwam en drie ziekenwagens met oorverdovend en verblindend klank- en lichtspel de fraaie gietijzeren poort van mijn modeste villa uit haar hengsels reden en zich midden op mijn tot dan perfecte gazon parkeerden. In hun spoor: een reportagewagen van VTM. Mijn vriend en hiƫrarchisch op gelijke voet staande Patrick Van Gompel stapte uit en grijnsde eens breed in zijn baard. 'Wij zijn getipt,' verklapten de pretlichtjes in zijn ogen.

Ik kon hem evenwel niet onze traditionele knuffel geven daar ik op dat moment werd overmeesterd door diverse hulpverleners (die er nog een schepje bij deden omdat ze zich door VTM gefilmd wisten). Voor ik het wist werd ik in een rolstoel geduwd, werd ik ontdaan van mijn das en mijn maatpak, werd mijn smartphone afgepakt en mijn computer uitgeschakeld middels het uittrekken van de stekker. Voor ik besefte wat er mij overkwam, was ik van boven tot onder kaalgeschoren, getooid met een ouderwets koerspetje van Molteni, en gekleed in een hemdje met een dessin van paarse en groene papegaaien en in een veel te grote korte broek met enorme ruiten. Mijn ongeschoeide voeten werden in een emmer met ijzig koud water met zeezout gedompeld. Ik kreeg een baxter met een mengsel van glucose en trappist van Westmalle toegediend. 'Tegen het uitdrogen', expliceerde de man die klaarblijkelijk de leiding had en in wie ik tot mijn afgrijzen dokter Luc Beaucourt herkende.

Zijt ge content?

Er weerklonk een fluitsignaal. De hulpverleners stelden zich met tevreden gezichten in een grote kring rondom mij op.
'Maak plaats voor de minister!' commandeerde een stem.
Tot mijn niet geringe verbazing verscheen federaal minister van Volksgezondheid Maggie De Block ten tonele, die het tafereeltje met een niet ontevreden blik in de slimme oogjes in zich opnam.
'Zijt ge content, Lowieke?' sprak zij mij aan, als was ik een bewoner van een wat minder rusthuis die net naar de koer was kunnen gaan.

Ik begreep er niets van. Ik was zo van mijn Ć  propos gebracht dat ik slechts een soort gekroch kon uitbrengen, waarbij ongelukkiglijk wat speeksel uit mijn mond droop, een detail dat de cameraman van VTM niet ontgaan was.
'Kunt ge dat raar geluid nog eens produceren?', verzocht hij mij, 'de klank was niet honderd procent goed. En kunt ge wat ouder lijken dan ge zijt? Kunt ge wat zieliger kijken? Ge rookt toevallig geen pijpke?'

Ook het licht was niet zoals de cameraman het wenste en dus werd ik naar binnen gereden, werden de rolluiken neergelaten en werd ik voor de tv geposteerd waar een herhaling van Hoger-Lager werd uitgezonden. Om het tableau vivant compleet te maken werden uit het naburige rusthuis enige bejaarden aangevoerd om mij gezelschap te houden.
Ontsnappen was onmogelijk, daar de hulpverleners mij stevig aan mijn rolstoel hadden vastgesjord. 'Voor mijn eigen veiligheid', legde Beaucourt uit.

Het Ministerie van Ouderlingenzorg

Veel werd mij duidelijk toen Maggie De Block zich naast mij opstelde en zich klaarmaakte voor een interview voor het VTM Nieuws.
'Waarvan zijn we nu getuige geweest?' begon Patrick Van Gompel zijn vraaggesprek.
'Dit is de allereerste interventie van het Ministerie voor Ouderlingenzorg,' antwoordde een van contentement blinkende De Block.
'Tiens,' reageerde Van Gompel gevat, 'daar heb ik niets over gelezen in het regeerakkoord.'
'Het is een pop-up ministerie,' verklaarde Maggie De Bock, 'deze regering is mee met haar tijd en neemt voor iedere uitdaging een andere vorm aan.'
Alreeds wilde de VTM-coryfee zich tot mij richten voor een reactie, maar Maggie De Block was nog niet uitgepraat.
'Mocht er zich een koudegolf ontwikkelen, dan zou het pop-up Ministerie van Koudebestrijding bijvoorbeeld paardendekens en zakjes met antraciet uitdelen aan de bibberende slachtoffers. In tegenstelling tot sommige collega's in de regering zijn wij niet bezig met waanbeelden als een tax shift, maar ondernemen wij concrete stappen voor het heil van de bevolking.'

Bevoegdheidsoverschrijding

Achter haar geblokte gestalte ontstond er opschudding. Een man probeerde zich tegen de wens van de hulpverleners in toegang te verschaffen tot mijn modeste villa. Maar dat was buiten de waard gerekend, in casu het christendemocratische ellebogenwerk van Vlaams minister van Welzijn Jo Vandeurzen.
'Ik protesteer!' riep hij toen hij zich in de kring had geworsteld, 'welzijn is een Vlaamse bevoegdheid. Maggie, gij hebt hier niets te zoeken! Uitgedroogde ouderlingen zijn mijn zorg!'
Vandeurzens anders zo droevige kalverogen fonkelden van woede.
'Wat we zelf doen, doen we beter zeker!' sneerde Maggie De Block, 'komt ge hier soms een wachtlijst installeren?'
Ik zag dat de Vlaamse minister zich moest bedwingen om geen lelijke woorden te gebruiken.

Instede stak hij zijn rechterhand op en riep "Komaan mannen!", waarop een goed dozijn hulpverleners met een Vlaams leeuwke op hun zwart-gele verplegersjas mijn salon binnenstormden, zich na een kort handgemeen met de verraste federale hulpverleners van mijn persoon meester maakten en mij ontvoerden naar, ja, waar naartoe eigenlijk? Ik wist het niet, want het werd plots zwart voor mijn ogen.

'Bij ons zijt ge veilig,' verzekerde mij Vlaams minister Jo Vandeurzen, toen mijn blinddoek werd afgenomen.
Ik zat stevig vast gesjord in een rolstoel, met een ouderwets petje van Flandria op mijn hoofd, gekleed in een zwartwit geblokt hemdje en een short met papegaaienmotief, met mijn blote voeten in een emmer ijskoud water, aangesloten op een baxter die een mengsel van glucose en Sint-Sixtus bevatte, samen met enkele mij volslagen onbekende bejaarden naar een herhaling van FC De Kampioenen te kijken. Locatie onbekend.

Goedele Devroy boog zich met haar vermaarde sardonische glimlach over mij heen, de camera van de VRT maakte een gruwelijke close-up van mijn angstige gelaat.
'Zijt ge content, Lowieke?'

Ā 

(Louis van Dievel is journalist bij VRT Nieuws en auteur.)
Ā 

Meest gelezen