Speelt Theresa May blufpoker met de brexit? - Ivan Ollevier

Vandaag geeft de Britse premier Theresa May een langverwachte toespraak over de brexit. Ze zal het hebben over een harde scheiding tussen haar land en de Europese Unie. Is dit spierballengerol om sterk te staan bij de onderhandelingen of had ze geen andere keuze? Ivan Ollevier zoekt het uit.
analyse
Analyse

Ivan Ollevier is journalist bij VRT Nieuws. Hij volgt al jaren de Britse politiek en maatschappelijke discussies.

De stoelen stonden vanochtend al klaar in Lancaster House, een negentiende-eeuws neoclassicistisch gebouw in het hart van Londen, vlakbij St. James’s Palace, voor de langverwachte toespraak van de Britse eerste minister Theresa May over haar brexitplannen. Langverwacht, omdat meer dan een halfjaar na het brexitreferendum van 23 juni vorig jaar het Verenigd Koninkrijk en de EU nog altijd niet wisten hoe de brexit eruit zal zien. Maar eigenlijk wisten we we het al, want veel was uitgelekt.

Eigenlijk was Theresa May initieel helemaal niet van plan om de toespraak te houden. Officieel heette het dat ze niet in haar kaarten wou laten kijken. Elke uitspraak die ze doet over de brexit, elk woord, wordt in Brussel minutieus tegen het licht gehouden, en dat verzwakt haar onderhandelingspositie, zei ze herhaaldelijk. 

May moet kleur bekennen

Maar ze stond met haar rug tegen de muur: het Britse parlement, het Lagerhuis, eist die openheid. In ruil voor zijn verbintenis om “de wens van het Britse volk te eerbiedigen” wanneer er over de brexit gestemd wordt. Met andere woorden: de brexit goed te keuren.

Theresa May staat erom bekend dat ze het hart op de tong draagt, ze zegt wat ze denkt. Spindoctors zijn aan haar niet besteed. Toen ze bij het begin van haar ambtsaanvaarding zei dat “brexit brexit betekent” bestond er geen twijfel over dat ze er ook werk van zou maken.

Dat zette al diegenen die voorspelden dat het met de brexit nog zo’n vaart niet zou lopen op hun plaats. Alleen: wat is dat dan, een brexit? Wordt het een harde of een zachte brexit? Knipt het Verenigd Koninkrijk alle banden met de Europese Unie door, of blijft het deel uitmaken van de Europese Economische Ruimte, zoals Noorwegen dat doet?

Een scheiding

May kondigde vanochtend aan dat het een harde brexit moet worden. Alhoewel: de termen “hard” en “zacht” neemt ze zelf niet graag in de mond. Liever heeft ze het over “een rode, blauwe en witte brexit”, de kleuren van de Union Jack, de Britse vlag. Maar dat is retoriek natuurlijk, het maakt de verwarring alleen maar groter. Er moet nu eenmaal een duidelijke keuze gemaakt worden. Een harde brexit dus,een scheiding tussen het Verenigd Koninkrijk en de Europese Unie.

Niks geen eenheidsmarkt, niks geen douane-unie, niks geen rechtspraak van de Europese rechtbanken, niks geen gemeenschappelijke defensiepolitiek, niks geen compromis over het vrije verkeer van personen in ruil voor een vrij verkeer van goederen. Grenzen dicht.

Dat is waar de Britten voor gekozen hebben, want de brexitstem was in de eerste plaats een anti-immigratiestem.

Het gaat over migratie

Schieten de Britten zich met een harde brexit in de eigen voet? Jazeker, zeggen economen. De Europese Unie is nog altijd de belangrijkste handelspartner van het Verenigd Koninkrijk.

Maar die overweging heeft bij het referendum nauwelijks een rol gespeeld. De waarschuwingen waren er nochtans: dat de schade aan de economie bij een brexit aanzienlijk zou zijn. Het in-kamp speelde de experts breed uit in hun communicatie, maar het was boter aan de galg.

Toen bleek dat het uit-kamp geen weerwerk had tegen de waarschuwingen, verlegde dat de discussie naar een ander terrein: de immigratie. De immigratie, het verlies van soevereiniteit aan Europa, en ook het gebrek aan transparantie van de Europese Unie: wie vertegenwoordigen die mensen?

Dat waren even reële klachten, en het in-kamp stond met de mond vol tanden. Het resultaat kent u: tweeënvijftig procent van de Britten stemde voor een brexit, achtenveertig procent tegen.

Spierballengerol?

“De harde taal van de Britse regering is spierballengerol,” zegt ondernemer Paul Buysse in De Morgen. Buysse is de voorzitter van de werkgroep die de gevolgen van de brexit voor België onderzoekt. Hij redeneert dat de Britten geen enkel voordeel kunnen halen uit een vechtscheiding met de Europese Unie.

Dat zal wel. Maar dan gaat Buysse wel voorbij aan de machtsverhoudingen in de Britse politiek. De “drie brexiteers” in de regering (met een knipoog naar Alexandre Dumas en zijn Drie Musketiers), Johnson, Fox en Davis, hebben een groot soortelijk gewicht.

En dan is er nog UKIP, de UK Independence Party van Nigel Farage, die aan de rechtervleugel van de Conservatieve Partij knabbelt en May onder druk zet.

Farage mag dan zelf wel uit de dagelijkse politiek gestapt zijn, hij dreigt ermee om terug te keren wanneer de Britse regering niet voluit kiest voor een harde brexit.

De enige die het tij nog kan keren, is de gematigde Conservatieve kiezer. Die wil misschien wel een scheiding van de Europese Unie, maar ziet in de brexit ook een kans om aan een nieuwe, vriendschappelijk band met de EU te werken. Dat is een overweging die Theresa May het best ter harte neemt als ze bij een volgende parlementsverkiezing (gepland voor 2020) haar kleine meerderheid in het Lagerhuis wil behouden.

Op dit punt heeft Paul Buysse ongetwijfeld gelijk: de gevolgen van de brexit zullen we pas kunnen inschatten wanneer de onderhandelingen tussen de Europese Unie en het Verenigd Koninkrijk echt beginnen.

Het startschot daarvoor wil Theresa May geven tegen eind maart. Dan wil ze het zogenaamde artikel 50 activeren, waarmee het land officieel aan de Europese Unie laat weten dat het land de Europese Unie wil verlaten.

Meest gelezen