Akkoord om Brexit te vermijden in de maak - Rob Heirbaut

Het zijn spannende dagen voor de Britse premier Cameron. Vrijdag sprak hij in Brussel met Jean-Claude Juncker, de voorzitter van de Europese Commissie. Gisteravond ontving hij Europees president Donald Tusk. Onderwerp van gesprek: welke toegevingen kan Groot-Brittannië van de rest van de Europese Unie krijgen, om een vertrek van Groot-Brittannië te vermijden? Cameron heeft aan de Britten een referendum over EU-lidmaatschap beloofd, maar eerst wil hij dus een aantal toegevingen verkrijgen. De Brexit-discussie wordt een van de hoofdonderwerpen van de Europese top van 18-19 februari.
analyse
Analyse

Rob Heirbaut is specialist Europa voor VRT Nieuws.

hoofdonderwerpen van de Europese top van 18-19 februari.
“Er zàl witte rook zijn op de Europese Top van 18-19 februari”. Dat zij een hooggeplaatste Europese bron vorige week, aan de vooravond van het bezoek van de Britse premier David Cameron aan Europees Commissievoorzitter Juncker vorige vrijdag. “Er gaat nog wat politiek drama zijn, maar de Europese regeringsleiders zullen uiteindelijk wel een akkoord bereiken”. Cameron zélf wil liefst snel een akkoord, zodat hij het referendum over Brits EU-lidmaatschap nog voor de zomer kan houden. De andere EU-regeringsleiders hebben op de Europese top van december al laten verstaan dat ze flexibel willen zijn om een akkoord in februari mogelijk te maken.

Vrij verkeer van werknemers

De voorbije maanden hebben topambtenaren en juridische experts van de Europese Commissie en de Raad met Britse topdiplomaten gewerkt aan een tekst die een antwoord moet bieden op de vragen van de Britse regering. Die wil in de eerste plaats een manier vinden om ervoor te zorgen dat er minder (Oost-)Europeanen komen werken in Groot-Brittannië, wat een uitzondering zou betekenen op het fundamentele principe van vrij verkeer van werknemers.

Dat is dus het moeilijkste punt: Polen, Belgen, Portugezen enzovoort die in Groot-Brittannië gaan werken zouden niet dezelfde “tax credits” en andere voordelen meer krijgen als hun Britse collega’s, en zouden dus minder verdienen voor het zelfde werk. Cameron eiste dat men eerst vier jaar in Groot-Brittannië moest werken, voor men van zulke voordelen zou kunnen genieten. Cameron kreeg een andere, minder drastische, oplossing voorgeschoteld. Aan de Europese Verordening over sociale zekerheid zou een noodremprocedure kunnen worden toegevoegd. Wanneer Groot-Brittannië zou kunnen aantonen dat de Britse sociale zekerheid in gevaar komt, zou het kunnen vragen dat al wie naar Groot-Brittannië komt werken, twee jaar lang geen sociale voordelen zou krijgen. Die periode van twee jaar zou één keer verlengd kunnen worden (zodat men aan de vier jaar komt die Cameron vroeg).

Eerste probleem: wie moet daarvoor het licht op groen zetten? Cameron zou liefst zélf de noodrem bedienen, maar wellicht willen ook de andere lidstaten dat (zeker die van Centraal- en Oost-Europa mee de beslissing kunnen nemen).

Tweede probleem: wanneer is die noodrem er? Cameron wil hem zo snel mogelijk, liefst onmiddellijk al na het referendum. Maar: om een Verordening te wijzigen, heb je het akkoord van de lidstaten én het Europees Parlement nodig. Wellicht ten vroegste in 2018 dus.

Derde probleem: op wie is de procedure van toepassing? Alleen op wie na de activering van de noodrem naar Groot-Brittannië wil komen, of ook op vele Europeanen die nu al in Groot-Brittannië werken? Het eerste zullen de Britse eurosceptici lachwekkend vinden, het tweede is voor de Centraal- en Oost-Europese regeringsleiders onaanvaardbaar.

