En nu? Zullen grondtroepen ons en hen helpen? - Rudi Vranckx

De oorlogstrom klinkt steeds luider. Als het aan CD&V-voorzitter Wouter Beke ligt, sturen we met een VN-mandaat troepen naar Syrië, om er IS en Assad te gaan bevechten. Maar of dat ook een goed idee is?
analyse
Analyse

Rudi Vranckx is oorlogsjournalist bij de VRT en heeft jarenlang ervaring met vragen en twijfels over oorlog en vrede.

Laten we deze uiterst actuele vraag eens bekijken door de ogen van jarenlang gerijpte oorlogswijsheid – die van Carl von Clausewitz, de vader van de moderne strategie.

1. "Oorlog is de voortzetting van politiek met andere middelen"

Zouden de westerse politici die een verder ingrijpen in Syrië overwegen, de hersenspinsels van de grote Pruisische militair in gedachten hebben? De schier eindeloze stroom vluchtelingen uit Syrië confronteert ons immers met een immens politiek probleem. Het lijkt dan ook evident en politiek doordacht om naar de oorzaken te kijken en die te bestrijden, desnoods met geweld. Iets wat al jaren geleden had kunnen gebeuren, trouwens.

Vier jaar lang werd de burgeroorlog in Syrië intenser, het geweld gruwelijker. De eerste twee jaar liet men de zaken op zijn beloop omdat er voor ons niets te winnen viel in die oorlog. Het regime van Assad bombardeerde z'n eigen volk, de opstandelingen hulden zich in de vlag van het burgerverzet. De belegerde bevolking vluchtte van stad naar stad en, ten slotte, de grens met de buurlanden over. Toen voor de eerste keer chemische wapens gebruikt leken te worden, werd een rode lijn overschreden. Maar er werd vervolgens niet tegen opgetreden.

In conflicten wordt zwakte zelden beloond. In het zwarte gat dat Syrië werd, ontwikkelde zich dan ook een nieuw, groter gevaar. Eerst Al-Qaeda in Syrië, alias Al-Nusra. En daarna IS. Harder en gruwelijker dan alles wat we ooit gekend hebben in de wereld van de extremistische terreur, en op een bizarre manier aantrekkelijk voor de buitenlandse jihadi's die met duizenden toestromen.

Sindsdien is de oorlog in Syrië niet langer een ver-van-ons-bedshow. 'Onze jongens' uit Brussel, Vilvoorde en Antwerpen begaan er gruweldaden en de vluchtelingen komen in groten getale naar ons.

Dus grondtroepen sturen?

Oorlog dan maar, om dit dubbele probleem op te lossen? Dan vergeten we één ding: we zijn al in oorlog met IS. Sinds een jaar bombarderen onze en andere westerse vliegtuigen de jihadi's van het “kalifaat”. We hebben toen de oorlog verklaard zonder er verder bij stil te staan. Zonder beslissend resultaat overigens: IS heeft zijn strategische strongholds het afgelopen jaar relatief makkelijk kunnen vrijwaren en is nog steeds verzekerd van een kloppende levensader van nieuwe buitenlandse strijders.

De meeste westerse landen, waaronder België, gooien trouwens voorlopig alleen maar bommen op IS in Irak. De eerste stap die verschillende landen nu overwegen, is om ook in Syrië te bombarderen, een uitbreiding van het gevechtsterrein. Dan is de volgende logische stap special forces sturen, en ten slotte grondtroepen.

Sturen we grondtroepen, dan starten we dus helemaal geen nieuwe oorlog. We escaleren er een die al aan de gang was. Maar hoever gaan we daarin? Misschien is het raadzaam om daarbij even aan Vietnam te denken, in de maatschappij én in het hoofd.

2. "Oorlog is zeer eenvoudig, maar in oorlog wordt het meest eenvoudige ingewikkeld"

Von Clausewitz lijkt wel het Syrië van vandaag in het achterhoofd gehad te hebben, toen hij deze wijsheid bedacht. Of de politici van onze tijd die ten oorlog willen.

Tegen wie moeten die grondtroepen dan ingezet worden? Terwijl Wouter Beke in Terzake desgevraagd bevestigde dat ook het regime in Damascus aangepakt moet worden, gaan veel westerse scenario’s minder ver: daarin stopt het bij IS bestrijden, en blijft Assad buiten schot. In dat geval bevindt de vijand die we gaan bestrijden zich in een andere staat, Syrië, die vijandig gezind is tegen buitenlands ingrijpen.

