Optima, de erfzonde van Agusta - Ivan De Vadder

De affaire met de bank Optima laat de socialistische partij zweten. De SP.A zal de partij van de zuiverheid moeten worden, anders blijft de erfzonde van Agusta hen achtervolgen.
analyse
Analyse

Ivan De Vadder is Wetstraatwatcher voor VRT Nieuws. Hij maakt en presenteert ook de programma's "De afspraak op vrijdag" en "De coulissen van de Wetstraat".

Zijn foto prijkt deze week op de voorpagina van het weekblad Knack. "Optima is één grote vunzigheid", zegt SP.A-parlementslid Bruno Tobback. In interviews met "Villa Politica" en De Standaard verduidelijkt de voormalige voorzitter van de SP.A zijn redenering: "De imagoschade door Optima is vergelijkbaar met Agusta".

Voor alle duidelijkheid, Agusta ging om actieve omkoping en partijfinanciering. Nu gaat het over een bank die na onregelmatigheden failliet is gegaan. Alleen wordt de naam van die bank in verband gebracht met een aantal socialistische politici en ex-politici.

En dus zegt Bruno Tobback: "De vergelijking gaat op in die zin dat ook nu mensen in opspraak komen, en dat straalt af op de partij."

Van "op de blaren zitten" ...

Bruno Tobback vult eigenlijk alleen de gedachten aan die SP.A-voorzitter John Crombez verleden week in Villa Politica al uitsprak. Crombez vreesde toen al dat die Optima-affaire een smet zou brengen op zijn partij.

Eén week geleden probeerde de SP.A-voorzitter zich nog te distantiëren van de hele Optima-zaak. "Wie dingen heeft gedaan die niet kunnen, moet maar op de blaren zitten, mij kan het niet schelen of dat vroegere SP.A'ers zijn of niet." Op die manier probeerde hij de huidige SP.A los te weken van oud-minister Luc Van den Bossche, die jarenlang een belangrijke rol heeft gespeeld bij alle geledingen van Optima. "Het gaat om iemand die al 13 jaar niet meer actief is in de partij, en daarvoor moet je je dan verantwoorden, voor iets wat in een bank is gebeurd, en dat is heel vervelend."

naar ontkennen ...

Misschien heeft John Crombez die snelheid én de impact van die besmetting misschien wel onderschat. Al snel ging de situatie van ‘vervelend’ naar ‘schadelijk’. Ook de naam van de Gentse burgemeester Daniël Termont duikt in het dossier op. Optima is een bedrijf in Gent, met een Gents netwerk.

Termont ontkent eerst nog dat hij Jeroen Piqueur, de baas van Optima, goed zou hebben gekend; later moet hij toegeven dat hij een speech gaf op het huwelijk van Piqueur. In die toespraak zei hij letterlijk dat Picqueur "geen vriend was, maar wel een goede vriend".

Een feit dat N-VA-parlementslid Peter Dedecker vermeldde in een debat in De Zevende Dag. En dat was dan weer de aanleiding voor Termont om uit te pakken met een videoboodschap waarin hij alle banden tussen hem en Piqueur ontkende.

Meer nog, ook de stad Gent heeft geen enkele band met Optima, volgens de videoboodschap. En hij, Termont zelf, had nooit een bezoek gebracht aan die befaamde boot van Piqueur.

naar verhaal aanpassen ...

Die vorm van communiceren plaatst Termont in een kwetsbare positie. Want vanaf nu zal hij zich moeten verdedigen tegen elk verband, hoe klein ook, dat opduikt tussen hem en Piqueur of tussen de stad Gent en Optima. De oppositie in Gent ging meteen gretig op zoek.

Optima prijkt tussen een aantal bedrijven op een pagina van de website van de stad Gent, ontdekt N-VA-boegbeeld Siegfried Bracke. En CD&V-fractieleider Veli Yüksel merkt dan weer op dat de stad Gent zich tot september 2015 borg stelde voor een lening bij Optima aangegaan door de cvba Artevelde-stadion, de projectmaatschappij die de Ghelamco Arena bouwde. 

