Waarom ik kritisch moet zijn - Aya Sabi

Mijn opa heeft het droge, rode stof van Marokko verruild voor de blauwe wateren van Nederland. Ik ben geboren aan het stil treinspoor en de rivier met de witte zwanen. Een stadje in het zuiden van Nederland. Nu woon ik in Vlaanderen. Niet verscheurd tussen verschillende werelden en landen, maar verrijkt met verschillende geuren en smaken, culturen en gewoontes, mensen en tradities, manieren om gelukkig te zijn en dingen te begrijpen. Eén keer in de zoveel tijd keer ik terug. Nu ben ik in Marokko.

Het was een dag warmer dan de andere dagen in een van de wijken in Casablanca waar vele appartementsblokken staan om de grote en kleine families onder te brengen. Deze stad is voller dan vol. Ik was bij mijn oom. Zijn huis is volgehangen met traditionele, koperen potten, schilderingen en ijzeren handwerken. Hij is een fervent verzamelaar van schoonheid. Hij haalde een oude map uit de kast voor mij. “Ik ben vroeger journalist geweest”, zei hij. Ik was verbaasd. Als dat zo is geweest, zou ik het wel geweten hebben. En hij verduidelijkte: “Nou, journalist niet. Ik fotografeerde.” Hij haalde een camera tevoorschijn.

Toen zag ik waarom hij enkel fotografeerde en verzamelde, waarom er nergens een foto van hem verschenen was. Ik zag een meisje van ongeveer acht jaar. Ze zat op een drempel, haar handen gevouwen in haar schoot en haar hoofd steunde op de muur, haar ogen gesloten. Ze sliep. Straatkinderen. Een andere foto toonde een straatverkoper die geld in de handen van een politieman legde, omdat hij dreigde met haar koopwaar in beslag te nemen. Corruptie.

Overal familie

Dit zijn de landen waar het leven pas ‘s nachts tot leven komt en waar we altijd zeggen dat het goed met ons gaat hoe slecht we het ook maken. Wij zwijgen niet over wat we niet mogen zeggen maar we vervormen de waarheid liever. Wij weten dat geld hier het luidst spreken kan, maar ook dat velen het niet hebben. We zijn trots op ons verleden, waar de deuren van zowel arm als rijk dezelfde waren, maar weten heel goed dat die tijd voorbij is. Nu staan er sloppenwijken naast de duurste villa’s. Toch komt niemand hier om van de honger.

Dit zijn de landen waar een vrouw in de bus u zoveel vertelt dat u ervan moet blozen terwijl ze u niet eens kent. Waar een mens u zoveel liefde geven kan tot u niets meer nodig heeft, waar zelfs mannen zonder tanden fluiten kunnen, waar we zoveel talen spreken dat we elkaar verstaan, waar de tijd trager tikt en het leven langer lacht, waar de deuren altijd openstaan en de ramen op een kier, waar de hammams dampen van schoonheidsgeheimen en hitte, waar vrouwen schuilen voor de zon om het blankst te kunnen zijn, waar we enkel woedend op straat komen voor de voetbal. Waar we elkaar dragen. Omdat onze staat dat heel vaak niet doet.

De foto’s van mijn oom zijn niet verder geraakt dan zijn houten kast, maar wat hij fotografeerde, heeft de tijd overleefd. Helaas.

Tevreden dat mijn opa verder keek dan zijn eigen horizon. Ik ben een kind van een voortdurende migratie. Overal heb ik familie en waar het beter is, weet ik niet. Dat bestaat ook niet. Omdat ieder land goed en slecht voortbrengt en alles zich verspreidt over wateren en landen, over bestaande en onbestaande grenzen. De wereld is de wereld in zijn geheel.

Luid genoeg

Ik wil net zo luid spreken over discriminatie op de Vlaamse arbeidsmarkt als over racisme in Marokko. Ik zie geen verschil in het leed van een Senegalees die klaagt over racisme in Marrakech en het leed van een Marokkaan in Antwerpen. Wie dat wel ziet en bij elke discussie met de vinger naar de ander wijst – “Maar het is hier toch beter dan in...” – heeft niets begrepen van de grenzeloze wereld waarin we leven en dat het ene niet het ander opheft of goedpraat.

Wat we allemaal wensen is een betere wereld en hoe utopisch dat ook klinkt en hoe oneindig ver dat ligt en hoe onbereikbaar het ook is, we moeten er toch in geloven. Want wat wanhoop veroorzaakt, is zwakker dan wat hoop kan verwezenlijken. Daarbij kan alleen kritisch zijn ons helpen. Luid genoeg spreken om gehoord te worden.

(Aya Sabi studeert aan Universiteit Hasselt en blogt.)

 

Meest gelezen