Het regime wordt dan ontzien, maar volgt het Syrische leger die denkwijze? Bovendien zwellen de geruchten aan dat Rusland zijn militaire inspanningen wil opdrijven om de bondgenoot in Damascus te steunen. De Libanese Hezbollah-militie is in grote getale aanwezig in Syrië en ook Iraanse revolutionaire gardes verdedigen Assad nog.

Beperkte militaire operatie?

Veronderstel dat we een beperkte militaire operatie houden, zoals een Nederlands minister opperde, om safe havens te creëren voor vluchtelingen in Syrië, Irak en - waarom ook niet - in Libië. Een goed en praktisch idee: IS wordt verzwakt en de vluchtelingen kunnen daar in kampen langdurig opgevangen worden. We leggen alvast een fors budget noodhulp en ontwikkelingshulp klaar. Beter zo dan ongecontroleerde vluchtelingenstromen, zo blijft het probleem tenminste ver van ons.

Maar wie zal die veilige zones en de vluchtelingen controleren? De Turken, wijzelf of een of andere plaatselijke militie? Hoe weten we wie de goeden en de slechten zijn? Vraag de Amerikanen maar eens naar hun ervaringen na acht jaar grondtroepen in Irak. De Amerikaanse staatssecretaris Kerry stelt zijn hoop op Arabische troepen voor de noodzakelijke boots on the ground. Want, en daar is iedereen het zo langzaamaan over eens, zonder soldaten op de grond is IS niet te verslaan.

Maar Turkije, Saoedi-Arabië, Egypte en de Golfstaten hebben elk hun eigen agenda. Zo ijveren de Turken al lang voor een bufferzone aan hun zuidgrens. Een strook van ruim honderd kilometer op Syrisch grondgebied, waar in sommige gebieden de Koerden wonen. Gaan we die Koerden, tot nu toe de enige betrouwbare strijdkracht in de strijd tegen de extremisten, door het Turks leger laten wegvegen? En een regionaal conflict riskeren?

Welke bondgenoten?

In dat geval moet het Vrije Syrische Leger dan maar de achtergelaten leemte opvullen, maar wie zijn dat dan? Niemand die het echt weet. Na een jaar opleiding en selectie zijn de VS erin geslaagd om amper 54 betrouwbare Syrische strijdkrachten op te leiden – een fractie van de beoogde ondergrens van 3.000. En dan zijn er nog de beelden van andere “bondgenoten”-milities die de laatste maanden op het internet circuleren, veel minder bekend dan de gruwelfilmpjes van IS maar bijwijlen even schokkend. Alsof de waanzin van deze oorlog iedereen begint aan te tasten. Met zulke bondgenoten heb je geen vijanden meer nodig.

Elke stap die we in dit wespennest zetten, kan en zàl dus onvoorspelbare gevolgen hebben.

3. "Elke oorlog veronderstelt menselijke zwakte en probeert die uit te buiten"

In oorlog draait het volgens de handboeken strategie altijd om wil en volharding. Zijn we bereid om een lang engagement aan te gaan? Een gevecht te leveren in extreme omstandigheden? Sinds 2007, in Libanon, sneuvelden er geen Belgische soldaten meer. Zowel in Afghanistan als in Mali en tijdens de bommencampagnes in Libië en Irak bleven onze soldaten relatief veilig. De meeste landgenoten die geen familie zijn van de soldaten, volgden de strijd als een vervolgverhaal op televisie. Maar kunnen we het aan om Belgische soldaten, gevangen door IS, in oranje pak op YouTube te zien verschijnen?

In oorlog maken we vaak de fout om onze verwachtingen te projecteren op de vijand. In dit geval: we gaan “ginderachter” vechten. Maar hun grondtroepen zitten niet alleen in het kalifaat. Het strijdtoneel zal zich allicht niet alleen in Syrië bevinden, maar evenzeer in Parijs, Brussel - of net waar we het niet verwachten. Zijn we voorbereid op dit soort asymmetrische oorlogsvoering met terreur als wapen?