Andere Britse vragen

Voor de andere punten op het verlanglijstje van David Cameron zijn er ook oplossingen uitgewerkt. De niet-eurolanden eisen garanties dat ze door het blok van de 19 eurolanden niet in een minderheidspositie zullen worden gezet. Als zoiets dreigt te gebeuren, zouden de niet-eurolanden bijkomend overleg en uitstel kunnen vragen (voor de fijnproevers: dit is geïnspireerd op het “compromis van Ioannina”. Frankrijk is er beducht voor dat de niet-eurolanden hierdoor een soort vetorecht zouden krijgen, waardoor ze verdere integratie van de eurozone zouden kunnen beletten. Een handige jurist en iemand met een creatieve pen vinden wel een formulering waar iedereen mee kan leven.

Er zou ook een versterking komen van de rol van de nationale parlementen, zoals Cameron gevraagd had. Niet dat het Brits of het Nederlands parlement voortaan Europese wetten zal kunnen tegenhouden. Wanneer meer dan de helft van de nationale parlementen bezwaar heeft tegen een voorstel van de Europese Commissie, zou de Raad (de lidstaten dus) zichzelf ertoe kunnen verbinden om het voorstel niet meer te behandelen, waardoor het een stille dood sterft en uiteindelijk door de Commissie zou worden ingetrokken. Er zijn ongetwijfeld ook andere oplossingen denkbaar.

Ook de eis van Cameron dat Groot-Brittannië geen deel wil uitmaken van de ever closer union is eerder symbolisch. Nu al doet Groot-Brittannië niet mee met de euro, met Schengen, en met andere domeinen. Hier is er zeker bereidheid om de Britten op papier te garanderen dat ze niet tegen hun wil meegezogen zullen worden in een of ander geheim complot om de Verenigde Staten van Europa op te richten.

Finale tekst

Het is nu wachten op een tekst om te zien hoe al deze elementen geformuleerd zullen worden. Europees president Donald Tusk zal die naar hoofdsteden sturen. In de aanloop naar de Europese Top van 18 februari zullen de diplomaten van de lidstaten de tekst met een vergrootglas uitvlooien. Het finale woord is voor de regeringsleiders op de Europese top zelf. Het is niet uitgesloten dat er tot in de vroege uurtjes gepraat zal moeten worden, zodat iedereen, vooral Cameron, achteraf zal kunnen zeggen dat ze tot het uiterste gevochten hebben om de beste deal uit de brand te slepen.

Cameron wil dat de uiteindelijk tekst juridisch bindend is voor iedereen. Toch wordt het geen klassiek EU-verdrag dat de bestaande verdragen zal wijzigen. Dat zou betekenen dat er in verschillende landen een referendum moet worden gehouden, en daar heeft niemand zin in. Wat wordt het dan wel? Ook hiervoor is inspiratie gevonden in verleden, meer bepaald in de Europese top Edinburgh van eind 1992. Toen moest er een oplossing gevonden worden voor de Deense kwestie: de Deense bevolking had in een referendum het Verdrag van Maastricht verworpen. De Deense regering wou een aantal uitzonderingen op dat Verdrag krijgen, en dan een nieuw referendum organiseren. Daarom beloofden de regeringsleiders in Edinburgh schriftelijk dat de Denen die uitzonderingen zouden krijgen. Hun schriftelijke belofte werd als internationaal verdrag geregistreerd bij de Verenigde Naties, wat het juridisch bindend maakte. De Denen stemden vervolgens toch voor het Verdrag van Maastricht, waarna de Denen hun opt-outs kregen.

Voor Cameron kan iets gelijkaardigs worden uitgewerkt: een schriftelijke belofte dat hij een aantal wijzigingen zal krijgen, op voorwaarde dat de Britten in het referendum voor EU-lidmaatschap kiezen. En dan is het aan Cameron om de Britten daarvan te overtuigen.

Meest gelezen