Ja, ik scheer mijn oksels en ik draag bh's - Eline Vandenbroucke

Na berichten over grensoverschrijdend seksueel gedrag tijdens de betoging vorige week en een incident met een opdringerige man in de trein besluit de auteur dat het hoog tijd wordt om het feminisme te omarmen.
analyse
Analyse

Eline Vandenbroucke is journalist bij Radio 2 Oost-Vlaanderen.

Tijd voor een eerste feministische blogpost, dacht ik toen ik in de krant een artikel las over aangerande vrouwen tijdens de nationale betoging afgelopen dinsdag. Ik herkende mezelf in het verhaal, hoewel ik niet heb mee gestaakt.

Integendeel. Dinsdagavond treinde ik braaf van mijn werk naar huis. In Brussel-Zuid stapten, zoals verwacht, betogers op. Mannelijke betogers.

Een babbeltje en een arm

Ze stonken verschrikkelijk naar tabak en bier. Maar ik ben een beleefd jong meisje en ik zwijg en lees rustig verder terwijl de mannen zich naast en tegenover mij neer vleien. Eén van de mannen begint een babbeltje en ik antwoord kort, beknopt, zo beleefd mogelijk probeer ik de man duidelijk te maken dat ik de werkelijkheid van mijn boek boven zijn bierblikje verkies. (Dat staat trouwens gevaarlijk wankel op het tafeltje te schuiven-ervaren treinreizigers weten welk risico ik loop)

De man blijft tegen me brabbelen, ik babbel steeds minder terug. Langzamerhand zou toch duidelijk moeten zijn dat ik niet geïnteresseerd ben... In Brussel Centraal waagt hij zijn kans en legt hij gemoedelijk zijn arm over mijn schouder, de oudste versiertruc ter wereld. Alleen: flirten, doe je dat niet met twee?

Ik zwaai zijn arm van me af en duw zijn andere hand weg. Nu is de boodschap wel duidelijk. Buiten nog wat gelach als ik uitstap (één van zijn makkers vraagt nog of hij mijn nummer heeft kunnen scoren), is er verder niets gebeurd.

Neen, ik ben niet aangerand. Ik voel me in de verste verte niet verkracht of bepoteld. Maar door dat artikel begon ik te denken. Moet ik dit gedrag normaal vinden? Ik weet dat minstens de helft van de wereldbevolkig mij nu afschildert als een zaag, en vermoedelijk nog driekwart van de andere helft erbij.

Want daar zit het probleem. Als vrouw durf ik bijna niet te zeggen dat ik feministe ben. 'Daar zijn ze weer.' Ja, ik scheer mijn oksels en ik draag bh's. Maar toch vind ik dat er op dit soort gedrag mag gereageerd worden. Moét gereageerd worden.

Het is ook voor mij een moeilijke oefening. Ik schilderde eerst mezelf al af als de zaag. Waar trekken we de grens? Ik kan heus wel tegen wat dronken klap. Als ik op café ga, hoort dat er standaard bij. Maar ik hoef geen halfslachtige versierpogingen. Ik hoef geen arm rond mijn nek als ik naar huis pendel.

Want even was die paniek er wel. Wat moet ik doen? Wat gaat hij doen? Wat als hij het hierbij niet laat? Ik weet dat een volle spitstrein een redelijk veilige plek is, maar een nanoseconde lang was dat veilige wereldje weg. En dat kan niet, vind ik, in een maatschappij waar iedereen gelijkwaardig en veilig is.

Moet dat dan feminisme heten?

Feminisme is een helikopterterm geworden die voor veel wordt gebruikt. En waar op wordt neergekeken, want 'daar zijn ze weer met hun eisen.' Ja, er worden ook mannen aangerand door vrouwen. Maar dat gevoel van pakbaar wild te zijn, van jong meisje dus gemakkelijke prooi, da's een typisch vrouwengevoel. (Vraag maar aan mijn vriendinnen) Zeg toch gewoon nee, denkt u. Sla hem van u af. Dan is de kous toch af?

Ja, ik sla terug. Maar niet meer enkel op het moment zelf. Dit soort grensoverschrijdend gedrag mág precies niet in vraag worden gesteld in onze maatschappij. Mannen zijn af en toe zo, leer ermee leven. Ik hoop dat mijn dochters niet meer zullen moeten slaan. Vanaf vandaag sla ik terug als een echte feministe.

Meest gelezen