4. "Tegenstander onze wil laten uitvoeren"

Of moeten we net niet aarzelen? Wie schrik heeft, krijgt ook slaag. Sinds de formele start van deze oorlog, nu een jaar geleden, worden we toch al met aanslagen bedreigd. Wie is de zwakste in deze strijd van de wil? Kunnen wij, zoals Von Clausewitz het stelde, de tegenstander dwingen onze wil uit te voeren?

Kunnen wij religieus extremisme daadwerkelijk met de wapens verslaan? Of bestaat de enige oplossing erin om elke tegenstander fysiek uit te roeien, zoals sommigen beweren?

Ik heb nog geen geharde jihadi's gezien die zich goedschiks overgeven. Misschien kunnen we hopen dat de bevolking in Syrië en Irak stilaan de buik vol heeft van het ongenaakbaar harde leven onder de kalief en het extreme juk van zich af zal schudden. Dan kunnen we daar toch al op voortbouwen.

5. "Weten hoe je de oorlog wil voeren"

Carl von Clausewitz: "Niemand, met enig gezond verstand, begint een oorlog zonder duidelijk te weten wat hij wil bereiken en hoe hij die oorlog wil voeren."

In oorlog begint alles bij het einde. Vraag maar aan Colin Powell, ex-militair in Vietnam, stafchef tijdens de eerste Amerikaanse Irak-oorlog en Secretary of State tijdens de tweede. Vietnam heeft hem geleerd dat je altijd een exitstrategie moet hebben.

Politici weten meestal wel hoe ze een oorlog beginnen, maar zelden hoe hem te beëindigen, net omdat oorlog zo onvoorspelbaar is. De Amerikaanse president Bush en minister van Defensie Rumsfeld hielden hun wensen over Irak en zijn maatschappij voor werkelijkheid. De plannen en bezwaren van de militairen hebben ze naast zich neer gelegd. De veldslag (een Blitzkrieg eigenlijk) tegen Saddam Hoessein was een snel succes. De tanks donderden dwars door Irak tot in Bagdad.

Maar de oorlog zelf? Die hebben de Amerikanen na acht jaar verloren. Uit de puinhoop Irak is uiteindelijk al Qaeda in Irak, en ten slotte ook IS ontstaan.

In Afghanistan hebben ze dan weer helemaal verzuimd aan natie-heropbouw te doen, met het bekende gevolg. Een blunder die de Franse president Sarkozy en z'n westerse bondgenoten losjes hebben overgedaan in Libië, na de val van dictator Kaddhafi. De voorbije vijftien jaar hebben de extremistische brandhaarden zich zo als een virus verspreid.

Wat met een oorlog om de geest?

Zijn we bereid Syrië van de grond af opnieuw op te bouwen, een land verscheurd door etnisch-religieuze tegenstellingen en jaren van vreselijke broedermoord? Wel vijf, tien, twintig jaar lang? En, ook geen onbelangrijk detail, met welke middelen voeren we die strijd dan? Met meer geld en wapens voor het leger, net nu er zoveel bezuinigd is? Hoever zijn we bereid daarin te gaan?

Sommigen aarzelen en willen alleen IS aanpakken en Assad op z'n troon laten. Maar het is net de militaire repressie van het regime en de moordende vatbommen die z'n luchtmacht uitstrooit boven de bevolking die veel mensen op de vlucht jaagt. Sinds het begin van dit jaar heeft dat regime maar liefst zeven keer meer doden op zijn geweten dan IS.

En dan komen we weer bij Von Clausewitz uit. Dat doel waar hij zo’n belang aan hecht, is in ons geval dan IS en het regime vernietigen, en de vluchtelingenstroom stoppen. Zal een militaire operatie daarin slagen? Of is het alvast een late stap in de juiste richting?

Elke oplossing op lange termijn in Syrië, het Midden-Oosten en tegen het extremisme in het Westen zal, als de wapens ooit zwijgen, uiteindelijk toch politiek zijn, zoals Von Clausewitz het voorspelde. Internationale diplomatie zal een politieke oplossing moeten afdwingen. En als het gebruik van wapens daarbij helpt, welaan dan.

Maar dan stoten we toch op één verschil met de tijd van de grote oorlogsfilosoof. Toen was er nog geen sprake van IS, of oorlogen om de geest. Misschien moet er wel een nieuw handboek voor deze oorlog geschreven worden, een oorlog die zich zowel veraf als dichtbij afspeelt, op het slagveld.

Meest gelezen