En uiteindelijk moet Termont zijn verhaal al een beetje aanpassen. Na een verhaal in de krant De Morgen geeft hij toe dat hij toch op een boot heeft gezeten met Optima-stichter Jeroen Piqueur. Niet dé boot van Piqueur zelf, maar toch samen op een boot.

en een parlementaire onderzoekscommissie

Die imagoschade waar Crombez en Tobback dus voor vrezen lijkt intussen bewaarheid geworden, en het is duidelijk geworden dat de communicatie van de eigen SP.A-mensen niet heeft geholpen. Het enige redmiddel, daar lijkt de partijtop van overtuigd, is een parlementaire onderzoekscommissie die op zoek gaat naar de onregelmatigheden bij onder meer de toezichthouders van de financiële instellingen.

SP.A-parlementslid Peter Vanvelthoven is er ook als de kippen bij om dat voorstel in het parlement in te dienen, en in de tekst van het voorstel staat ook duidelijk dat er moet worden onderzocht of er politieke druk is uitgeoefend op die toezichthouders. Want, wie dingen heeft gedaan die niet kunnen, moet maar op de blaren zitten; zo klinkt het mantra van de SP.A.

Gisteren in Terzake herhaalt voorzitter John Crombez nog maar eens dat alleen een snel en doortastend onderzoek door het gerecht én een parlementaire onderzoekscommissie de waarheid aan het licht kan brengen. Versta: én een einde kan maken aan alle ongegronde insinuaties.

Want ook Crombez kampt met wat je op z’n minst een perceptieprobleem zou kunnen noemen: van een bezoek aan Optima als staatssecretaris voor fraudebestrijding bestaat een foto die nu gretig wordt gedeeld op sociale media. Crombez verdedigt zich met het argument dat hij in die periode honderden bedrijven heeft bezocht, én dat onder zijn beleid de BBI wel degelijk een onderzoek is gestart tegen Optima.

Maar het is duidelijk dat alleen een uitgebreid onderzoek de insinuaties kan tegenspreken. Maar wie gunt de SP.A zo’n parlementaire onderzoekscommissie?

De agenda van de leden van de commissie Financiën zit boordevol: ze buigen zich, naast hun gewone parlementaire werk, in een bijzondere commissie ook nog eens over de Panama Papers.

Bovendien voelen de Franstalige partijen weinig voor een commissie over een Vlaamse bank; de PS heeft geen zin om zichzelf ook nog eens op de pijnbank te leggen over de Ethiasbank (de bank die Optima heeft opgekocht), en de Vlaamse meerderheidspartijen zien wel brood in een beschadigde oppositiepartij.

Uitzweten

Voor de socialisten is er geen andere uitweg meer dan ‘Optima’ uit te zweten. Bruno Tobback mag dan wel de vergelijking maken met de imagoschade door Agusta; de vraag is toch of dit niet het gevolg is van Agusta?

Waarom moet een partij zich verantwoorden voor iemand die al jaren niet meer tot die partij behoort? Is elke partij dan verantwoordelijk voor het gedrag van elk lid?

Het antwoord ligt in die Agustaperiode, waar een generatie socialisten ontspoorde. Maar het zijn Willy Claes en Frank Vandenbroucke die daarvoor destijds de rekening gepresenteerd kregen.

Zuiver

Als de SP.A van haar erfzonde verlost wil raken, zal ze streng moeten zijn voor zichzelf. Een decumul voor parlementsleden is één zaak; waarom geen verbod voor socialistische mandatarissen om in raden van bestuur van bedrijven te zetelen?

In 2013, toen Johan Vande Lanotte in opspraak kwam in verband met zijn rol bij het bedrijf Electrawinds, zei Freya Van den Bossche nog: "In België zijn er geen schotten tussen de politieke en de zakelijke wereld. Daardoor zullen er altijd verdachtmakingen blijven bestaan."

Of nog, waarom niet de uittredingsvergoeding van parlementsleden koppelen aan een ontluizingsperiode? Ook dat stelde Freya Van den Bossche in 2013 nog voor: "In Europa zijn er tenminste nog een paar regels: je mag als eurocommissaris na je carrière twee jaar lang geen mandaat opnemen in een bedrijf uit de sector waarover je controle hebt uitgevoerd. We moeten ook in België soortgelijke duidelijke regels invoeren."

De SP.A zal de partij van de zuiverheid moeten worden, anders blijft de erfzonde van Agusta haar achtervolgen. Dat heeft Bruno Tobback alvast goed ingeschat. Vooral omdat op dit moment de twee laatste boegbeelden, Daniël Termont en John Crombez, in de vuurlinie zijn komen te liggen.

Meest gelezen